Maandelijkse archieven: juni 2019

Stauseekampfbahn nog niet klaar voor de 21e eeuw

Achter de bal aan (52): Haltern am See

22 juni 2019

Het seizoen 2018-2019 is nog maar goed en wel afgelopen, of menig profclub start al weer met de voorbereidingen op de nieuwe competitie. Een week na de afsluitende play-off duels in het Nederlandse amateurvoetbal wip ik voor de officiële aftrap van mijn voetbaljaar 2019-2020 de Duitse grens over. Plaats van handeling: de Stauseekampfbahn in Haltern am See.

Tot voor kort had ik nog nooit van Haltern am See gehoord, geef ik eerlijk toe. De promotie van de hoofdmacht van de voetbaltak van de plaatselijke Turn und Sportverein naar de Regionalliga West, de op drie na hoogste speelklasse bij onze oosterburen, bracht daar verandering in. Het komend seizoen mag de voetballiefhebber uit het ruim 37.000 inwoners tellende stadje uit de Kreis Recklinghausen zich verheugen op de komst van erkende grootmachten als Rot Weiss Essen, Alemannia Aachen, Fortuna Köln, Rot Weiss Oberhausen als ook de reserve-elftallen van Schalke 04, Borussia Mönchengladbach, 1.FC Köln, Fortuna Düsseldorf en die Schwarzgelben uit de buurt van Holzwickede.

Het vriendschappelijk onderonsje tegen het in de Derde Liga uitkomende Preussen Münster, waarmee de trotse promovendus zijn oefenprogramma start, vormt alvast een mooi opwarmertje. En warm is het zeker op deze tweede officiële zomerdag van 2019…

Haltern am See klinkt misschien ver weg. De afstand vanaf Apeldoorn valt alleszins te overzien. Een kleine 130 kilometer rijden, c’est tout. Het grootste gedeelte van de weg kan ik dromen. Met alleen al meer dan 400 bezochte thuiswedstrijden van Schalke 04 op de teller kent Autobahn A3 weinig geheimen. Ik moet de snelweg ditmaal alleen iets eerder verlaten. Vanaf afrit Wesel bedraagt de afstand naar Haltern nog zo’n 40 kilometer. Over de Bundesstrasse 58. Bij het beginpunt geldt nog een maximum snelheid van 80 kilometer. Gaandeweg gaat dat over in 50- en 70-kilometer-zones. Ik moet het gaspedaal derhalve met enige terughoudendheid intrappen.

Na Straelen en Rödinghausen, eerder in het voorjaar, voeg ik een nieuw hoofdstuk toe aan mijn ontdekkingstocht van het Duitse platteland. De Weseler Strasse voert me door Drevenack, Schermbeck en Wulfen. Stipjes op de landkaart. De noordrand van het Revier onderscheidt zich verrassenderwijs door het vele groen. Landelijke idylle in de meest pure vorm. Op diverse plekken langs de weg bieden ondernemende agrariërs aardbeien, frambozen en asperges te koop aan. Vers geplukt. Voor wie niet zo van gezonde kost houdt, is de Döner-Bude niet ver. Kort voor de eindbestemming rijd ik langs enkele enorme windturbines. Van dichtbij merk je pas hoe hoog die krengen zijn. Wát een joekels. Je zult er maar zo eentje achter in de tuin hebben staan.

Haltern am See verrast mij in positieve zin. Beduidend groter dan ik me in mijn stoutste dromen had voorgesteld. Wereldstad in vergelijking met een gat als Rödinghausen. Met zelfs een heus Romeins Museum binnen de grenzen. Het zou mij niets verbazen als de plaatselijke voetbaltempel uit het tijdperk periode stamt waarin de Romeinen de primitieve Germanenstammen langs het stroomgebied van de Lippe enige beschaving probeerden bij te brengen. Alleen die naam al: Stauseekampfbahn. Geweldig toch. Duitser kan het nauwelijks.

De stuwmeren van Haltern blijft buiten mijn zichtwijdte. Die liggen achter het aan de arena grenzende openluchtzwembad waar ik een half uurtje voor de aftrap mijn Focus parkeer. Op de website van de club staan prachtige impressies van hoe de Kampfbahn er ooit uit moet komen te zien in de nabije toekomst. Het enige moderne in de nabije omgeving is deze middag de spelersbus van de Pruisen uit het nabijgelegen Münster. Traditie met toekomst staat in kapitale letters op de zijkant van het groenzwarte gevaarte. TuS Haltern begint haar avontuur in de Regionalliga op een beetje aftands complex. Zónder tribune. Zónder scorebord. De enige ‘luxe’ bestaat uit handjevol witte banken, waaraan de gelukkigen die er een zitplaats vinden met een beetje geluk geen houtsplinters in het achterwerk overhouden. Dat belooft nog wat wanneer Halten am See eerdaags een roodwitte invasie uit Essen te verduren krijgt.

Naast het twee verdiepingen tellende Vereinsheim bevinden zich de kleedruimten. Vier wit geschilderde barakken. Vernoemd naar de meest succesvolle producten uit de eigen jeugdopleiding: Benedikt Höwedes, Sergio Pinto en de broers Christoph en ‘Malte’ Metzelder. Niet de minsten. De jongste van de twee Metzelders, Geschäftsführer Fussball van de derdedivisieclub uit Münster, staat voor het op het dak van de cabines gebouwde omroephok de omroeper van TuS Haltern te woord. Van de tientallen omstanders lijkt niemand notie te nemen van de vriendelijkheden die het duo over en weer uitwisselen. Er bestaat meer interesse voor de zich op het veld opwarmende spelers en de twee mobiele horecastands. Vooral vloeibare versnaperingen vinden gretig aftrek. Bij voorkeur met een schuimkraagje.

Het merendeel van de toeschouwers komt uit Münster, een 45-tal kilometer verwijderd van de Halternse stuwmeren. De uitgerukte medewerksters van de Preussen-Fanshop proberen de nieuwe thuisshirts aan de Münsteraner te brengen. Voor de aftrap vindt de officiële presentatie plaats. JAKO, de gezamenlijke kledingsponsor van beide clubs, heeft de happening uitgeroepen tot JAKO Teamdag. Feitelijk ontbreekt alleen Jan Boskamp. JAKO’s meest prominente uithangbord is niet komen opdagen om de nieuwste modellen truien van het merk te showen. O ja, dat is waar ook, Boskamp en Duitsers. Da war doch etwas

De aansluitende hoofdmaaltijd kent kraak noch smaak. Oefenvoetbal hè… De profs uit Münster doen wat ze aan hun stand verplicht zijn. Ze zegevieren zonder zich bovenmatig in te spannen met 3-0. Voor de technische staf van de Aufsteiger uit Haltern is er geen man overboord. Er rest nog ruim een maand tot de competitiestart in de Regionalliga West. In de stralende zon beschikt de speaker over het meeste uithoudingsvermogen. De microfonist van dienst blijft enthousiast tot het bittere einde. Verheugd deelt de goede man diep in de tweede helft mee dat de vijf euro entreegeld die elk van de 650 betalende toeschouwers heeft neergeteld een passende bestemming krijgt. De ambulante kinder- en jeugdhospicedienst van het zuidelijke Münsterland is er maar wat blij mee. Ein herzliches Dankeschön an alle Fussball-Freunde.

Bij vertrek is de temperatuur in de auto opgelopen tot 28 graden. Valt mee. Een enorm verschil met de voorgaande keer dat ik Preussen Münster live in actie zag. In Leipzig. In 2013, zes jaar geleden, steeg het kwik destijds tot zegge en schrijve 40 graden! Ik brandde toen mijn handen bijna aan het stuur. Zó verhit gaat het er in Haltern am See niet aan toe. Gelukkig niet.

Harry Tiet

Ik heb donderdagmiddag genoten van hoe het Nederlands vrouwenvolleybalteam voor de Volleyball Nations League de Russinnen in eigen huis in de pan hakte. Daarna mezelf ertoe bewegen om 90 minuten onafgebroken te kijken naar het WK-duel ons aller Oranje Leeuwinnen tegen Canada, kostte me meer moeite. Ik hoop maar dat niemand het mij kwalijk neemt, het blijft een persoonlijke voorkeur, maar als kijksport blijf ik vrouwenvolleybal aanzienlijk aantrekkelijker vinden dan vrouwenvoetbal.

Het is inmiddels bijna vloeken in de kerk, hè. Het lijkt haast wel een misdaad als je niet mee host met onze onvolprezen Oranje Leeuwinnen. Supporters noemen ze de hordes clowns en gelegenheidsfans die het Oranje-circus achterna reizen. Met duizenden tegelijk zorgen ze voor beschamende taferelen in diverse Franse steden. Als Harry Tiet – wie kent hem niet – van de partij is, weet je al bij voorbaat hoe gezellig het wordt. Van voor naar achteren, van links naar rechts! Klef gedoe. Wie niet braaf in de polonaise meeloopt, hoort er niet bij. Ontelbare échte voetbalsupporters krijgen in Nederland voor beduidend minder aanstootgevend gedrag ellenlange stadionverboden opgelegd, maar dat terzijde.

Het wordt allemaal behoorlijk overgewaardeerd. Overrated. Mooier gemaakt dan het is. Marketingtechnisch valt er inderdaad weinig op aan te merken. Het bedrijfsleven springt er uitermate tactisch op in. Zelfs potten pindakaas dragen de beeltenis van Lieke Martens. En wie verzamelt de poppetjes nou niet waarmee Blokker zijn klanten voor het blok zet? Iedereen moet het maar lekker en leuk vinden.

Maar nee, sorry. Ik kan moeilijk van mezelf beweren dat ik niét voetbalminded ben. Toch kan ik met de beste wil van de wereld niet opgewonden van raken van het Nederlands vrouwenelftal en dat hele WK in Frankrijk. Misschien kan ik als excuus aanvoeren dat ik de verrichtingen van het Nederlands korfbalteam ook niet op de voet volg. Nee, het is eenvoudigweg niet mijn pakkie an. Mag dat? Neem nou alleen al die twee Nederlandse backs. Jongens nog aan toe. Als ik vroeger tijdens mijn hoogtijdagen in het zevende elftal van AGOVV zo vaak de bal had ingeleverd bij een tegenstander, dan was ik waarschijnlijk nooit meer opgesteld.

Jammer vooral dat bij zo’n toernooi het spelletje waar het om hoort te draaien een beetje ondersneeuwt. Het voetbal wordt slechts bijzaak. TV-zenders halen allerlei Kenaus uit de kast om voor de camera hun ongezouten mening te spuien. Girls power! In hun onstuitbare drang naar erkenning nemen veel van die hittepetitten zichzelf wel heel erg serieus. Het gaat veel te ver. Het gaat nergens over. De dames schieten hun doel steeds vaker voorbij. De TU Eindhoven gaat zelfs al zover om openstaande vacatures voortaan alleen maar met vrouwen op te vullen.  Niet om wat ze kunnen dus, maar vanwege het genetisch bepaalde feit dat ze geen kloten hebben. Zelfs dames die helemaal niets kunnen, hoeven niet meer te wanhopen. Zelfs zij maken tegenwoordig altijd nog kans om burgemeester in Amsterdam te worden. Presteren hoeft niet meer. Alleen vrouw zijn volstaat al.

Tal van interessante onderwerpen blijven helaas onbesproken. Over de opvallende absentie van Arabische of Noord-Afrikaanse landen op het WK zwijgt iedereen in alle talen. Met gevoelige issues als vrouwengelijkheid en homo-emancipatie wordt wél gretig gescoord. Zo hekelde een voormalig bondscoach in VI uitgebreid het seksisme in de voetbalwereld. In een ander interview rolde een van de Oranjespeelsters vol verve de regenboogvlag uit. Mooi hoor. Het zal wel. Wat zo’n meisje buiten het veld uitspookt, en met wie, moet ze helemaal zelf weten. Ik kan me in al mijn onbenulligheid niet voorstellen dat iemand daar wakker van ligt. Iedereen moet doen wat hij of zij niet laten kan. Zolang het onbeduidende backje haar taken maar uitvoert wanneer ze binnen de lijnen staat. Daarvoor heeft de bondscoach haar toch geselecteerd, lijkt me. Om te voetballen!

Nou geldt zeuren sowieso als een typisch Nederlandse karaktertrek. Maar eerlijk gezegd begrijp ik dat miskende nooit zo. Vergelijkingen met mannenvoetbal zijn voor voetballende meisjes hoegenaamd uit den boze. Toch laten velen geen scoringskans onbenut om na te trappen. De afgunst en frustratie ten opzichte van de man zit kennelijk diep. Het heeft mij allemaal een net iets te hoog de pot verwijt de ketel-gehalte. Ga gewoon lekker voetballen denk ik, maak je niet zo druk. Zelfs wanneer ze omgebouwd worden, zal er nooit en nimmer een voetbalster komen die ook maar in de verste verte kan tippen aan wat Lionel Messi met een bal kan. Een schande? Nee, toch zeker. Ik acht de kans ook bijzonder klein dat er ooit nog een andere man het levenslicht ziet met meer kwaliteiten dan de meest begaafde voetballer aller tijden.

Schattig hoe verongelijkte topspeelsters hetzelfde willen verdienen als hun mannelijke collega’s. Als ik de kwaliteiten van zo’n Shanice van de Zanden inschat, dan denk ik dat het niveau van de mannen van csv Apeldoorn al veel te hoog gegrepen zou zijn. Toch levert haar gedraaf bij haar Franse werkgever meer op dan alle onkostenvergoedingen van de selectiespelers van de onlangs gedegradeerde Apeldoornse zaterdaghoofdklasser bij elkaar opgeteld. Goed beschouwd krijgt Sjaan dus al veel te veel.

Over een gebrek aan aandacht hebben het vrouwenvoetbal in het algemeen en de sterren van ons nationale elftal weinig te klagen, dunkt me. Collega-vrouwen in andere takken van sport kunnen alleen maar dromen van zoveel media-aandacht.  De Nederlandse hockeysters staan al sinds mensenheugenis aan de wereldtop. ‘Onze’ handbalsters en volleybalsters timmeren op mondiaal vlak ook behoorlijk aan de weg. Zij leggen het qua zendtijd duidelijk af tegen de brullende leeuwinnen. Klootschietsters, vrouwelijke kleiduivenschutters, korfbalsters zie ik al helemaal nooit op tv hun kunsten vertonen. Zelfs de West-Veluwe editie van De Stentor zwijgt deze ondergewaardeerde klasbakken categorisch dood. Laat staan dat zulke kanjers het ooit tot op een potje pindakaas schoppen.

Gelukkig loopt de zomerstop voor veel mannen al weer ten einde. De meeste profclubs beginnen eerdaags aan hun voorbereidingen op het nieuwe voetbalseizoen. Heerlijk, lekker onbekommerd in het zonnetje in Terwolde of Garderen langs de lijn staan. Er bestaat toch weinig mooiers dan je uitgebreid te ergeren over zaken die er écht toe doen.

Altijd fijn als de komkommertijd voorbij is. Dit jaar misschien wel meer dan ooit.

© RK

‘Always look on the bright side of life’

Achter de bal aan (51/5): Guimarães/Porto

9 juni 2019

Eerste Pinksterdag. Finaledag van de Nations League. Met ’s middags de troostfinale tussen Zwitserland en de Engelsen in Guimarães. ’s Avonds volgt in het stadion van de Draak de ontknoping met de confrontatie tussen Koemans Oranje en de mannen van CR7. Aangezien ik toch in de buurt ben, woon ik beide duels live bij. Al kost het wel enig gepuzzel om in aansluiting van de wedstrijd om de derde en vierde plaats tijdig in Porto terug te keren voor de eindstrijd.

Een meerdaags verblijf in Portugal eist hoe dan ook z’n tol. In de metro op weg naar treinstation Sao Bento ontwaar ik Engelse supporters met Coca-Cola! Onwerkelijk. Zou het bier soms op zijn? We kunnen linea recta de gereedstaande voetbaltrein in die om kwart over tien vertrekt naar Guimarães. So far so good. De trein zit afgeladen vol met onze Engelse vrienden. Omdat die etterbakken van de Portugese polite een complete coupe voor zichzelf opeisen, blijft een enkele van de meereizende fans verstoken van een zitplaats. Iedereen die in Campanha instapt, de volgende vertrekhalte, moet sowieso drie kwartier blijven staan.

Onze (r)entree verloopt in elk geval een stuk droger dan drie dagen eerder. Guimarães mag zich opmaken voor een zonnige Eerste Pinksterdag. De Engelsen, die wederom met duizenden tegelijk vertegenwoordigd zijn, nemen het er goed van. In plaats van een schuilplaats te zoeken in een willekeurige gelegenheid met biertaps, zoals donderdagavond, posteren honderden voetbaltoeristen van Britse afkomst zich ditmaal open en bloot op het centrale plein. Bier en andere sterke drank stroomt rijkelijk. De lokale supermarkten draaien een topomzet. De six-packs zijn nauwelijks aan te slepen.

De aftrap staat vastgesteld om 14.00 uur. Om een herhaling te vermijden van de chaotisch verlopen aftocht bij het treinstation na afloop van de wedstrijd tegen Nederland, kopen we op het busstation een kaart voor de bus van 16.15 uur naar het vilegveld van Porto. Terugkeer per trein ligt gecompliceerder. De beperkte dienstregeling maakt de treinkeuze gering. De enige tren Urbano die we zouden kunnen pakken, vertrekt om 15.48 uur. In dat geval moeten we het stadion halverwege de tweede helft al verlaten. De eerste speciale voetbaltrein naar Porto staat pas op de rol voor 17.30 uur. Zelfs wanneer die op tijd weggaat, wordt het kantje boord om om 19.45 uur het beginsignaal van de finale te horen klinken.

Het Estadio D. Alfonso Henriques zit verre van vol bij de wedstrijd om de derde en vierde plaats. De thuisblijvers hoeven hun absentie niet te berouwen. Degenen die wel de moeite hebben genomen op de tribunes plaats te nemen krijgen een zaadpot van jewelste voorgeschoteld. Ik weet niet of het uit verveling is, maar het Engelse supporterslegioen zingt centrale verdediger Harry Maguire uit volle borst toe. Zo blijft de stemming er tenminste goed inzitten. Als de Engelsen enkele minuten voor het einde van de reguliere speeltijd scoren, houden we het voor gezien en zetten de afdaling in naar het busstation. Bij het verlaten van het stadion krijgen we nog net mee dat de matige Roemeense fluitist op advies van de VAR de treffer ongeldig verklaart. Tussen de Engelsen en de video-referee komt het waarschijnlijk niet zo goed. Terwijl wij al achter de hoofdtribune lopen, horen we goed hoe de fans blijk geven van hun afkeuring over de arbitrale beslissing.

Dat we zodoende de verlenging missen, zal me eerlijk gezegd een zorg zijn. Al zorgt de extra tijd wel dat onze bus niet vastloopt door het huiswaarts kerende voetbalpubliek. We zijn niet de enigen die met de Getbus via Porto Airport naar de finale willen. De chauffeur heeft waarschijnlijk zelden zoveel passagiers met zo weinig baggage vervoert in zijn luchthavenshuttle. Onze voor het merendeel Engelse medepassagiers zijn hooguit bepakt en bezakt met flessen cerveja, bier. Via de telefoon van de knaap die achter mij zit, krijgen we live mee hoe de Engelse Mannschaft zowaar de noodzakelijke strafschoppenserie in zijn voordeel beslist. Een luid gejuich steigt op aan boord van onze bus.

Even na vijven zitten we in de metro vanaf Aeroporto Francisco Sa Carneiro naar het Estadio el Dragão. We hoeven dus geen minuut te missen van de finale. Vervelende bijkomstigheid is dat dit soort ‘belangrijke’ wedstrijden altijd afstotelijke hoeveelheden gelegenheidssupporters aantrekt. Voor zover ze nog niet in Frankrijk verblijven om het WK voetbal voor vrouwen met hun aanwezigheid op te leuken, zijn ze van de partij. Blikken vol van die ‘echte’ Oranjesupporters zijn open getrokken. Aan schijtlolligheid Made in Holland zodoende geen gebrek. En alsof dat al niet erg(erlijk) genoeg is, komt ook nogeens zo´n malloot met een grote trommel voor me staan. Heb ik weer, 90 minuten lang dat irritante gebonk aanhoren!

Veel redenen om te juichen krijgt het drie- of vierduizendkoppige Oranjelegioen op deze gedenkwaardige voetbalavond niet. De support is opnieuw fucking shit. Ze zijn er wel, maar je hoort ze niet. Zoals standaard bij Oranje-interlands, zou ik bijna zeggen. Zelfs even lekker Cristiano Ronaldo jennen is er niet bij. Dat er trouwens bij de Nations Cup Finale tussen Portugal en Nederland überhaupt sprake is van enige voetbalsfeer valt toe te schrijven aan… Engelsen. Als ik de berichten in de Portugese sportkrant Abola correct ontcijfer, hebben liefst 7000 voetbalfanaten uit het Verenigd Koninkrijk een kaartje gekocht voor de eindstrijd. Een aantal vakken in de vreemd genoeg niet eens volledig uitverkochte arena zit inderdaad vol met ‘echte’ voetbalsupporters. Op een plagerige toon zingt een deel van hen de clowns in het oranje toe: ‘Shall we sing a song for you?’

Maar niet alleen de Nederlandse aanhang laat het afweten. Niet voor het eerst in de geschiedenis lopen onze Oranjehelden zich stuk op een onbuigzame muur van Portugese makelij. Ronaldo is nagenoeg onzichtbaar, maar er lopen er bij de Europese kampioen wel meer rond die van wanten weten. En als Portugal eenmaal op voorsprong komt, is het de heren wel toevertrouwd een wedstrijd in het slot te gooien. Een kwaliteit die ‘wij’ Nederlanders minder goed beheersen. Ik moet de beelden later nog maar eens terugkijken, ik kan me echter niet aan de indruk onttrekken dat het schot van Guedes niet geheel onhoudbaar was voor Cillesen.

Gelukkig bieden de Engelsen in het Dragão welgemeende troost. Donderdagavond kregen zij de hoon van in Guimarães aanwezige Nederlandse supporters over zich heen. Nu is het pay back time. Wel grappig hoe Engelsen ditmaal op hun beurt het ‘Always look on the bright side of life’ aanheffen. Je moet er de humor van kunnen inzien en relativeren. Het is jammer dat Nederland verliest, maar er zijn ergere dingen in het leven dan het niet-winnen van de Nations League. Volgende keer beter.

Het had zo mooi kunnen zijn. Een Nederlandse zege in de Nations League en het Eurovisie Songfestival in een en hetzelfde jaar. Ik denk niet dat ik ooit ga meemaken dat het zover komt.

Afrikaans onderonsje als vermakelijk tussendoortje

Achter de bal aan (51/4): Penafiel

8 juni 2019

Tijdverdrijf zoeken op de tweede dag van de Nations League-ontknoping waarop niet gevoetbald wordt, levert geen onoverkomelijke problemen op. Als haast vanzelfsprekend ga ik ergens voetballen kijken… Ook na afloop van de reguliere competities rolt de bal altijd wel ergens. Een heuse interland tussen twee deelnemers aan de aanstaande Afrika Cup biedt een onverwacht maar uiterst vermakelijk alternatief voor een dagje sightseeing in Porto.

Pas ‘s ochtends aan het ontbijt wijst de ‘Groundhopp-app’ ons op de ontmoeting in het nabijgelegen Penafiel. In het Estadio 25 de Abril, de thuishaven van de gelijknamige tweededivisieclub, treden de afvaardigingen van de twee voormalige Portugese kolonies vanmiddag om vijf uur tegen elkaar in het strijdperk. We hadden aanvankelijk enkele andere opties in gedachten. Naar Spanje (Depor of Extremadura), waar de Segunda Division dit weekend haar laatste speeldag beleeft, en een bezoek aan volleybalinterland behoorden tot de mogelijkheden. ’s Middags staat er ergens in Porto bovendien een wedstrijdje tussen Portugese voetballegenden als Luis Figo, Deco en keeper Vitor Baia en een UEFA-team met o.a. Rafael van der Vaart en Pierre van Hooijdonk op het programma.

Bij nader inzien blijkt een trip naar het op minder dan 40 kilometer van Porto gelegen Penafiel uit logistiek oogpunt het meest eenvoudig te verwezenlijken. Penafiel ligt ruim 45 treinminuten vanaf station Sao Bento. Een retourtje kost welgeteld 5,30 euro. En als we om 15.00 uur aan boord stappen van de tren Urbuno zijn we niet de enigen. We krijgen zowaar gezelschap van een twintigtal supporters van Guinee-Bissau!

Bij aankomst, ruim zeventig minuten voor de geplande aftrap, staat ons een wandeling van ruim twee kilometer te wachten. De voettocht vergt een goede conditie. De route naar het gemeentelijk sportpark van Penafiel voert ons over een nogal geaccidenteerd terrein. De laatste honderden meters bestaat uit een steile klim waar zelfs doorgewinterde wielrenners stevig in de beugels zouden moeten. Bezweet en al bereiken we ruimschoots op tijd het knusse stadionnetje van de plaatselijke Futebol Clube.

Het onderkomen van Penafiel is bovenal gemoedelijk. Drie niet al te grote tribunes omzomen de green. Een van de kopse kanten is tribuneloos gelaten. Het klinkt misschien wat oneerbiedig, maar het ziet er op deze zonnige zaterdagmiddag vooral zwart van de mensen door toedoen van een paarhonderd aanhangers van beide Afrikaanse naties. In al hun enthousiasme doen zij zich nadrukkelijk gelden op het volgepakte hoofdtribunetje. Entree hoeft er niet te worden betaald. Voor versnaperingen dient de hongerige en dorstige stadionbezoeker zich te vervoegen in een nabijgelegen bistro.

Afrikanen blijven Afrikanen. Met de tijd nemen ze het niet zo nauw. Het geplande aanvangstijdstip van 17.00 uur wordt met zeker een kwartier overschreden. De klok heeft al kwart over aangegeven als de in het rode shirts gestoken Angolezen en de in het geel gehulde afgevaardigden van Guinee-Bissau elkaar eindelijk te lijf gaan. Hoewel Afrika volop voetbaltalent levert aan de grote Europese topcompetities, moeten beide teams het stellen zonder voor mij aansprekende namen.

Wat Nederlandse voetballlefhebbers, die per auto naar Penafiel zijn afgereisd, zijn voor mij de enige bekenden. Harde kern Oranje. Er bevindt zich tevens een aanzienlijk aantal Engelsen op de enige opengestelde tribune. Onder het motto ‘hoe gekker hoe mooier’ beleven alle aanwezigen een vermakelijk middagje voetbal. Het is niet hoogstaand wat er zich op het veld afspeelt, maar de spelers houden het netjes. Tackles op kniehoogte of andere onbesuisde acties, waaraan Afrikaanse voetballers zich in al hun enthousiasme en onbezonnenheid nog wel eens te buiten willen gaan, blijven achterwege. Er hoeft slechts een speler, een pechvogel uit Guinee-Bissau, per gereedstaande rolstoel van het veld te worden gereden…

Door twee kort na elkaar gescoorde doelpunten beslist Angola het vriendschappelijk onderonsje met 2-0 in z’n voordeel. Tot groot enthousiasme van de aanwezige Angolese supporters.

Introductie ticket-app laat fans geen keus

Achter de bal aan (51/3): Porto

7 juni 2019

The day after the night before blijft een voetballoze. Althans er staat daags na de glorieuze intocht van Oranje in de Nations League-finale geen live wedstrijdbezoek op het programma. Dag drie op Portugese bodem staat derhalve in het teken van de voorbereidingen op het alles beslissende duel en de naderende terugreis. Al tijdens het ontbijt kan ik mijn entreebewijs voor de finale downloaden.

Hoewel ik ze in Porto en Guimaraes wel heb gezien, heeft de UEFA papieren entreebewijzen aan de finale reeks wedstrijden van de Nations League uitgebannen. Bezoekers aan het Final Four-festijn in Portugal kunnen door middel van een app op hun mobiele telefoon toegang krijgen tot de stadions. De codes worden op de wedstrijddagen twee uur voor de aftrap geactiveerd. Zowel woensdagavond bij Portugal – Zwitserland als gisteren bij Nederland – Engeland verliep de proef gesmeerd. Desondanks vind ik het een systeem van niks. Wie toevallig niet in het bezit is van een mobiele telefoon, wordt op deze manier haast gedwongen om zo’n onding aan te schaffen.

Iedereen loopt tegenwoordig te jammeren over misbruik van privacy gevoelige gegevens en data. De UEFA werkt het in de hand, ze dwingt de argeloze toeschouwers simpelweg gebruik van te maken van zo’n ingenieuze ticket-app. Ze laten je geen keuze. Je moet je er wel gehoor aan geven, anders kom je de stadions niet binnen. Ik vrees dat het in de toekomst nog eens zover gaat komen dat je alleen door de aanschaf van – in dit specifieke geval – UEFA-sponsors vervaardigde apparatuur de gewenste ‘diensten’ geleverd krijgt. Zoals al in 2006 bij het WK de betaling van bestelde kaarten alleen gedaan kon worden met Mastercard. Juist ja, een partner van de FIFA. Het is een grote flikkerij en het wordt de komende jaren waarschijnlijk alleen maar erger.

Bij de Comboios de Portugal gaan ze nog niet zo geavanceerd te werk. De Portugese spoormaatschappij heeft weer z’n andere makken, merken we op station Campanha. Om te voorkomen dat we opnieuw te maken krijgen met volgeboekte treinen zoals twee dagen geleden, besluiten we ons ditmaal drie dagen voor de terugreis naar Lissabon maar vast van een vervoersbewijs te verzekeren. Helaas pindakaas! In de door ons gewenste trein van 10.45 uur is maandagochtend geen stoel meer onbezet. Voor de trein van twee uur eerder geldt hetzelfde. Al doende moeten we dus al om 7.40 met de trein down south. Vakantietijd, verontschuldigt de juffrouw aan het loket zich.

Bij ons aansluitende bezoek aan het stadion van Boavista, Porto’s tweede proflcub, stuiten we bij toeval op niemand minder dan Cristiano Ronaldo! Dat wil zeggen, we zien de spelerbus van de Portugese Mannschaft wegrijden nadat ze de ochtendtraining heeft afgewerkt in het Estadio do Bessa. Gadegeslagen door tientallen krijsende schoolkinderen gaan de helden van de regerend Europees kampioen en de finale-tegenstander van Oranje in de Nations League hun middagdutje tegemoet.

Allerlei groepjes Engelsen maken eveneens van de gelegenheid gebruik tot een inspectietocht van de thuishaven van Boavista. Echte groundhoppers. De liefde voor het voetbal zit ze in het bloed. Ondanks de chaotische taferelen op het treinstation van Guimarães van gisteravond lijkt iedereen die in Porto verblijft weer veilig z’n hotel te hebben bereikt. In het oude centrum vullen Engelse voetbalfans in groten getale de terrassen immers, zo constateren we een half uurtje later. Grote pullen bier en de zon, die vandaag wel zijn gezicht achter de wolken vandaan haalt, helpen de boys om de nederlaag tegen Nederland te verwerken. Het blijft opvallend dat de volgers van het Engelse elftal grotendeels uit mannen bestaat. Vrouwelijke volgers van The Three Lions tref ik van oudsher slechts mondjesmaat aan.

Vrouwen en voetbal, tsja. In de avonduren vang ik op de tv in mijn hotelkamer toevallig een glimp op van het onderonsje tussen Frankrijk en Zuid-Korea, de openingswedstrijd (?) van het WK voor vrouwen. Het kluistert me eerlijk gezegd niet echt aan de buis. Ondanks alle ophef die erover gemaakt wordt, boeit het vrouwenvoetbal me als kijkspel niet zo. Die meiden doen ongetwijfeld hun stinkende best, ze zijn enthousiast en willen graag serieus genomen worden. Toch zal het vrouwenvoetbal altijd een slap aftreksel blijven van mannenvoetbal. Maar dat mag ik vast en zeker niet zeggen.

Station kan massa supporters niet aan

Achter de bal aan (51/2): Guimarães

6 juni 2019

75 jaar na D-Day krijgen Porto en Guimarães te maken met een Engelse invasie. De confrontatie tussen Engeland en het Nederlands elftal lokt naar verluidt meer dan 20.000 voetbalfans vanuit het Verenigd Koninkrijk naar de noordwesthoek van het Iberisch schiereiland. Dat de opvang van de enorme aantallen Engelse voetbalfans niet overal even rimpelloos verloopt, kan ook worden toegeschreven aan de gebrekkige organisatie ter plaatse. Ik maak van dichtbij mee hoe de aftocht van de supporters na de uitschakeling tegen Oranje uitmondt in een behoorlijke chaos. Het treinstation van Guimarães is niet berekend op het transport van zoveel mensen.

In Portugal verwacht je begin juni aangenaam weer met voorzomerse temperaturen. Nou, dat valt tegen. Het houdt in Porto op de dag van de tweede halve finale van de Nations League net bepaald over. De zon speelt op deze donderdagochtend verstoppertje. Een onheilspellend asgrauw wolkendek heeft zch boven de stad samengepakt. Een venijnige wind geeft de dag een extra herfstachtg karakter.

Om 11 uur ’s ochtends, ruim acht uur voor de aftrap, staan op station São Bento al extra treinen klaar om Engelse voetbalfans naar het ruim 60 kilometer oostelijker gelegen Guimarães te vervoeren. Wie in het bezit is van een toegangsbewijs voor de wedstrijd mag gratis met de trein mee. Nou heb ik niet zo’n hoge pet op van het organisatievermogen van de Portugese gastheren, dit hebben ze in elk geval netjes geregeld. Of het vertrek van de meute in even goede banen geleid zal worden, daar heb ik gezien eerdere ervaringen in Portugal zo mijn twijfels over.

Er lopen in elk geval meer dan genoeg Engelsen rond in Porto. Goed herkenbaar aan hun korte broeken en T-shirts. Met honderden tegelijk slenteren ze door de stad of zoeken ze hun toevlucht op terrassen. Erg warm zullen ze het het niet hebben. De Portugese politie is ook ruimschoots vertegenwoordigd om erop toe te zien dat het niet misgaat. Op een als fanzone ingericht plein in de binnenstad is het de voorgaande avond bij de eerste wedstrijd al tot confrontaties gekomen tussen de ordetroepen en Engelse bezoekers. Oranje neem ik nog nauwelijks waar op straat. Al die ‘echte’ Oranjesupporters kruipen op dit vroege tijdstp waarschijnlijk lekker tegen de kachel.

Wij vertrekken om 14.20 uur per reguliere trein naar Guimarães. Dat betekent dat we ruim vier uur voor aanvang van de wedstrijd in de speelstad aankomen. Ruimschoots op tijd. In Porto regende het al lichtjes. Bij aan aankomst in Guimarães is het opgehouden met zachtjes regenen… Samen met tientallen Engelsen zoeken we daarom onze toevlucht in de niet al te ruim bemeten stationshal. Aan een nat pak heb ik eerlijk gezegd weinig behoefte. Het uit tot de tanden bewapende ME’ers bestaande ontvangstcomite houdt toezicht. Erg vriendelijk ogen de gehelmde heren niet bepaald. Hun lange wapenstokken werken verre van uitnodigend.

Ondanks dat de regen aanhoudt, besluiten we ons op een gegeven moment toch maar te voet naar het centrum te begeven. De horecagelegenheden op het centrale plein puilen uit met Engelse supporters. De stemming zit er goed in. Hun gezangen galmen door de stad, zijn al van verre hoorbaar. Het vertrouwen op de goede afloop is groot. Witte vlaggen met het rode St. George’s kruis wapperen aan hekken en muren. Een nogal uitgelaten heerschap duikt pardoes met kleren en al een fontein in. Het blijven aparte vogels, the lads. Ondanks dat de biertaps overuren draaien, is van agressie nauwelijks sprake. Grimmigheid stralen enkel de alom presente Portugese ‘Robocops’ uit, die op strategische plekken post hebben gevat. Het lijkt me slechts een kwestie van tijd alvorens de vlam in de pan slaat. En als dat dan gebeurt, krijgen de Engelsen die de zwaaiende latten proberen te ontwijken zoals gebruikelijk de schuld…

In de uren die volgen gebeurt in elk geval meer dan voldoende. Waarvan misschien wel het fijnste is, dat het eindelijk ophoudt met regen… Ik beleef in het Estadio dom Alfonso Henriques een historische voetbalavond. Nederland plaatst zich voor de finale van de eerste editie van de Nations League. De ploeg van Ronald Koeman trekt een 1-0 achterstand gelijk en straft in de verlenging geklungel in de Engelse defensie genadeloos af. Ook de VAR is Oranje niet ongunstig gezind. Prachtig systeem…

De Engelse aanhang vult het overgrote deel van het stadion. De naar verluidt 3500 Nederlandse supporters vormen een minderheid. De Engelsen raken er niet van onder de indruk. ´Your support is fucking shit´, klinkt veelvuldig. Helemaal ongelijk hebben ze niet. Zij geven het goede voorbeeld, ze trekken hun hele arsenaal aan songs uit de kast. Het ´God save the Queen´ volstaat op deze gedenkwaardige avond evenwel niet. Na de 2-1 en de 3-1 neemt de luidsterkte hoorbaar af. Veel Engelsen wachten het laatste fluitsignaal van scheidsrechter Turpin niet eens meer af. De evergreen ´Always look on the bright side of life´, waarmee ze vanuit de Nederlandse vakken uitgeleide worden gedaan, drukt nog wat extra zout in de Engelse wonden. Geen beter vermaak dan leedvermaak.

Om na afloop terug te komen in Porto blijkt makkelijker gezegd dan gedaan. Voor Nederlandse supporters zouden gratis bussen worden ingezet. Die kunnen we echter nergens vinden.Terwijl de hemelsluizen weer zijn opgezet, wandelen we daarom maar terug naar het station. Wat zich daar afspeelt tart alle voorstellingsvermogens. Honderden Engelse supporters staan er te wachten om per trein Guimarães te kunnen verlaten. Er heeft zich een queue van misschien wel 200 meter gevormd voor het enige ingangetje. De langzaam aan hinderlijk wordende oproerpolitie verspert echter met het nodige onnodige machtsvertoon de toegang.

Er ontstaat een gedrang van jewelste. De gehelmde klootzakken houden met hun wapenstokken de oprukkende meute op afstand. De sfeer wordt behoorlijk dreigend. Irritaties nemen toe. Steeds meer Engelse supporters, die weg willen, staan samengeperst op een veel te kleine ruimte. Je moet er niet aan denken wat er kan gebeuren wanneer er paniek ontstaat. Je kunt geen kant op. Aangezien de niet al te brede straat ook al weinig uitwijkruimte biedt, zit iedereen in zo’n geval als ratten in de val. Dat er niemand onder de voet gelopen wordt valt toe te schrijven aan het gedisciplineerde gedrag van de Engelse fans. Aan de Portugese politie is het zeker niet te danken.

Het duurt nog geruime tijd alvorens de wachtende menigte naar de gereedstaande treinen mag. In kleine groepjes worden de supporters tot het station toegelaten. Rond half 12 vinden ook wij een plekje in een overvolle wagon. Dat ik vervolgen nog bijna 50 minuten op mijn doorweekte sokken moeten staan, neem ik maar op de koop toe. Zoiets moet je als voetbalsupporter maar accepteren.

Omgewaaide bomen, volle treinen en Cristiano Ronaldo

Achter de bal aan (51): Brummen, Lisboa, Porto

5 juni 2019

Er zijn weleens van die dagen die niet helemaal verlopen zoals je vooraf voor ogen hebt… De gedenkwaardige vijfde juni 2019 wordt er zo een. Het is kort na vieren in de ochtend als de telefoon gaat. Ik ben zojuist opgestaan in afwachtng van Erik Pasman. De bedoeling is om samen naar Eindhoven Airport te rijden voor vertrek naar Portugal om de ontknoping van de Nations League bij te wonen. De storm die de voorgaande avond over Oost-Nederland trok, gooit ons reisschema behoorlijk in de war. Door een omgevallen boom pal voor de garagedeur van huize Pasman kan Erik geen kant op. Je verzint het niet! Om het afgesproken tijdstip in Apeldoorn te zijn om mij op te halen, gaat hem helaas niet lukken… Er zit dus niets anders op dan dat ik de rol van chauffeur naar het vliegveld op me neem. Een tiental minuten zit ik zodoende al achter het stuur op weg naar Brummen. Een omvoorziene omweg. Met enig stress- en haastwerk. De piloot van Transavia die ons om 7.45 uur naar Portugal moet vliegen, wacht immers niet op passagiers die door onvoorziene omstandgheden te laat arriveren. Langs het Apeldoorns Kanaal vormen afgebrokken takken her en der het bewijs van hoe de natuur de heeft huis gehouden. Gelukkg weet ik het tijdverlies binnen de perken te houden. Per telefoon gidst Erik me naar het punt van bestemming. Al voor vijven zetten we koers naar Eindhoven Airport. We blijven de ochtendspits voor. Verder oponthoud blijft ons bespaard. Ruim anderhalf uur voor departure time parkeer ik mijn Ford Focus op Parkeeplaats P3 bij de luchthaven. Inchecken hebben we al online gedaan. De lengte voor de rijen voor de veiligheidscontroles valt mee. Om 7.20 uur mogen we aan boord van de Boeing 737-800. Ruim 200 minuten later zetten we voet op Portugese bodem. Bij aankomst verloopt alles vlekkeloos. Het is haast te mooi om waar te zijn. Op station Santa Apolonia hoeven we alleen nog maar in de trein naar Porto te stappen, dan kan ons voetbalfeest echt beginnen. We nemen de metro vanaf het vliegveld. Iets na elven Portugese tijd staan we voor het loket. Om zowel 11.30 uur als 12.00 uur vertrekt er een trein naar Noord-Portugal. Er kan weinig meer mis gaan, zou je zo denken. We krijgen gezelschap van enkele tientallen Engelse supporters, die dezelfde kant op moeten. Dat wordt dus gezellig. Helaas. De kaartjesverkoper deelt mee dat we op z’n vroegst om 15.30 uur kunnen vertrekken. Alle drie de treinen die in de tussentijd naar Porto gaan, zijn volgeboekt! Dat kan er ook nog wel bij. Dat betekent dat ruim viereneenhalf uur wachten! En erger nog. We dreigen zowaar Portugal – Zwitserland, de eerste halve finalewedstrijd, te moeten missen. Met een reistijd van meer dan drie uur is het maar zeer de vraag of we de aftrap van 19.45 uur gaan halen. Omdat er niets anders opzit, kopen we de treinkaartjes die de man aan het loket ons aanbiedt. De bewuste Intercity-trein moet het echter zonder ons stellen als passagier. Nood breekt soms wetten. We nemen ‘gewoon’ de al gereedstaande, volgeboekte trein van 11.30 uur. Op Oriente, Lisboa’s volgende station, stappen we uit en wachten daar op de Alfa Pendular van 12.08 uur. We gokken het erop. We kunnen op z’n vroegst in Coimbra uit de trein gezet worden. Dan zitten we al halverwege Porto… Niemand houdt ons tegen. Met een half uur vertraging zet de AP zich vanaf Oriente in beweging. Ondanks dat we drie keer van plek moeten verwisselen vanwege mede-passagiers die het door het door hun gereserveerde plekje opeisen, vinden we twee onbezette stoelen in de volgeboekte trein. De trein is al meer dan een uur onderweg als de conducteur kaartjes komt controleren… De goede man wijst ons op onze fout, dat we niet in de juiste trein zitten. Hij laat ons onze reis echter vervolgen, zet ons niet op het eerstvolgende station eruit. Daar komen we dus mooi mee weg. Na een treinreis van bijna drie uur stappen we om tien voor half vier uit op station Porto Campanha. Volgens de geldende dienstregeling moet de trein waarvoor we een kaartje kochten in Lissabon, een tiental minuten later vertrekken vanaf Santa Apolonia… Al met al arriveren we ruimschoots op tijd in Porto. Na te hebben ingecheckt in ons hotel en de nodige vitaminen tot ons te hebben genomen bij een plaatselijke KFC-vestiging, beleven we in het Estadio do Dragao de Cristiano Ronaldo-show tegen Zwitserland mee. Met zijn drie doelpunten zorgt CR7 voor een gedenkwaardige afsluiting van een op z’n zachtst gezegd nogal enerverende dag..