
Achter de bal aan (119/2): Skopje
Woensdag 9 juli 2025
Ik had me dag 2 van mijn verblijf op de Balkan iets anders voorgesteld. Met een korte busreis vanuit Pristina en een beetje de toerist uithangen in Skopje. Helaas pakt dat behoorlijk anders uit. Doordat Noord-Macedonië vanwege een brand de grensovergang bij Blace sluit, kan ik de Noord-Macedonische hoofdstad uiteindelijk slechts via een behoorlijke omweg bereiken. Door al deze ongein neemt de nauwelijks 90 kilometer lange reis bijna zeven uur in beslag.
Zo maak je toch telkens weer wat nieuws mee. Ik heb in de loop der jaren al heel wat rare dingen beleefd. Het dichtgooien van een landsgrens behoorde daar tot vandaag niet bij. Ik mag wel zeggen dat je toch gek opkijkt wanneer plotseling niemand meer mag doorrijden. Het overkomt me vanmiddag. Je kunt geen kant op. En daar sta je dan.
Om 12.30 uur ben ik vanaf het busstation in Pristina vertrokken als een van de twee passagiers in een uit de kluiten gewassen bestelbus van de firma Amalfi. De ruim 60 kilometer tot aan de grens verlopen zonder noemenswaardigheden. Dat de doorstroming aan de grenzen binnen het voormalige Joegoslavië niet altijd even soepel verloopt, ervoer ik al eerder in Servië, Kroatië, Slovenië en – afgelopen november nog – in Bosnië & Herzegovina. Langere wachttijden calculeer je zodoende al bij voorbaat in. Bij de Kosovaarse grenspost kan de chauffeur nog gewoon doorrijden. Enkele honderden meters verderop houden de Noord-Macedonische collega’s iedereen plotseling tegen.
Er zijn hele discussies gaande tussen leden van de grenspolitie en wachtende automobilisten. Wat er precies aan de hand is, is aanvankelijk niet duidelijk. Navraag leert dan dat er sprake is van brand. Het blijkt niet veilig te zijn dat automobilisten hun weg op Noord-Macedonisch grondgebied vervolgen. Hoe lang het oponthoud gaat duren, kan niemand zeggen. Shkup, zoals de Albanese benaming van Skopje luidt, ligt slechts op 25 kilometer afstand. Naarmate de tijd verstrijkt lijkt het steeds verder weg te liggen.
Na meer dan twee uur onverrichter zake voor dichte slagbomen te hebben gestaan, komt de mededeling dat Amalfi Tours vervangend vervoer heeft geregeld. Via een andere grensovergang wordt de reis naar Skopje voorgezet. Met mijn Zwitserse medepassagier en drie inzittenden uit een ander busje wandelen we langs een hele rij auto’s terug naar de Kosovaarse kant van de grens. Daar stappen we over in een busje dat ons na slechts enkele minuten wachten oppikt.
Door bergachtig terrein met verraderlijke afdalingen en gevaarlijke haarspeldbochten mogen we een twintigtal minuten later aansluiten in de file voor de volgende grenspost. De ruim 50 minuten daar kunnen er ook nog wel bij. Om 17.15 uur passeren we de grens. Denk je een half uur later dat je bijna in Skopje bent, dumpt de chauffeur alle passagiers ergens anders. Sta je ineens op het busstation van Tetovë en moet daar weer een nieuwe bus worden opgetrommeld.
Om een lang verhaal kort te houden en de korte reis niet langer te maken dan waar hij door al het gedoe op is uitgedraaid: om 19.00 uur kan ik eindelijk uitstappen op het centrale busstation van Shkup. Van daar heb ik vervolgens nog een half uur nodig om op mijn verblijfsadres voor de komende drie nachten te komen.
Eind goed al goed, zou je misschien denken. Dat is nog maar de vraag. De berichten die ik na aankomst in mijn hotel via internet tot me neem klinken immers niet bijster bemoedigend. Omdat het land wordt geteisterd door meerdere brandhaarden, is er sprake van een heuse noodsituatie. Het is daarom maar te hopen dat er wanneer ik zaterdagochtend verder reis naar Tirana onderweg niet nog meer aanbrandt.