Vandaag 12 jaar geleden
Niet alleen België beschikt over Rode Duivels. Kaiserslautern heeft ze ook. De 1.FC. Die Roten Teufel vom Betzenberg. Een zogenaamde Traditionsverein. Een grote club in een – voor Duitse begrippen – kleine stad. Viervoudig landskampioen. Het Duitse nationale elftal dat 1954 het wonder van Bern volbrengt en de magische Magyaren van Puskas van de wereldtitel afhoudt, bevat liefst vijf Lauterer.
Dankzij hun duivelse voetbalkunsten zetten Fritz Walter en zijn kompanen hun club en hun woonplaats op de landkaart. Zonder de plaatselijke voetbaltrots zou Kaiserslautern niet de roem genieten die het heeft. Voetballers staan in de bijna 100.000 inwoners tellende plaats in Rheinland-Pfaltz met recht op een voetstuk.
Om het voetbal dat hun club heeft groot gemaakt meteen maar te betitelen als kunst, gaat in dit specifieke geval wel wat ver. Ze maken er in Lautern wel werk van, moet ik ze nageven. Wandelend van het Hauptbahnhof naar het Fritz-Walter-Stadion staan ze op een rotonde, de Löwenburg-Kreisel. Elf Freunde. Elf vrienden in rode shirts. De band tussen het voetbal en de stad ligt voor de hand, zelfs al moet het voetbal van de Rode Duivels niet worden verward met kunst.
De Gemeente Apeldoorn op haar beurt laat geschilderde fietsen aan lantaarnpalen bungelen om de verbondenheid te veinzen met sport. Een wezenlijk verschil.
29 januari 2005 Kaiserslautern