Maandelijkse archieven: maart 2017

Dom als blikvanger tijdens tijdreis door Erfurt

Vandaag 7 jaar geleden

Er zijn soms van die steden die verrassen en verbazen. Erfurt is zo’n stad waar ik met weinig verwachtingen naartoe ga om het plaatselijke Rot Weiss tegen het altijd SV Sandhausen te zien kicken. Een rondgang door de stad blijkt op z’n beurt ook best de moeite waard. Het vergaat me eigenlijk wel vaker zo tijdens uitstapjes naar de voormalige DDR. Achter een IJzeren Gordijn en een Muur hebben Erich Honecker en consorten meer dan vier decennia lang heel wat moois voor de buitenwereld verborgen gehouden.

Lopende over de Juri-Gagarin-Ring naar de Erfurter Altstadt maak je een soort tijdreis. In de buitenwijken torenen hoge blokkendozen in Oostblokstijl boven alles uit. Een kilometertje of twee verder stap je in het historische centrum bij wijze van spreken zo de Middeleeuwen in. De opgestapelde monotonie uit het naoorlogse boeren- en arbeidersparadijs contrasteert behoorlijk met fraaie Romaanse en Gotische overblijfselen uit meer welvarande periodes die de stad kende. Een fascinerend samenraapsel van een bewogen geschiedenis. Met de plaatselijke Dom als meest in het oog springende bezienswaardigheid.

Thüringen heeft meer smakelijks in huis dan alleen Bratwurst uit eigen keuken.

27 maart 2010 Erfurt

 

Roest, kapotte zitjes en de aftocht van een bus vol losers

Achter de bal aan (26/3): Sofia (Bulgarije)

25 maart 2017

Dat cyrillisch blijft lastig… In de metro van Sofia ken ik inmiddels behoorlijk de weg. Met slechts twee lijnen kan er daar ook weinig misgaan. Met de bus is lastiger. Lijn 120 gaat naar de thuishaven van Levski sofia. Wie instapt bij de halte aan de verkeerde kant van de straat komt echter niet op het gewenste punt van bestemming terecht, maar in een heel andere buurt van de Bulgaarse hoofdstad! Er rest dus weinig dan tot het eindpunt te blijven zitten en de rit vanaf daar nogmaals te maken. Maar dan in omgekeerde richting.

Poduyane, de wijk waar het Georgi Asparuhov stadion ligt, oogt in velerlei opzichten een beetje roestig. De meeste flatgebouwen rondom het Levski-stadion verkeren in bouwvallige staat, noem het maar gerust verregaande staat van ontbinding. Instortingsgevaar ligt op de loer. In tegenstelling tot bij de concurrenten van de legerclub zijn muren en schuttingen wel gevrijwaard gebleven van allerlei opruiende boodschappen. Een reusachtige beeltenis van de held Asparuhov siert de gevel van een van de tribunes aan de lange zijde. Over de openingstijden van het museum, dat zich volgens een aanduiding op de muur aan dezelfde zijde van het stadion moet bevinden, kunnen de meisjes in de official store geen zinnig woord zeggen.

Een kijkje in het stadion zit er helaas niet in. De twee oude baasjes die de ingang van de hoofdtribune bewaken, blijven onverbiddelijk. Even lijkt het erop dat de meest hardnekkige van het duo zich wil laten omkopen met een flesje pivo. Het is het eerste teken van corruptie waar ik op Bulgaarse bodem mee geconfronteerd word… De heren bewandelen toch de officiële weg en informeren voor de zekerheid toch even bij de directora. Zodoende is het ‘nee’ en blijft het ‘nee’.

In Krasno selo, enkele kilometers zuidelijker, loopt iedereen zo’n anderhalf uur later juist zonder problemen het Ovtsja Koepelstadion binnen. Slavia, Sofia’s derde vertegenwoordiger in de Parva Liga, de Bulgaarse Eredivisie, benut het interlandweekend voor het spelen van een oefenpotje. Enkele tientallen liefhebbers slaan de verrichtingen van hun zwartwitte helden gade. Vergane glorie in veel opzichten. De laatste van de zeven landstitels van ПФК Славия София dateert alweer van 1996, de overige zes stammen van voor 1943. Een groot deel van de stoeltjes lijkt eveneens afkomstig uit die vooroorlogse periode. De zitplaatsen zijn aan de enige slijtage onderhevig, mag ik wel zeggen.

Wat het hoogtepunt van het verblijf in de Bulgaarse hoofdstad moet worden, mondt laat in de avond uit in een bittere deceptie. In het matig bezette Vasil Levski stadion zet het Nederlands elftal zichzelf zwaar voor schut. Oranje’s pseudo-vedetten reiken de Bulgaarse knakenploeg de zege op een presenteerblaadje aan. De Bulgaarse voetbalfans die wel de moeite hebben genomen de tribunes van hun nationale voetbalarena te bevolken, weten niet wat ze meemaken. De Bulgaarse politie laat hoe dan ook niets aan het toeval over. Na het laatste fluitsignaal wordt de ruim 700-koppige Nederlandse aanhang – uit veiligheidsoogpunt, zoals dat altijd zo mooi heet – nog geruime tijd vastgehouden in het uitvak.

Pas als het veilig is en geen gevaar meer dreigt van de beruchte Bulgaarse hooligans mag elke oranje geklede clown de straat op. Tientallen politieagenten zien er op toe dat er niets misgaat. Nou, dat hoeft niet meer. Dat is in de voorgaande 90 minuten al op het veld gebeurd. Ondanks het overdreven machtsvertoon glip ik door het veiligheidscordon dat is opgetrokken voor de hoofdingang van de nationale voetbalarena en zie zo van dichtbij hoe de Nederlandse losers het strijdtoneel verlaten. Zo weet ik tenminste zeker dat ze vertrokken zijn en nooit meer terugkomen…

Lamlendig Oranje gooit in Sofia eigen glazen in

De kans dat het Nederlands elftal zich kwalificeert voor de eindronde van het WK voetbal in 2018 in Rusland is verder afgenomen. Met een blamerende 2-0 nederlaag tegen Bulgarije gooide een dramatisch zwak Oranje zaterdagavond in Sofia zijn eigen glazen in.

Al na twintig minuten stond de eindstand op het scorebord in het nauwelijks voor een derde gevulde Vasil Levski stadion. Bij beide goals ging de 17-jarige debutant Matthijs de Ligt niet vrijuit. Delev pakte beide cadeautjes van de jeugdige Ajacied gretig uit.

De Nederlandse pseudo-vedetten blonken in de resterende 70 minuten enkel uit in hun aanvallende onmacht. Het aantal mogelijkheden om de score een draaglijker aanzien te geven was op de vingers van een hand te tellen. Zelfs Arjen Robben en de na rust voor Wijnaldum ingevallen Wesley Sneijder kregen het gestrande schip met geen mogelijkheid meer vlot.

Vanuit het vak met de meegereisde supporters uit Nederland klonk luidkeels de roep om het ontslag van bondscoach Danny Blind.

Door de nederlaag lieten Zweden (10 punten) en Bulgarije (9 punten) Nederland (7 punten) achter zich op de ranglijst van kwalificatiegroep A . Frankrijk (13 punten) blijft onbedreigd eerste.

 

 

Het spoor volgen van de Magische Magyaren

Vandaag 6 jaar geleden

Zes jaar geleden reis ik het Nederlands elftal achterna naar Budapest. In de Hongaarse hoofdstad doe ik wat ik bijna elke in stad doe die ik bezoek: ik ga er alle voetbalclubs van naam en faam af. Ferençváros, MTK, Honved, Vasas, Újpest Dosza. Overal neem ik een kijkje.

Met uiteraard het beroemde Népstadion als absolute blikvanger. Het nationale stadion draagt sinds een aantal jaren de naam van de grootste voetballer die het land ooit heeft voortgebracht: Ferenç Puskas. De dikbuikige majoor die aan het einde van de jaren vijftig en de jaren zestig furore maakt bij Real Madrid.

Sporen van de Magische Magyaren, die de Engelse profs in 1953 op het heilige gras van Wembley in één van de meest legendarische wedstrijden ooit met 6-3 te kijk zetten, tref je nog alom aan. Zijn naam leeft dan wel voort in ’s lands meest prestigieuze voetbaltempel, Puskas’ roots liggen in Kispest, bij Honved. Op een zaterdagochtend gaat de reis derhalve met een krakkemikkige tram naar niet een al te rooskleurig ogende buitenwijk. Het stadionnetje dat er ligt is vernoemd naar vriend en buurjongen József Boszik, een ander kanon van de legerclub dat het Hongaarse nationale team tot het sterkste landenteam van het begin van de jaren vijftig maakt.

Puskas is echter niet vergeten. Een plaquette herinnert er aan de grootste en meest opstandige held: PUSKÁS FERENC 1927-2006 Kispest dízspolgára a Nemzet Sportolója emlékére luidt het bijschrift op het uit 2007 stammende eerbetoon aan Kispests meest prominente zoon.

Duidelijke taal, waar absoluut niets aan toe te voegen valt…

26 maart 2011 Boedapest

 

Niet alleen zonneschijn op zomerse voorjaarsdag in Sofia

Achter de bal aan (26/2): Sofia (Bulgarije)

24 maart 2017

Aan het pension waar ik in Sofia verblijf mankeert weinig. Voor slechts zeventien euro per nacht zit ik midden in het centrum van de Bulgaarse hoofdstad. Metrostation NDK ligt op twee minuten lopen. Ik heb de beschikking over een ruime kamer. Met een prima bed. Wat wil je nog meer? Nou, een goede douche zou geen overbodige luxe zijn. Ik heb een douche, maar een douchekabine of zelfs een douchegordijn ontbreekt. De badkamer, inclusief het toilet, komen zodoende compleet onder water te staan wanneer ik dag met een warme douche begin…

Elk land z’n eigen gebruiken, zullen we maar denken. Ook het reizen met het openbaar vergt enig aanpassingsvermogen. Ik moet wel eventjes wennen aan dat cyrillisch. Dat heb je niet in anderhalve dag onder de knie. En ook het gebruik van de dagkaarten voor metro, bus en tram kent een geheel eigen gebruikswaanwijzing. Bij het eerste ritje met de metro springen de elektronische toegangspoortjes automatisch open. Bij elk volgend ritje moet je de kaart voor gebruik laten scannen. Daartoe zitten bij elke stationsingang dames van middelbare leeftijd die in de meeste gevallen geen woord over de grens spreken aan een loket. Enigszins omslachtig. Maar goed voor de werkgelegenheid. Al kan ik me niet voorstellen dat de dames, die erg lange dagen maken, veel betaald krijgen voor het verlenen van hun diensten aan de reiziger.

Ik had vooraf bepaalde voorstellingen van Sofia. Misschien mag ik het zelfs wel vooroordelen noemen. De realiteit blijkt anders dan ik had verwacht. Ik stelde me voor dat de armoede op elke straathoek zichtbaar zou zijn. Dat bedelaars iedereen lastigvallen. Dat straathandelaren alles wat los en vast zit aan de man proberen te brengen, inclusief geestverruimende middelen en mals vrouwenvlees. Dat je constant op je hoede moet zijn voor zakkenrollers. Dat je opdringerige zigeuners van je af moet slaan. Een beetje zoals ik eerder in Boekarest en in mindere mate Praag, Boedapest en Riga heb ervaren.

Maar nee hoor, niets van dat alles. Op een enkel bedelend vrouwtje bij metrostation Serdika na, kan ik ongestoord over straat. Het stadscentrum is ook absoluut niet de grquwe smeerboel die ik verwachtte. Sterker nog, alles schoon en netjes. Metrostations liggen er piekfijn bij. Hondendrollen of rotzooi zie ik nergens. Tal van monumentale gebouwen voorzien Sofia van volop grandeur en allure. Met de majestueuze Alexander Nevski kathedraal als meest in het oog springende blikvanger valt er meer dan genoeg te zien. Waarbij het weer uiteraard ook meespeelt. Evenals bij aankomst valt daar niets op aan te merken.

Op koude en regenachtige dagen ziet Sofia-city er ongetwijfeld veel troostelozer uit. Maar goed, dat geldt voor elke willekeurige stad. Vandaag lacht de zon van hoog boven aan de blauwe hemel iedereen stralend toe. Op Vitosha Boulevard zitten de terrassen en trendy bistrootjes en cafeetjes andermaal goed vol. De komst van allerlei figuren in oranje uitdossingen, die vanuit Nederland zijn overgekomen om het Nederlands elftal van support te voorzien, maakt de winkelstraat eenmalig extra fleurig en kleurig. Naarmate deze plaag groter wordt en het aantal kazen en klompen in aantal stijgt, neemt de schaamte om Nederlander te zijn zoals te doen gebruikelijk bij dit soort happenings toe.

Pas bij een bezoek aan het stadion van het Rode Leger, de thuisbasis van CSKA, kan ik ook voorzichtig de eerste kanttekeningen bij minder fijne kanten van Bulgaarse kant plaatsen. De muurschilderingen en graffiti van de Ultra’s en skinheads maken een nogal krijgslustige en dreigende indruk. Aan een Hakenkruis, wat runentekens of facistische symbolen hier en daar lijkt niemand zich hier te storen. De souvenirshop bij de stadionentree wordt niet bestierd door de voormalige legerclub zelf, naar zich laat aanzien heeft de harde kern van de supporters de merchandise vast in eigen hand. Ik denk niet dat de opdrukken op zwarte T-shirts en andere kleding die in de rekken hangt, verkocht mag worden in de heilstaat van Mark Rutte. Nota bene het land waar bijna alles mag…

Later op de middag bij het stadion van Lokomotiv, een van de andere – voormalige – voetbalgrootmachten ter plaatse, wordt duidelijk dat de Bulgaarse hoofdstad er niet overal even fraai uitziet als in de degelijk onderhouden historische binnenstad. In het aan de noordwestkant van de stad gelegen Nadezhda is het nog de aloude troosteloosheid en monotonie van het Oostblok dat de klok slaat. Flatgebouwen waar de winterschilder de kwast al geruime tijd niet meer op heeft losgelaten. Het asfalt heeft er in het verleden ongetwijfeld ook beter bij gelegen. Het antieke wagenstel van Tramlijn 11 danst bijna uit de rails van de gaten en hobbels in het wegdek.

Aan de straat achter het Lokomotiv-stadion probeert een compleet leger aan kleine zelfstandigen van alles en nog wat aan de man te brengen. Hun armetierige winkelpanden hebben wel wat weg van veredelde schuren. Ongebouwde garageboxen. Ouwe troep. Oud-ijzerhandelaren en andere sjacheraars vallen in deze naargeestige omgeving niet uit de toon.

Evenals de radicale aanhang bij CSKA doet hebben op het stadionterrein van Lokomotiv zieke geesten eveneens hun ‘creativiteit’ bot gevierd op muren en schuttingen. In de vroegere arbeiders- en boerenstaat lijkt het Hakenkruis gemeengoed geworden. Zo is het zeker niet alleen maar zon wat er op deze – qua temperatuur – bijna zomerse voorjaarsdag in Sofia schijnt.

Waals EK-stadion krijgt levensgevaarlijke derde ring

Vandaag 17 jaar geleden

Nederland en België organiseren in 2000 samen het Europees kampioenschap voetbal. Meest opmerkelijke speelstad is Charleroi. Omdat er uit het oogpunt van politieke correctheid na Luik zo nodig een tweede EK-stadion in Wallonië moet komen, vallen het veel meer voor de hand liggende Antwerpen en/of het stadion van Anderlecht af.

Hoe bezopen het idee is om in de grauwe industriestad in Henegouwen EK-duels af te werken, wordt al gauw pijnlijk duidelijk. Om het stadionnetje van de plaatselijke Royal Sporting Club te upgraden en aan te passen aan de minimaal toegestane toeschouwerscapaciteit van 30.000, krijgt de tribune aan de Rue de la Neuville-kant tijdelijk een derde ring. Omdat de achterliggende staat nogal smal is en de aangrenzende woningen erg kort op het stadion liggen, wordt het bovenste tribunegedeelte wel erg steil. Zó steil zelfs dat hulpverleners zich in geval van eventuele calamiteiten met touwen en kabels vast moeten binden om zich met brancard en al staande te houden, zoals bij reddingsoperaties op moeilijk toegankelijke berghellingen.

Het helpt niet dat stadiondeskundige De Kleef en ondergetekende het Stade du Pays de Charleroi bij de competitiekraker Charleroi tegen Lommel afkeuren. Alleen om de zin door te drijven van wat miskende Waalse politici worden onverantwoorde risico’s genomen.

Iets minder dan drie maanden later gaat het helemaal mis in de Waalse stad. Niet vanwege een ongeluk op die levensgevaarlijk derde ring, maar omdat Engelsen en Duitsers elkaar op de markt met terrasstoelen bekogelen.  Zo krijgen op sensatie beluste media toch de ‘rellen’ waar ze zo naar smachten…

25 maart 2000 Charleroi

Eerste indrukken van Europa’s meest corrupte land vallen mee

Achter de bal aan (26/1): Sofia (Bulgarije)

23 maart 2017

De avond voor vertrek verdiep ik me op internet alvast kort op wat me te wachten staat. Bulgaren gegen den Filz – Im korruptesten Land Europas luidt de titel de bijna een half uur durende Duitstalige documentaire op Arte TV. Naar verluidt verblijf ik vijf dagen achtereen in het meest corrupte land van het continent. Het maakt me des te meer benieuwd naar wat op me af gaat komen in Sofia.

Ik weet eerlijk gezegd niet zo goed wat ik me er van moet voorstellen. Op het WK voetbal van 1994 ben ik in de Rose Bowl van Pasadena live getuige van geweest hoe de Bulgaarse voetballers in de strijd om het brons met 4-0 onder de voet gelopen werden door Zweden. Bulgarije bezat destijds geen verkeerd elftal. Onder aanvoering van Hristo Stoichov, de grillige Barcelona-vedette. Met verder onder anderen Letchkov, Balakov, Kostadinov.

Inmiddels zijn we bijna 23 jaar verder. De tijd heeft niet stil gestaan. Wat ik van Bulgarije weet behalve dat Sofia de hoofdstad is? Eigenlijk niet zo gek veel, zo moet ik toegeven. Het cyrillisch alfabet. Yoghurt. De Lev. CSKA, Levski en Ludogorets. Gedrogeerde gewichtheffers. Geliquideerde voorzitters van voetbalclubs. En bussen vol Bulgaarse plattelandsbewoners die in Nederland misbruik maakten van sociale voorzieningen. Daar houdt het wel zo’n beetje mee op. Niet in alle gevallen een even positief beeld.

Van hoe het er werkelijk aan toegaat in de hoofdstad van Bulgarije hoop ik de komende dagen een beetje wijzer te worden. Mijn eerste indrukken wanneer ik na een ruim tweeënhalf uur durende vlucht met Ryanair vanuit Eindhoven zijn niet negatief. De zon schijnt. Aan het einde van de middag stijgt het kwik nog boven de twintig graden. Op Летище София, ofwel Sofia Airport ziet het er modern en netjes uit. Ook in de metro naar het centrum struikelen de passagiers niet over zwervers en vuilnis, zoals bijvoorbeeld in de Roemeense hoofdstad Boekarest. Voor 4 Lev, omgerekend iets meer dan 2 euro, kan je hier een hele dag onbeperkt van het metronetwerk (drie lijnen) gebruik maken. Duur is anders.

Een eerste korte verkenningstocht van de binnenstad in vroege avonduren doet de wenkbrauwen evenmin fronsen. Op Vitosha Boulevard vullen goed geklede mensen de terrassen. Een rode Ferrari staat achteloos ergens op een stoep geparkeerd. Een niet onaantrekkelijke jongedame drukt me een papiertje in de hand van club Fetish. We bring your fantasies to life lees ik. Klinkt verlokkend… Alleen vandaag niet meer. Na een eerste kennismaking met de ‘Bulgaarse keuken’ bij de KFC is het mooi geweest. Na een dag reizen maakt de vermoeidheid zich langzaam meester van me. Ik word ook een dagje ouder, hè.

Het loopt tegen tienen wanneer ik op mijn kamer in Hotel The House aan de Verila straat even op bed ga liggen en de tv aanzet. Wanneer ik de ogen weer open en op mijn Nokia kijk naar de tijd, is het 3.30 uur. Morgen weer een dag. Dan kan ik nog meer dan genoeg zien van Sofia.

Uitgeleide van gehelmde politieagenten bij Millwall

Vandaag 9 jaar geleden

Wie in Londen oogstrelend voetbal wil zien, kan Millwall het beste links laten liggen. Naar The Den ga je voor de sfeer. Op Zampa Road op de zuidelijke Thamesoever gaat de beuk erin, op én buiten het veld. De rauwe dokwerkersmentaliteit, die de club z’n nogal bedenkelijke reputatie verschaft, zal The Lions tot aan het einde van hun dagen blijven volgen.

De bijnaam Leeuwen is wel toepasselijk. In het aanjagen van angst tonen de notoire hooligans van de meest beruchte profvoetbalclub van de Engelse hoofdstad zich van oudsher zeer bedreven. De grauwe omgeving rondom hun eigen stadion staat bekend als ‘jachtterrein’ van The Bushwackers en de F-Troop, zoals Millwalls firms heten.

Bij Millwalls thuiswedstrijden verkeert de politie steevast in verhoogde staat van paraatheid. Zo ook op de gure Paasmaandag negen jaar geleden aansluitend op het bloedeloze en doelpuntloze geploeter tegen Luton Town in de Coca-Cola League 1. Het publiek dat vanaf het station van South Bermondsey terugreist naar London Bridge, krijgt een uitgeleide van gehelmde politieagenten.

Een vast onderdeel van een middagje Millwall…

24 maart 2008 Bermondsey

 

Op teenslippers WK-arena van Natal inspecteren

Vandaag 3 jaar geleden

De kans om tijdens een kort verblijf in Brazilië het fonkelnieuwe WK-stadion van Natal te inspecteren, laat ik me natuurlijk niet ontnemen. Een kleine drie maanden voor aanvang van de Mundial 2014 functioneert bij de Arena das Dunas nog niet alles zoals zou moeten.

De kaartverkoop het onderonsje tussen ABC en Globo om het Campeanoto Pontiguar verloopt nogal chaotisch. Bovendien moet er nog het nodige vertimmerd worden alvorens Mexico en Kameroen de reeks van vier WK-wedstrijden in de noordoostelijke stad openen. Op de tussenring en de tweede ring achter beide goals ontbreken de stoeltjes nog.

Voor de rest ziet de Arena van de Duinen er gelikt uit. De golvende, witte dakconstructie verwijst naar de voor de streek kenmerkende zandhopen. Voor de ruim 40.000 toeschouwers bieden lichtblauwe en donkerblauwe stoeltjes alle denkbare comfort voor het zitvlak. Die zitten er op de bewuste avond bij lange na niet. Als gedurende de tweede helft het toeschouwersaantal – compleet met recette – op de grote schermen in de hoek vermeld wordt, blijken welgeteld 5.063 espectadores de Arena te bevolken. Het levert de penningmeester van America RN 74.805 Reais op.

Het merendeel van de stadionbezoekers is op de in Brazilië gebruikelijke wijze geschoeid. Bijna iedereen draagt de haast onvermijdelijke teenslippers aan de voeten.

23 maart 2014 Natal

Deportivo – Apeldoorns Sportmagazine – editie 2