Slaghout als enige wapen op het sportieve slagveld

By | 26 januari 2018

Vandaag 18 jaar geleden

Ik had nooit voor mogelijk gehouden ooit het Amerikaanse volkslied in een Cubaans honkbalstadion te mogen beluisteren. Hoogst uitzonderlijk rond de Millenniumwisseling. Waar politici zelden scoren bij hun ‘wedstrijden’ op het wereldtoneel, blijkt sport meer dan eens een diplomatiek succesmiddel.

De Baltimore Orioles is in maart 1999 het eerste Major League Baseball-team dat sinds de Revolutie van 1959 een balletje komt slaan op Cuba. Tien maanden later maak ik hoogstpersoonlijk mee hoe in het estadio Latinoamericano een universiteitsteam uit Havana de strijd aanbindt met de vaandeldragers van Saint Thomas uit Minnesota.

Sportief gezien een wedstrijdje van niks. Gezien de nogal vijandige geschiedenis tussen beide staten juist heel bijzonder. Helemaal wanneer je bedenkt dat we destijds midden in het ‘Elián González’-conflict zitten. De lotgevallen van het dan 6-jarige Cubaanse jochie, dat nadat moeder bij een vluchtpoging naar de VS is verdronken tegen de wil van zijn vader bij familie in Miami verblijft, houden de wereld maanden achtereen in spanning.

Ondanks verhoogde veiligheidsmaatregelen ontbreekt Fidel Castro in het stadion. De aanwezigheid van tal van andere hoogwaardigheidsbekleders uit de Cubaanse politiek en de sportwereld onderstreept het symbolische belang van het Cubaans-Amerikaanse onderonsje. Bovendien bevolken vele honderden studenten de tribunes. Ze zwaaien met Cubaanse vlaggetjes en zorgen voor een heerlijk sfeertje. Op het tromgeroffel van de rumba leven de jeugdige Cubanen hartstochtelijk mee met de verrichtingen van hun collega-studenten op het speelveld.

Met het slaghout als enige wapen op het slagveld zijn Cubaanse en Amerikaanse honkballers lief voor elkaar. Op deze zonnige januarimiddag in Havana leveren zij het onomstotelijke bewijs hoe sport verbroedert.

26 januari 2000 Ciudad Habana

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *