Maandelijkse archieven: maart 2023

Het kost revaliderende Tijmen Laane moeite om z’n energie kwijt te raken

Voor Tijmen Laane was het seizoen al voorbij voordat het goed en wel begonnen was. De zware knieblessure die hij opliep in de tweede competitiewedstrijd zette voor de in februari 35 jaar geworden Draisma Dynamo-nieuwkomer een streep door zijn seizoen en misschien zelfs wel door  zijn volleybalcarrière. Terwijl de routinier zichzelf juist zoveel had voorgenomen bij zijn nieuwe club, vindt hij zichzelf noodgedwongen terug in een tijdrovend revalidatieproces.

De krukken waarmee hij zich aanvankelijk moest voortbewegen, heeft Laane bijna een half jaar na de voor hem noodlottige landing op de vloer van de Topsporthal Achterhoek niet meer nodig. Lopen kan hij inmiddels alweer geruime tijd zonder hulpmiddelen. Maar daar is verder ook eigenlijk alles wel mee gezegd. Aan volleyballen op topniveau hoeft de inwoner van Doetinchem voorlopig niet te denken.

“Voor herstel van zo’n blessure staat negen tot twaalf maanden, zeggen ze. Als alles meezit, zou ik dus in augustus weer wat kunnen doen. Misschien dat volleyballen er dan weer in zit. Het is afwachten. Ik ben al aardig op leeftijd. Natuurlijk hoop ik m’n niveau terug te vinden. Ik heb geen idee of dat lukt. Er zijn heel veel onduidelijkheden. Ik trek m’n eigen plan en werk m’n eigen programma af. Momenteel ben ik niets waard. Als ik op de fiets zit, ben ik al uitgeteld”, verzucht de pechvogel dat hem nog een lange weg naar volledig herstel wacht.

Uitgerekend in de wedstrijd tegen zijn vorige club sloeg het onheil toe. Vrijdag 7 oktober was het. Op dezelfde plek waar enkele maanden eerder de landstitel werd veroverd, bleef Draisma Dynamo die avond Orion opnieuw met de nodige overmacht de baas. Tijmen Laane kwam echter niet ongeschonden uit de strijd. Bij het beslissende punt zat hij als een uitgetelde bokser op een stoel achter de spelersbank langs de kant. Een verkeerde landing bij een 6-10 voorsprong in de vierde set betekende voor hem het voortijdige einde van de wedstrijd en het begin van veel fysieke ellende.

“Ik heb alleen met Draisma Dynamo meegedaan tegen Strumica en in de eerste competitiewedstrijd bij het Talentteam. Uit bij Orion ging het mis. Het was aan het einde van de wedstrijd. We stonden dik voor. Toen zakte ik door die knie heen. Het werd me al gauw duidelijk dat het mis was. Eerst had ik nog de illusie dat het misschien alleen m’n meniscus was. Na een MRI kwam er duidelijkheid. De kruisband en meniscus waren gescheurd. En ook de mediale band was beschadigd”, herhaalt de patiënt hoe de definitieve diagnose luidde.

Sinds die noodlottige vrijdagavond in Doetinchem is de routinier veroordeeld tot werken aan zijn herstel. Stukje bij beetje krabbelt hij overeind, constateert hij met gematigd optimisme. “Ik ben zeker drie keer in de week in Apeldoorn. Voor krachttraining en om naar de fysio te gaan bij FSG. Met die krachttraining ben ik meteen na de operatie al begonnen. Om weer power in de benen op te bouwen. Strekken en buigen lukte aanvankelijk niet. Door deadliften en kleine loopvormpjes moet de knie weer meer belastbaar worden. Ik kan inmiddels alweer redelijk veel. Ik wandel normaal. Alleen rennen zit er nog niet in.”

Zijn verwoede pogingen om weer op de been te komen gingen ook gepaard met praktische ongemakken. Zo ondervond Laane dat het niet zo eenvoudig is om zijn 205 centimeters met een onwillig kniegewricht in een auto te wurmen. “Het duurde zes weken voordat ik geopereerd kon worden. Om de knie te ontlasten droeg ik een brace. Tweeënhalve week kon ik niet autorijden. Ik rijd in een automaat. Gelukkig is het m’n linkerknie. Rijden is geen probleem. Maar omdat ik die knie niet kon buigen kwam ik amper de auto in. Ik heb dus wel even moeten uitzoeken hoe ik erin moest stappen.”

Zijn werkzaamheden bij een financieel dienstverlener kon de pechvogel zo goed en zo kwaad als het ging wel voortzetten. “Naast het volleybal werk ik twintig uur in de week. Ik ben startend op de maatschappelijke ladder. Ik voel me echt een broekie. Aangezien ik voornamelijk thuis werk, heb ik gewoon geprobeerd om m’n uren te maken. Ik heb goede en slechte dagen. Ik heb heel wat pijnstillers geslikt. Het probleem is dat ik m’n energie niet kwijt kan. Als ik de jongens zie, is dat best confronterend. Vooral in het begin had ik daar veel last mee.”

“Ik ben bij Draisma Dynamo gekomen met een aantal doelstellingen voor mezelf. Ik wilde het niveau halen en laten zien dat ik hier hoor te zijn. Daarnaast vond ik het leuk om het volleyballen als job te doen. Tot slot ik wilde proberen mijn ervaring over te brengen op de jonge spelers. De meeste dingen zijn niet uitgekomen. De jongens helpen daarentegen kan ik ook vanaf de bank doen”, probeert de gekwetste passer/loper daarom maar van de nood een deugd te maken.

Als een soort mentor ontfermt Laane zich over zijn minder ervaren medespelers. Bij elke wedstrijd zit hij op de bank. “Ik probeer volledig mee te draaien. We hebben niet zoveel ervaring in het team. Naast mij was Ramon Martinez Gion eigenlijk de enige ervaren speler. Zelf heb ik zowel in Nederland als in het buitenland veel meegemaakt. Ik ben full-prof geweest. Ik hoop dat ik de jongens kan ondersteunen. Ik probeer ze bepaalde dingen vanuit een andere hoek te laten zien. Soms betreft dat kleine adviezen. Soms gaat het om persoonlijkheidsdingen.”

Of er in hem een toekomstig trainer schuilgaat? Laane wuift die veronderstelling quasi-verontwaardigd weg. Als ‘praatpaal’ komt hij beter tot zijn recht, meent hij. “Ik houd er niet van om voor een groep te staan. Ik ben liever individueel met spelers bezig.”

Door zijn medespelers te stimuleren om het beste uit zichzelf te halen, hoopt Draisma Dynamo’s onbezoldigd ‘mental coach’ in elk geval wel een bijdrage te leveren aan de prolongatie van de landstitel. Ondanks dat hij qua spel nog wel het een en ander voor verbetering vatbaar vindt dicht de ervaringsdeskundige Draisma Dynamo goede kansen toe het seizoen af sluiten als zowel kampioen als bekerwinnaar. “Het valt mij op dat veel teams hun zaken niet voor elkaar hebben. Ook wij kunnen beter dan we soms laten zien. Maar al met al denk ik dat wij een beter team hebben dan de rest.”

Draismadynamo.nl woensdag 29 maart 2023/ Foto Wout van Zoeren

Ongelukkige nederlaag in blessuretijd tegen SV TOP verandert weinig aan doelstelling; Sirat Sahebzadah mikt met Columbia op handhaving via nacompetitie

Het ongeloof droop er in het Columbia-kamp vanaf direct na het laatste fluitsignaal. Een punt tegen SV TOP leek al in de pocket te zitten. Desondanks ging het in de blessuretijd mis.

Het leek er zondagmiddag rond de klok van tweeën weinig op dat met het ingaan van de zomertijd de zon plotsklaps is doorgebroken aan de Winkewijertlaan. De grijze hemel die zich voorafgaand aan het duel tegen de amateurs van TOP Oss boven het Columbia-terrein samenpakte, beloofden al op voorhand weinig goeds.

Zoals wel vaker ging er een bedrieglijke werking uit van de spreekwoordelijke schijn. De thuisploeg schoot sterk uit de startblokken. Het ontbreken van aanvalsleider Jamarro Diks leek de wel aanwezige Columbianen weinig te deren. Binnen vijf minuten nam Columbia door toedoen van Mike Cyubahiro de leiding. Die snelle openingsgoal was een signaal voor de vanwege de regen in de bestuurskamer achtergebleven bestuursleden om er eens goed voor te gaan zitten op hun voor het raam geschoven stoelen.

Bijna twee uur later zag de zwartgele wereld er beduidend minder rooskleurig uit. Zoals in het huidige seizoen eveneens al eerder gebeurde, stond Columbia na negentig minuten met lege landen. Of specifieker gezegd: na de extra tijd. Want de officiële speeltijd was al een aantal minuten verstreken toen de eersteklasser bij een 1-1 stand niét het meer dan welkome punt mocht vieren, maar bij het sluiten van de markt alsnog een tegentreffer én een domper incasseerde.

“Dat was wel jammer. Het is niet de eerste keer dat we in de laatste minuut een goal tegenkrijgen. We kwamen vroeg op voorsprong, deden het goed en voetbalden ook goed. En dan krijg je zo’n goal tegen. Dat is heel ongelukkig. We hebben dit seizoen veel pech. Het zit ons niet mee”, baalde Sirat Sahebzadah (21) van het onfortuinlijke slot van de wedstrijd.

De balvaardige middenvelder maakte de beslissende goal zelf niet meer mee op het veld, maar vanuit de dug-out. Tien minuten voor tijd stuurde Daniel Holtman met Timo Schiphorst in zijn plaats een frisse kracht de wei in. Volgens de trainer omdat de speler ietwat liep de trekkebenen en er mede vanwege de Ramadan doorheen zat. Volgens de speler zelf had hij best verder gekund. “De trainer wilde frisheid in de ploeg brengen. Uiteindelijk is de trainer degene die dat bepaalt”, legde Sahebzadah zich neer bij Holtmans beslissing.

Afgelopen seizoen degradeerde de vierdejaars Rechtenstudent met SV Vaasen naar de vierde klasse. Bij Columbia vond de nieuwkomer redelijk snel zijn plekje en houdt hij zich in een moeizaam verlopend seizoen goed staande. “Ik heb de eerste drie wedstrijden niet gespeeld. Daarna ben ik er niet meer uit geweest. Ik heb heel bewust voor Columbia gekozen. Ik kan het niveau van de eerste klasse wel aan. Ik heb wel ambities en wil verder groeien als voetballer. Toch blijf ik bij Columbia. Ik speel hier pas een jaar. Het bevalt me hier goed.”

Voetballend staat hij zijn mannetje. Op maatschappelijk vlak liegen de ambities van de ook bij Atik in de zaal voetballende Sahebzadah er evenmin om. Na het afronden van zijn studie op de Universiteit van Utrecht wil de maatschappelijk geëngageerde Columbia-voetballer graag advocaat worden. “Ik zit in het laatste jaar voor m’n Bachelor. Daar ben ik heel druk mee.”

Op het voetbalveld wil hij er met Columbia ook uithalen wat er inzit. “Onze doelstelling is het om er via de nacompetitie in te blijven. Dat is het maximaal haalbare. We moeten daarom zien om in die laatste wedstrijden zoveel mogelijk punten bij elkaar te sprokkelen.”

De Stentor maandag 27 maart 2023

Anna Zijl kijkt al vooruit naar komend seizoen met Dynamo

De 3-1 overwinning tegen Peelpush in hun laatste thuiswedstrijd was vooral gevoelsmatig van waarde. Waarom ze in het bijna afgelopen seizoen niet aan de vooraf gestelde verwachtingen voldeden weten de volleybalsters van Dynamo zelf als geen ander.

Anna Zijl staat misschien wel symbool voor de waslijst aan fysieke tegenslagen waaronder de Apeldoornse vertegenwoordiger in de hoogste volleybalklasse bij de vrouwen in de afgelopen maanden gebukt ging. Na een langere afwezigheid mocht de 21-jarige passer/loper zaterdagavond bij het matchpoint in de vierde set even opdraven om met haar lengte aan het net te helpen de zege definitief veilig te stellen.

Ook voor de met hoge verwachtingen van Eurosped naar Dynamo gekomen Apeldoornse bracht het seizoenen door allerlei oorzaken niet wat zij er vooraf van verwachtte en hoopte. Zijl richt het sportieve vizier daarom al op het komende seizoen. Naast het zevental dat al eerder te kennen had gegeven het damesteam van Dynamo trouw te blijven, knoopt ook zij er in elk geval nog één seizoen aan vast. Hetzelfde geldt voor middenaanvalster Fleur Kleine Schaars (22) en de zestienjarige spelverdeelster Luna Strikwerda die uit Dynamo’s tweede team de overstap maakt naar de hoofdmacht.

Daarin hoopt de vastberaden Zijl belangrijk te zijn voor haar ploeg. “We hebben heel veel blessures gehad. Van al die jonge meiden kan je niet verwachten dat zij het dan gaan oppakken. Toch ben ik heel trots op het team. We kijken al naar volgend seizoen. Het geloof is er zeker. Het moet er uitkomen. In de eerste wedstrijden hebben we al laten zien wat we kunnen.”

De rol als ‘aanjager’ ligt haar wel. “Ik hoop iedereen scherp te houden en beter te maken en dat ik daarin zelf kan meegroeien.”

Trainer Arjen Schimmel gaat ondertussen onverstoorbaar verder met het aanbrengen van cement tussen de bouwstenen. “Als je te maken hebt met zeven langdurig geblesseerden, dan praat je over meer dan de helft van je selectie. Over drie weken spelen we onze laatste wedstrijd en sluiten we af. Het is geruststellend dat we nu al tien speelsters definitief hebben vastliggen. We hebben er acht uit het huidige team vastgelegd en twee uit de jeugd. Hopelijk kunnen we volgend seizoen het volgende stapje maken en stabieler worden. Wanneer we in de toekomst willen meespelen, dan moet het niveau echt omhoog.”

Met de uitwedstrijden bij FAST en Voltena nog in het verschiet kan zijn ploeg de degradatiepoule waaruit niet gedegradeerd kan worden als winnaar afsluiten. Het zou volgens te trainer wel bijdragen aan een enigszins tevredenstellende afsluiting van het seizoen. “We kunnen dan ‘the best of the rest’ worden. Als we daarin slagen, dan is dat vooral goed voor het gevoel.”

De Stentor maandag 27 maart 2023

Negen eindtoernooien meegemaakt met Oranje en dan drammen over een stoelnummer

Achter de bal aan (85): Le Bourget, Saint-Denis

De wedstrijd Frankrijk – Nederland was er eentje om gauw te vergeten. Een uitstapje naar Parijs blijft daarentegen altijd de moeite waard.

Donderdag 23 maart 2023

Kort voor vertrek krijg ik tot m’n verbazing een telefoontje van het B&B Hotel Le Bourget, mijn logeeradres voor de komende twee nachten. Een Engelssprekend heerschap deelt me mee dat ze de eerste overnachting al van m’n creditcard hebben afgeschreven. Heel attent. Fijn om te weten. Voor dat soort futiliteiten hadden ze me niet hoeven bellen.

Op het afgesproken tijdstip van half elf staat chauffeur Erik op de stoep en vertrekken we richting Frankrijk. Volgens de routeplanner bedraagt de afstand van Orden naar Le Bourget 517 kilometer. Het ding stuurt ons niet via Breda/Hazeldonk naar Antwerpen, maar via Eindhoven. Dat zal dan waarschijnlijk de snelste route zijn. Om tien voor één staat het op de Antwerpse Ring bij de Kennedytunnel ouderwets vast. Sommige dingen veranderen nooit. Vanuit de richting Gent kruipt het verkeer nóg langzamer vooruit. Om 13.23 uur passeren we over de E17 de Ghelamco Arena, het stadion van AA Gent. De resterende kilometers tot aan de Franse grens krijgen we nat en onplezierig gezelschap van enkele flinke buien.

Drieënhalf uur na vertrek uit Apeldoorn rijdt Erik Frankrijk binnen. Een tiental minuten later is er bij de afslag Lesquin, het vliegveld van Lille, opnieuw enige tijd sprake van langzaam rijdend en stilstaand verkeer. In de pak ‘m beet 200 kilometer die volgen tot aan Parijs volgen zorgen alleen tolpoorten nog voor kort oponthoud.

Om 16.10 uur draait Erik bij afslag 5 de snelweg af naar Pte de la Villette, La Courneuve en Drancy. Vanaf daar is het bekend terrein. Een kwartiertje later checken we in bij B&B Le Bourget. In 2017, toen Oranje voor de WK-kwalificatie met 4-0 klop kreeg van Mbappé & Co, verbleven we er al eerder. Afgezien van de prijs is er weinig veranderd.

Nadat we onze spullen naar onze kamers hebben gebracht, wandelen we over de Av de la Division Leclerc Le Bourget in. De tramverbinding met de overige banlieus in het noordelijk stadsdeel was er zes jaar geleden nog niet. Ofschoon Frankrijk de coronamaatregelen op 1 augustus 2022 heeft afgeschaald, loopt er meer dan zes maanden na dato nog wel een behoorlijk aantal mensen met mondkapjes op straat. Ik heb met ze te doen, de stakkers. Het moet toch verschrikkelijk zijn om met zoveel angst rond te lopen.

Als ik schrijf dat de Parijse voorstad niet de meest bruisende plek op aarde is, dan druk ik het heel netjes uit. Le Bourget is grauw, grijs en naargeestig. Veel toeristen loop je er niet tegen het lijf. Lekker eten hebben ze er daarentegen wel. In een Turks grillrestaurant dat luistert naar de toepasselijke naam Istanbul doe ik me tegoed aan een voortreffelijke cordonbleu. Aan wat eetbaars was ik eerlijk gezegd ook wel toe. Het smaakt en vult uitstekend. En dat voor nauwelijks tien euro.

Tegen zevenen keren we terug in het hotel. Om in deze buurt na het invullen van de duisternis op straat rond te hangen lijkt me niet zo’n slim idee. Al voel ik me niet zo gauw ergens onveilig. In het centrum van Parijs is het op het bewuste moment veel gevaarlijker, zo bewijzen de beelden die de Franse tv live ‘vanaf het slagveld’ uitzendt. Het gaat er nogal verhit aan toe bij demonstraties tegen de aangekondigde verhoging van de pensioenleeftijd van 62 naar 64 jaar. De Fransen pikken het niet dat president Macron die wetswijziging er doorheen heeft gedrukt. De ongeregeldheden vinden plaats op hooguit tien kilometer van ons hotel. Dat belooft nog wat voor morgen.

Het bekijken van het live verslag van Italië – Engeland op het eigen tv-kanaal van sportkrant L’Equipe is een stuk veiliger en rustiger dan naar de binnenstad te gaan om daar de ramptoerist uit te hangen. Je moet de ellende natuurlijk niet opzoeken. Om één uur ’s nachts zie ik hoe demonstranten en ME’ers op de Place de la Bastille nog altijd lijnrecht tegenover elkaar staan. Ze maken er een lange dag van. Ze doen hun best maar. Voor mij is het tijd om te gaan slapen.

Vrijdag 24 maart 2023

TF1 meldt om half acht ’s ochtends uitgebreid over allerlei rellen die gisteren en afgelopen nacht in heel Frankrijk plaatsvonden vanwege de omstreden verhoging van de pensioenleeftijd. Beelden van brandende gebouwen en gemaskerde plunderaars luidden de dag op confronterende wijze in. Meermaals vang ik de naam Bloc Noir op, het Zwarte Blok. De linkse beroepsdemonstranten laten weer eens op geheel eigen wijze zien wat vreedzaam protest voeren inhoudt…

In Le Bourget merken we er weinig van wanneer we ons na negenen op straat wagen. Le Bourget is even grijs en grauw als altijd. De wielen zitten ook nog altijd onder Eriks auto. Het hoge hek om de parkeerplaats van ons hotel bewijst z’n nut. Dat staat er niet voor niets.  

Als ik het goed begrijp, staat de volgende actiedag pas gepland voor aanstaande dinsdag. Dan mag iedere ontevreden Fransoos onder de regie van les syndicats weer lekker los en kunnen ook de lieverdjes van het Zwarte Blok zich weer uitleven op politieagenten en andermans eigendommen.

Van stakingen of werkonderbrekingen in het openbaar vervoer is vandaag geen sprake. Met een Paris Visite-kaart, die we voor het speciale actietarief van 11,30 euro op de kop tikken op het Gare SNCF du Bourget, reizen we in de daaropvolgende uren onbekommerd en ongelimiteerd per trein en metro door de drie zones van Parijs waarin dat is toegestaan.

Omdat het niet ons eerste bezoek aan de Franse hoofdstad betreft laten we de Eiffeltoren, de Arc de Triomphe, de Nôtre Dame, de Champs Elysees en de Sacre Coeur links liggen. Die ken ik inmiddels wel. We beperken ons tot Bercy, La Défense en Colombes. Voor een ouderwetse stadiontour. Het sportpaleis van Bercy, de imposante Arena in de schaduw van de Gran Arche en niet in het minst het oude eerbiedwaardige Stade Olympique Yves-du-Manoir vervullen elk een rol op de Olympische Spelen van 2024. Het is best wel een vreemde gewaarwording rond te wandelen bij het stadion – of wat daar van over is – waar in 1938 de finale van het wereldkampioenschap voetbal is afgewerkt. Al is er in Colombes niets meer dat daaraan herinnert.

De eerste Oranjefans, van de in totaal 2400 die vanavond het uitverkochte uitvak in het Stade de France vullen, ontmoeten we pas na half drie op de Boulevard de Clichy. In dezelfde Ierse pub als bij de twee voorgaande gelegenheden bevindt zich daar ook ditmaal weer het afhaalpunt waar Nederlandse supporters hun wedstrijdkaarten in ontvangst kunnen nemen.

We verlaten de plek des onheils weer zo snel als het kan. Gezien de overvloed aan oer-Hollands jolijt waarop het al aanwezige Oranje contingent ons onthaalt beperken we ons tot het allernoodzakelijkste en gaan we er met onze tickets op zak meteen weer vandoor. Vanaf de overzijde straat zien met volautomatische geweren bewapende gendarmes erop toe dat het niet té gezellig wordt.

De Franse ordediensten zijn op het ergste voorbereid en laten niets aan het toeval over, zagen we eerder al op het Gare Saint-Lazare. De daar op het station patrouillerende grotere baretten met nóg grotere mitrailleurs zagen er niet uit om de spot mee te drijven. Met zulke jongens kun je beter geen ruzie krijgen. Zet dat soort elitetroepen in bij wedstrijden in het Nederlandse betaalde voetbal en je bent meteen verlost van al het vermeende supportersgeweld. Deze Rambo’s zijn van een ander kaliber dan veel van die handhavers bij ons die zich vaak uit strategisch oogpunt uit de voeten maken op de momenten waarop ze het daar een klein beetje warm onder krijgen. Om verdere escalatie te voorkomen heet dat dan altijd zo mooi in vakjargon.

Na de ingelaste (eet)pauzes in het hotel en onze ‘stamkroeg’ restaurant Istanbul is het zo’n vier uur na het afhalen van de kaarten bij het Stade de France een beetje van hetzelfde laken een pak. Alleen al de aanblik van de mitrailleurs van de in La Plaine en Saint-Denis opgetrommelde ordetroepen werkt beduidend de-escalerender dan het al meer dan vier decennia aanhoudende gejammer en gebrek en daadkracht van Nederlandse burgemeesters en politiechefs. Al moet ik zeggen dat van die bui die zo’n anderhalf voor de aftrap losbarst eveneens een zeer verfrissende en heilzame werking uitgaat.

Zo’n betweter als Özcan Akyol, die onlangs iets schreef over actieplannen waarmee de KNVB en BVO’s geweld in en om voetbalstadions zouden moeten beteugelen, kletst uit z’n nek. Ik ben het vaak met hem eens, maar in dit geval heeft onze grote vriend en zelfbenoemd Go Ahead Eagles-fan totaal geen benul waar hij over praat. Het kan zijn dat ik wat gemist heb, maar sinds wanneer zijn sportbonden en voetbalclubs in het Europa van Frans Timmersmans verantwoordelijk voor handhaving van de openbare orde?

Ik zie steeds vaker beelden van klimaatactivisten die een snelweg blokkeren. Het is tegenwoordig mode dat hedendaagse wereldverbeteraars zich bij zulke happenings aan het asfalt vastplakken. Meer dan honderd zijn het er zelden. Zelfs PEC Zwolle neemt tegenwoordig méér supporters mee naar uitwedstrijden, maar dat terzijde. En voor dat zooitje ongeregeld wordt dan meer politie opgetrommeld dan tijdens een complete speelronde in het betaalde voetbal! Vreemd genoeg hoor ik in zulke gevallen nooit burgemeesters, politiechefs of politici klagen over de kosten van die inzet. Kennelijk is zoiets wel maatschappelijk toelaatbaar.

Omdat de regenbui even snel weer ophoudt als dat hij begon, lopen we voordat we naar binnen gaan eerst een rondje om het Stade de France. Het is mij een volslagen raadsel hoe het bijna tien maanden eerder voor aanvang van de Champions League finale tussen Real Madrid en Liverpool zo mis kon gaan. Ook ditmaal staan er aanzienlijke rijen voor de toegangspoorten. In tegenstelling tot op die gedenkwaardige 28 mei 2022 gaat het er nu bijzonder geordend aan toe. Zover ik dat kan beoordelen ontstaat er nergens gedrang. Er wordt niemand onder de voet gelopen. Noch hoeft de harde kern van de plaatselijke gendarmerie pepperspray te gebruiken of de deugdelijkheid van de meegebrachte schietwapens te testen.

In de Secteur Sud kunnen wij bij Porte B zonder problemen het uitvak in. Het fouilleren gebeurt weliswaar grondig, maar leidt nergens tot irritatie. Ergernis ondervind ik meer van mijn mede-Oranjesupporters. Zoals bij elke uitwedstrijd van het Nederlands is het weer een beproeving. Waar al dat volk telkens vandaan komt… Echt, je schaamt je soms kapot om Nederlander te zijn.

Nadat we hebben plaatsgenomen bij onze aloude strijdmakkers uit Kerkrade krijg ik zelfs bijna ruzie met zo’n bijgoochem. Ondanks dat alle toegangsbewijzen genummerd zijn gaat iedereen volgens goed Hollands gebruik gewoon zitten waar het hem of haar het beste uitkomt. Nou ja, bijna iedereen dan…

Kort voor de aftrap komt er een gozer met z’n vriendin (of dochter?) die het stoeltje opeist waarop Erik heeft plaatsgenomen. In plaats van op één van de talrijke vrije zitjes daarnaast te gaan zitten, een kleine moeite zou je denken, eist de Jan Doedel met veel misbaar Eriks plekje op. Erik is dan wel zo dat hij opstaat, die is veel te goed voor deze wereld. Als ik de handelswijze van het stuk verdriet ter discussie stel en hem een nepsupporter noem, reageert hij verontwaardigd dat hij Oranje maar liefst bij negen eindtoernooien heeft gesteund. Als ik de hem daarmee wil feliciteren en opper om hem voor te dragen voor een lintje, kan hij dat ook al niet waarderen. Eikel. Dave en Jerome, onze Roda JC-kameraden, vinden het hoogst vermakelijk. En Erik schuift gewoon een rij omhoog en komt naast mij zitten. Waarom moeilijk doen als het ook makkelijk kan.

Het kromme – en nou komt het – is dat de grapjas die Erik zo nodig moest verjagen net als de meeste andere échte supporters rondom ons niet gaat zitten op het opgeëiste stoeltje, maar het vanaf het eerste fluitsignaal nodig vindt om te blijven staan!

Het Stade de France behoort nota bene tot de meest comfortabele voetbaltempels waar ik tijdens mijn lange loopbaan als voetbalsupporter ben geweest. Er bestaat weliswaar de kans dat je wat hoog en ver van het veld afzit, maar elke plek biedt wél prima zicht op wat zich binnen de lijnen afspeelt. Nou valt de prijs van onze kaartjes met 35 euro me naar hedendaagse maatstaven gemeten zelfs alleszins mee. Om voor zo’n bedrag te moeten staan omdat ik anders tegen de rug van mijn nieuwe vriend aankijk, is me dan weer net iets teveel van het goede. Alsof m’n voeten al niet pijnlijk genoeg aanvoelen van een hele ochtend en middag door Parijs sjouwen!

En natuurlijk blijven veel van die gasten constant heen en weer lopen tijdens de wedstrijd om bier te halen. Je zou toch denken dat iemand die helemaal vanuit Nederland naar Frankrijk reist om een voetbalwedstrijd bij te wonen op z’n minst van plan is om die wedstrijd bekijken. Maar nee hoor. In onze nabijheid zijn er enkelen bij die wel vijf of zes keer hun plaats verlaten om hun lege bekers telkens met peperduur evenementenbier bij te vullen. Je wordt er tureluurs van. Je zou ze spontaan een schop geven, stelletje zenuwlijers.

We zijn sowieso omringd door voetbalkenners. Eentje vraagt zich serieus af waarom bondscoach Ronald Koeman Feyenoord-aanvoerder Orkun Kökçü niet heeft geselecteerd. Bij het moeten aanhoren van dat soort deskundige commentaren, weet je meteen wat voor vlees je in de kuip hebt… Geluk bij een ongeluk, om het zo maar te noemen, is dat onze buren na de rust bij een 3-0 achterstand voor Oranje wel op hun gat plaatsnemen. Omdat ze het niet meer zien zitten gaan ze zitten. Zo kan ik toch nog 45 minuten zittend kijken. Alhoewel er in de tweede helft niet veel meer gebeurt. De wedstrijd was na 22 minuten al in Frans voordeel beslist.

Afgaande op de wanprestatie die het Nederlands elftal bij de terugkeer van Ronald Koeman als bondscoach levert, is het maar de zeer vraag of het stuk chagrijn op de rij voor me volgend jaar zijn tiende eindtoernooi gaat meemaken. Wie mannen als Mbappe en Griezman zóveel ruimte geeft, roept de ellende over zichzelf af. In zekere zin mag Oranje zich zelfs gelukkig prijzen dat het slechts 4-0 wordt. Voor de statistici: dat is een evenaring van de score van het op dezelfde locatie afgewerkte WK-kwalificatieduel van 2017.

Gelukkig is het vanaf het stadion niet zover lopen naar station La Plaine-Saint Denis. Vandaar zitten we binnen tien minuten weer in Le Bourget. Dat ligt slechts twee stations verderop. Voor wie alle doelpunten onverhoopt gemist heeft, herhaalt L’Equipe tv ze non-stop. Ik druk daarom maar gauw op de uitknop van de afstandsbediening. Ik had in het Stade de France al meer dan genoeg gezien.

Zaterdag 25 maart 2023

’s Ochtends om kwart voor acht beginnen we aan onze terugreis. Erik gooit eerst de tank vol bij een Esso-station in de buurt. Iets meer dan vijf uur later zet hij me thuis in Apeldoorn af. Een kwartiertje later zit ik in de auto naar Zwolle. Om half drie sta ik langs de lijn en in de wind bij Be Quick ’28 – AGOVV. Nauwelijks vijftien uur na de afstraffing van Oranje heb ik gelukkig geen last meer van lamzakken die zeuren om een stoelnummer of voor m’n neus staan en ga ik écht voetbal kijken…

Laatbloeier Duco Krook heeft het idee dat hij zijn sportieve plafond nog niet heeft bereikt

In zijn tweede seizoen in Apeldoornse dienst is Duco Krook uitgegroeid tot een zekerheidje voor de technische staf van Draisma Dynamo. Op 27-jarige leeftijd blijft de laatbloeier velen verbazen, inclusief zichzelf. “Ik had nooit verwacht dat ik landskampioen zou worden. Ik had zelfs nooit verwacht om ooit om de landstitel te spelen. Dat is wel gaaf, een droom die waar wordt.”

Ondanks de nederlaag van afgelopen zondag in Doetinchem blijft Draisma Dynamo plaatsing voor de play-off finale volledig in eigen hand houden. Desondanks rekent de middenaanvaller zich niet te vroeg rijk. “Qua resultaten gaat het goed. Het gaat echter niet vanzelf. Het is elke wedstrijd weer een strijd. We moeten er steeds hard voor werken. We hebben wel een wat langer dipje gehad. Het ging op en af. Maar het lijkt erop dat we daar nu uit zijn. Wil je landskampioen worden, dan moet je van iedereen winnen. Het gaat om de laatste wedstrijden”, is Krook zich bewust dat belangrijkste fase van het seizoen nu pas aanbreekt.

Er staat dan al wel een landstitel op zijn cv, maar de zelfkritische volleyballer noemt zijn eigen bijdrage aan het kampioenschap van 2022 gering. “Het verschil met vorig jaar is voor mij enorm. Blessures van andere jongens op mijn positie zijn natuurlijk niet fijn. Voor mezelf is het wel fijn dat ik nu kan laten zien wat ik kan. Ik heb inderdaad het gevoel dat er nog wel meer in zit. Al durf ik niet te zeggen of ik volgend jaar weer zo’n stap ga maken als ik nu gemaakt heb.”

Bij de vraag op welke vlakken hij naar zijn eigen mening nog progressie kan boeken, hoeft Krook niet lang na te denken over een antwoord. “Ik ben al een stukje kleiner, maar blokkerend zou ik de situaties wel wat sneller kunnen lezen. Serverend gaat het op en af. Tegen Limax had ik drie servicefouten. Aan zulke fouten stoor ik me wel. Aanvallend gaat het wel aardig. Toch kan het altijd beter.”

Zijn gedrevenheid heeft de voormalige aanvoerder van VoCASA in elk geval al verder gebracht dan hij zelf voor mogelijk had gehouden. “Ik ga een wedstrijd niet in met dat ik moét winnen. Ik wil wel winnen. Daar doe ik alles aan. Elk punt is het vechten en het beste eruit halen. Het fanatisme heeft er bij mij altijd al wel ingezeten. Met Daan Haanappel was dat wel leuk vorig jaar. We speelden vaak spelletjes samen. Daarbij ging het er altijd bloedfanatiek aan toe.”

Met de handvatten die Draisma Dynamo’s technische staf hem aanreiken weet de leergierige Brabander ook wel raad. “Je moet blind gaan en jezelf het snot voor de ogen werken. Trainers begeleiden je daarbij. Ivo Martinovic geeft je nieuwe inzichten. En Redbad vind ik gewoon geweldig. Maar het is wel zo dat trainers het niét voor je doen, uiteindelijk moet je alles zelf doen.”

Krook vindt zichzelf geen leider. “Bij VoCASA was ik aanvoerder. Dat was niet vanwege leiderschapskwaliteiten, maar omdat ik degene was die er het langst speelde. Bij Draisma Dynamo focus ik me op m’n eigen taken. Het is wel zo dat ik qua leeftijd iets ouder ben dan de meesten. Daardoor heb ik misschien wat meer mensenkennis. Ik geef best weleens wat informatie door. Een op een ben ik daar wat beter in dan in een groep. Het maakt helemaal niet uit of je een keer ruzie hebt. Het is goed bedoeld.”

Zijn studie interieurbouw liet de bewoner van de FSG Campus voor wat het was. Waarin hij zich na(aast) het volleybal verder kan bekwamen, daarop is zich Krook zich momenteel aan het oriënteren. Als volleyballer een kijkje nemen over de grens acht hij gezien zijn leeftijd niet waarschijnlijk. Helemaal uitsluiten doet hij het desondanks niet. “Zevenentwintig is niet per se een leeftijd waarop je niet meer naar het buitenland kan.”

Duco Krook voelt zich thuis in Apeldoorn en waardeert de externe steun die hij krijgt bij het beoefenen van zijn favoriete sport. “Ik heb zelfs m’n eigen sponsor: Meesterlijk Geschikt. Miranda ten Voorde is echt een superleuk mens. Zonder de businessclub zouden wij niet zo kunnen volleyballen zoals we nu doen. De leden doen veel voor ons. Daar zijn we ze heel dankbaar voor. Als er dan een opening is van een nieuwe businessclubruimte, zoals vorige week, dan ga ik daar wel even langs. Dat is wel het minste wat je kan doen”, realiseert hij zich terdege dat Draisma Dynamo mede dankzij de steun van alle trouwe sponsors in het voorjaar van 2023 nog op twee fronten actief is.

Krook kijkt al vol verlangen uit naar de bekerfinale tegen Lycurgus op Tweede Paasdag. “Ik heb er heel veel zin in. Ik heb nog nooit een bekerfinale gespeeld. Tot aan dit seizoen had ik zelfs nooit in een halve finale gestaan. De Supercup was tot dusverre mijn enige finale. Ik baal nog steeds dat we die wedstrijd verloren hebben. Die bekerfinale wordt sowieso een leuk potje. De Maaspoort is een mooie hal. Ik hoop dat er een beetje publiek zit. Op 8 april moeten me naar Groningen voor de kampioenspoule, op 10 april komen we Lycurgus in Den Bosch in de bekerfinale alweer tegen. Natuurlijk kijken we vooraf wat zij doen. Het belangrijkste is dat we ons eigen niveau op orde hebben. We hebben het in eigen handen.”

Krook vertrouwt erop dat Draisma Dynamo de landstitel kan prolongeren. “Als we ons eigen niveau halen, dan komt het goed. Orion blijft altijd lastig. Bij de thuiswedstrijd die we verloren waren zij écht goed. Lycurgus is tijdens het seizoen enorm gegroeid. Limax staat er ook nog bij. SSS en Sliedrecht liggen er al uit. Wat opvalt is dat er dit seizoen veel buitenlanders in de eredivisie spelen. Dynamo doet het met Nederlanders. Daar bedoel ik niets negatiefs mee. Wij hebben gewoon een heel leuke groep.”

Om al uitgebreid te filosoferen over de eerste dubbel sinds 2010 vindt Draisma Dynamo’s nummer 18 nog veel te vroeg. “Het is inderdaad mogelijk dat we de dubbel gaan winnen. Ik heb daar eerlijk gezegd nog niet zozeer bij stil gestaan. We gaan het zien. Er kan nog van alles gebeuren.”

Draismadynamo.nl zaterdag 18 maart 2023

Apeldoornse landskampioen houdt kansen op plek in play-off finale in eigen hand; Nederlaag in Doetinchem verandert weinig voor Dynamo

Orion zette Dynamo zondagmiddag weer stevig met beide benen op de grond. Maar ondanks dat de Apeldoorners een uitgelezen kans lieten liggen om de kansen van de Doetinchemse rivaal in de kampioensstrijd tot een minimum te reduceren, verandert er in feite weinig voor de titelverdediger. Een korte reconstructie van een week met pieken en dalen.

Woensdag 8 maart

Dat de landskampioen volleybal van 2021 en 2022 bij het Apeldoorns sportgala in Orpheus opnieuw de twijfelachtige eer moet laten aan een baanwielrenner uit het Brabantse Luyksgestel, daar zal niemand in het Dynamo-kamp echt wakker van liggen. Wat er wél toe doet voor ’s lands meest gelauwerde clubteam, is de overtuigende zege van die avond bij Limax. Dankzij de 3-0 winst neemt de titelverdediger de koppositie in de kampioenspoule over van de revelatie uit Limburg, die het reguliere eredivisieseizoen als eerste afsloot.

Donderdag 9 maart

De donderdag breekt al aan als de Dynamo-selectie terugkeert in Apeldoorn van het midweekse uitstapje naar Sint-Odiliënberg. De spelers mogen zich opmaken voor een spaarzame vrije dag. Hoewel Redbad Strikwerda het liefst zeven dagen per week in de zaal staat om zijn pupillen beter te maken, verliest de Dynamo-trainer de noodzakelijke arbeids-rustverhouding geenszins uit het oog. Volleybaldier Strikwerda weet als geen ander dat een fitte spelersgroep het welslagen van de ingezette jacht op de dubbel vergroot. Afgezien van de middenaanvallers Tijmen Laane en Sjors Tijhuis, die beide dit seizoen niet meer in actie komen, lijkt Dynamo op volle sterkte de eindspurt te kunnen inzetten.

Vrijdag 10 maart

In aansluiting op de wekelijkse video-analyse die voorafgaat aan de eerstvolgende wedstrijd neemt Strikwerda zijn selectie zo’n drie uur lang onder handen op het centre-court van de eigen arena. Aansluitend draven de spelers op bij de opening van de nieuwe ruimte van de Businessclub Dynamo in Omnisport. Voor de continuïteit van het topvolleybal in Apeldoorn is de support van het businessnetwerk dat de Dynamo-volleyballers door dik en dun ondersteunt belangrijker dan ooit. Sportief geeft de 14-voudig landskampioen de toon aan in het Nederlandse clubvolleybal, qua budget moet Dynamo het afleggen tegen de concurrentie uit Groningen (Lycurgus) en Doetinchem (Orion). Wanneer ook clubs als Limax en PDK Huizen hun aangekondigde sportieve ambities in de nabije toekomst in daden omzetten, sluit dat niet uit dat Dynamo in de eredivisie op de ranglijst van begrotingen terugvalt naar een alleszins zorgwekkende vijfde plek. Deze ontwikkeling kan toptalenten weleens beïnvloeden bij hun clubkeuze. Ten nadele van Dynamo.

Zaterdag 11 maart

Op verzoek van tegenstander Orion is de oorspronkelijk voor zaterdag vastgestelde wedstrijd in Doetinchem verplaatst naar de zondag. En dus traint Dynamo gewoon. Sneeuw of geen sneeuw, Redbad Strikwerda neemt elke gelegenheid te baat om zijn pupillen naar een hoger niveau te tillen.

Zondag 12 maart

Op de vierde speeldag van de kampioenspoule incasseert de titelverdediger een eerste tegenslag. Bij winst in de topsporthal Achterhoek had Dynamo de tegenstander in de play-off finale van het afgelopen seizoen op acht punten achterstand kunnen zetten. Door de 3-1 nadert Orion de Apeldoorners tot op twee punten. Lycurgus, dat in Groningen Limax met 3-1 verslaat en zaterdag op bezoek komt in Omnisport, verkleint het verschil tot een punt. Dynamo blijft echter aan kop in de kampioenspoule en houdt de kansen op plaatsing voor de play-off finale volledig in eigen hand.

De Stentor maandag 13 maart 2023

Verovering van tweede periodetitel geen prioriteit aan de Veldhofweg; Enzo de Boer focust zich alleen op handhaving met Beekbergen

Aan de Veldhofweg verging de wereld niet doordat Beekbergen door een 1-1 gelijkspel tegen Diepenveen de eigen kansen op de tweede periodetitel verkleinde. Enzo de Boer en zijn ploeggenoten hebben andere prioriteiten. “Handhaving is voor ons het belangrijkste”, maakt Beekbergens aanvoerder duidelijk dat voor hem het klassebehoud voorop staat.

Aan het einde van de eerste helft werd het duel tussen de nummers zes en vier van de derde klasse D opgeschrikt door een vervelende botsing tussen Beekbergens Timme de Ru en Diepenveen-keeper Nick Witteveen. Het spel lag enige tijd stil voor behandeling van het onfortuinlijke duo. De doelman kon na te zijn opgelapt het spel vervolgen. De Ru moest in de rust de strijd staken. Duizeligheid en misselijkheid maakte het voor de zoon van de Beekbergen-voorzitter onverantwoord om verder te voetballen.

Ook Enzo de Boer haalde het eindsignaal niet. Na ruim een uur moest de verdediger zich laten vervangen. Anne Zandbergen, een andere clubicoon, nam zijn positie over. Op het moment van de wissel stond het 1-0. Een treffer van Rens Klopman kort na rust bezorgde de Beekbergenaren een voorsprong en de maker zelf de titel van Man of the Match, inclusief de bijbehorende schaal met bitterballen en kroketten. De gewisselde De Boer zag vervolgens vanuit de dug-out hoe Diepenveen in de slotfase langszij kwam en de verdiende gelijkmaker maakte.

“Ik had last van m’n kuit”, noemde De Boer na afloop de voornaamste oorzaak voor zijn wissel. Met het resultaat kon hij wel leven. Dat de Beekbergense kansen op het winnen van de periodetitel door de remise zijn afgenomen, vond hij van ondergeschikt belang. Het inmiddels uitgespeelde Robur et Velocitas nam de koppositie in de periodestand over. Zowel Wijhe ’92 als Beekbergen, die beide nog een wedstrijd moeten inhalen, kan de Apeldoorners echter nog passeren in de periodestand. Al maakt de 30-jarige linksback zich weinig illusies dat winst op Turkse Kracht op 10 april toereikend zal zijn voor de periodetitel. “Wijhe heeft een beter doelsaldo dan wij.”

Een blik op de actuele ranglijst leert dat Beekbergen met slechts drie verliespunten minder dan koploper Groen Wit zelfs kampioenskandidaat genoemd mag worden. Die suggestie gaat De Boer veel te ver. “Dat woord nemen wij niet in de mond. Al kan in deze klasse wel iedereen van elkaar winnen.”

Ontkennen dat de Beekbergenaren na de promotie uit de vierde klasse bezig zijn aan een sterk seizoen, kan de oudgediende niet. “We hebben een jong team. Met ook enkele oudere spelers. Er staat een goede mix. Het is mooi dat er wat jeugd doorkomt. Rens, een van die jonge jongens, scoorde vandaag ook. Verdedigen doen we over het algemeen wel goed. Toch scoren we te weinig.”

Zelf is hij bezig aan zijn veertiende seizoen in de hoofdmacht. “Ik sta al vanaf mijn zestiende in de basis. Ik ben er gelijk ingekomen met Anne Zandbergen. Anne stopt er na dit seizoen mee. Of ik zelf doorga weet ik nog niet. Ik bekijk het van jaar tot jaar. Ik zit met veel blessures. Een paar jaar geleden heb ik m’n enkel gebroken. Sindsdien loop ik met allerlei klachten”, verklaart De Boer dat hij een vervolg van zijn loopbaan in belangrijke mate laat afhangen van zijn fysieke gesteldheid.

De Stentor maandag 13 maart 2023

Gelegenheidsspits Jesse Perdon voelt zich nog geen Haaland

Met slechts één punt uit de laatste drie competitieduels kon AGOVV wel weer eens een succesje gebruiken. Door Hatto Heim met 6-2 te verpulveren verschaften de Apeldoorners zich weer wat lucht.

Terwijl de sneeuwval van vrijdag een streep haalde door het merendeel van de wedstrijden in de regio, kon er zaterdag op Sportpark ’t Achterveen in Hattem ‘gewoon’ om half drie worden afgetrapt. Een legertje vrijwilligers had het kunstgras in de ochtenduren van de aanwezige sneeuwlaag ontdaan. Het aangename voorjaarszonnetje dat in de vroege middag aan de hemel tevoorschijn kwam, deed de rest.

Na het gelijke spel tegen OWIOS en de nederlagen tegen FC Horst en Hierden was het noodzakelijk voor AGOVV om hernieuwd puntverlies te vermijden. Om niet af te zakken naar een plek onder de veilige achtste plaats was het haast wel aan z’n stand verplicht om zich de nummer voorlaatst van het lijf te houden. Al leken de in maagdelijk wit gestoken Blauwen daar aanvankelijk niet van doordrongen.

Niet voor het eerst diende een tegentreffer als wake up-call. Pas nadat Jesse Hartgers en Marlo de Groot de in de zestiende minuut opgelopen achterstand hadden omgebogen in een 1-2 ruststand, kwam de blauwe scoringsmachine langzaam op toeren. Steven van Es (twee keer), Jesse Perdon en invaller Huseyin Güveli maakten in de tweede helft het halve dozijn vol.

Door absentie van een aantal van zijn offensieve krachten had trainer Gerrit Brouwer Jesse Perdon in de punt van de aanval geposteerd. “Omdat Jeffrey van Amersfoort en Jaap de Brouwer er niet bij waren, moest ik daar spelen. In het verleden bij FC Twente heb ik weleens eerder in de spits gestaan. Helemaal nieuw was het dus niet voor me. Ik doe gewoon wat ik moet doen voor het team, al ben ik natuurlijk geen Haaland. Ik ben vooral heel veel aan het rennen geweest”, deed AGOVV’s gelegenheidsspots nadien verslag van de arbeid die hij op de voor hem niet alledaagse positie moest verrichten.

Perdon kweet zich niet onverdienstelijk van zijn taak. Met zijn robuuste postuur bracht de 23-jarige centrale verdediger voorin extra power. Hij scoorde zelfs de 1-4 en had een belangrijk aandeel in de 1-5. Nadat de paal zijn tweede treffer van de middag in de weg stond hoefde de meegelopen Van Es zijn voet maar tegen de bal zetten om het beslissende tikje over de lijn te geven.

Als stormram bij standaardsituaties bewees de verdediger al meermaals zijn waarde voor AGOVV. Om 90 minuten als aanspeelpunt, gatentrekker en afmaker te fungeren, vergt toch wat meer specifieke vaardigheden. Aanvallend of verdedigend koppen verschilt nogal, zo ondervond de stand-in aanvalsleider toen hij kort voor rust de wedstrijd al in het slot had kunnen gooien voor de bezoekers uit Apeldoorn. “Die had er honderd procent in gemoeten. Bij dat soort situaties moet ik gewoon wat slimmer worden”, toonde Perdon zich schuldbewust over de vrije kopkans die hij onbenut liet.

Of zijn optreden aan het front eenmalig was of dat hij voortaan vaker als centrumspits aan de aftrap verschijnt, kon Perdon niet zeggen. Hij was hoe dan ook blij met de drie punten. “We moeten beseffen dat we er nog niet zijn. We moeten blijven vechten om boven de streep te eindigen. Keihard werken is de basis daarvoor.”

De Stentor maandag 13 maart 2029

Één tegenslag krijgt Marc Hoekstra en Groen Wit niet klein

Door een overtuigende 2-0 overwinning bij Groen Wit toonde Robur et Velocitas aan dat het dit seizoen een serieuze gegadigde blijft om mee te dingen naar promotie naar de tweede klasse. Koploper Groen Wit kan ondanks de derbynederlaag later deze week al een eerste prijs pakken. Een gelijkspel in de resterende 45 minuten van het in november gestaakte thuisduel tegen Turkse Kracht volstaat voor de ploeg van trainer Marcel Vink voor het winnen van de eerste periodetitel.

Het meest pijnlijke verlies incasseerde de lijstaanvoerder uit de Maten al in de week voorafgaand aan de derby tegen Robur. In een oefenduel tegen Columbia viel de – in meerdere opzichten – grote man Sybren Mulder geblesseerd uit met een naar het zich laat aanzien ernstige kniekwetsuur. Hoewel de definitieve diagnose nog moet worden vastgesteld, wordt gevreesd dat Mulder door een scheurtje in de kruisband weleens lange tijd uit de roulatie kan zijn.

Met al een compleet contingent aan geblesseerde en niet inzetbare verdedigers kon Marcel Vink dat er nou net niet bij hebben. Het gebeurde allesbehalve uit luxe dat de trainer Jordy Stouten en Michael de Zwaan, normaliter gewaardeerde krachten in de groenwitte aanval, zondagmiddag in de defensie posteerde. Voorin werd het duo node gemist. Evenals de als toeschouwer langs de zijlijn staande Mulder. Wanneer de nood aan de man is, fungeerde de lange centrale verdediger meer dan eens als een succesvol breekijzer. Acht keer was hij dit seizoen al trefzeker. Zijn absentie betekent een gevoelige aderlating.

Marc Hoekstra stond wel namens de thuisploeg aan de aftrap. Ook dat mag op zich best wel verwonderlijk genoemd worden. De voormalig aanvoerder van csv Apeldoorn is op 39-jarige leeftijd bij Groen Wit aan zijn derde jeugd begonnen. Nadat hij in zijn nadagen nog voor Sportclub Teuge voetbalde had de ervaren middenvelder eigenlijk in 2019 al een punt achter zijn voetballoopbaan gezet.

“In oktober 2021 heb ik een nieuwe heup gekregen. Normaal gebeurt dat alleen bij mensen van zestig of zeventig. Bij mij was het kraakbeen helemaal weg. De laatste jaren bij Teuge heb ik altijd met pijnstillers gespeeld. Na die operatie ben ik toch weer wat gaan doen. Ik ben ooit in de jeugd bij Groen Wit begonnen. Ik ben in de 35+ gaan voetballen. Mijn kinderen zitten hier ook. Op een gegeven moment werd me gevraagd om mee te trainen. Toen deed ik ook al redelijk snel mee in wedstrijden. Ik moet zien of ik fit blijf. Af en toe heb ik wel wat reactie van die heup. En als je dan zo’n wedstrijd hebt als vandaag…”, verzuchtte de veteraan, die na 66 minuten werd gewisseld, dat hij wel merkt dat hij de veertig nadert.

Door hun tweede competitienederlaag laten Hoekstra en zijn ploegmakkers zich niet uit het veld slaan. De eerste periodetitel ligt voor het oprapen. En misschien zelfs wel meer. “Vandaag was het slap. Eerst kwamen we al dom achter. Daarna maakte ik nog een foutje waaruit een penalty ontstond. Doordat zij die misten, bleven we nog in de wedstrijd. Robur deed het heel slim. Het loerde op balletjes die verkeerd vielen. Donderdag tegen Turkse Kracht moet het beter dan vandaag. We hebben de ambitie uitgesproken om mee te doen. Daar zijn we volop mee bezig.”

De Stentor maandag 6 maart 2023

Revalidatiejaar verloopt tot dusverre voorspoedig voor pechvogel De Ruijter

Bij de start van het huidige seizoen had Stijn de Ruijter vreemd genoeg meer landstitels op zijn conduitestaat staan dan eigenhandig gescoorde punten in de eredivisie. Nu er na ruim twee jaar blessureleed eindelijk weer beweging zit in zijn onwillige schouder, hoopt de nog altijd pas 19-jarige Drentse kolos – op 7 maart wordt hij twintig – ook actief een rol van betekenis te spelen in Draisma Dynamo’s jacht naar het derde kampioenschap in successie.

Terug naar zaterdag 12 november 2022. Draisma Dynamo gaat die bewuste avond in de eigen arena pijnlijk met de billen bloot. Na een 2-0 voorsprong in sets verliest het met 2-3 van VoCASA. Ondanks de tamelijk beschamende nederlaag viel er na afloop voor Stijn de Ruijter wat te vieren. Aan het eind van de tweede set mocht de talentvolle diagonaalspeler een aantal balwisselingen meedraaien. Dit betekende voor het lijdend voorwerp het begin van het einde van een lange lijdensweg. Twee operaties, twee landstitels en ruim 22 maanden nadat hij op de training zijn schouder uit de kom sloeg, kon de pechvogel eindelijk weer ervaren hoe het voelt om zelf binnen de lijnen te staan.

Bijna vier maanden later krijgt de hoofdrolspeler van die gedenkwaardige avond nog steeds kippenvel wanneer hij terugdenkt aan zijn eerste speelmomenten. “Ik had het niet verwacht. Het was niet van tevoren afgesproken. Gelukkig ging het goed. Het voelde echt als een overwinning. Ik scoorde m’n eerste punt sinds ik bij Dynamo ben. Naar dat moment heb ik tweeënhalf jaar toegeleefd. Voor mij was het een geweldige avond. Maar het is nooit goed genoeg. Het kan altijd beter. Dat was ook het gevoel waarmee ik de volgende ochtend wakker werd.”

Stukje bij beetje zet het herstel zich verder door. Op zondag 8 januari volgde tegen RECO ZVH De Ruijters eerste volledige wedstrijd voor Draisma Dynamo in de eredivisie. “Bij die wedstrijd wist ik wel vooraf al dat ik zou gaan spelen. Dat maakt je wel een beetje zenuwachtig, maar ik ging de wedstrijd in met een gevoel van ‘we zien wel wat het wordt’. Wanneer het dan goed gaat, volgt na afloop wel even een ontlading. Je werkt zólang ergens naartoe. Dan voelt het natuurlijk top”, verklaart de patiënt dat hij ondanks de progressie van de afgelopen maanden toch op zijn hoede blijft voor nieuwe tegenslagen.

De Ruijter hinkt op twee gedachten: enerzijds volle bak willen gaan, anderzijds probeert hij toch zijn kwetsbare schouder te ontlasten. “Ik heb in totaal twee operaties en vijf injecties gehad. Je kan nooit uitsluiten dat er nog een keer wat misgaat. Bij elk pijntje denk ik daar wel aan. Het kost me nu al drie jaar. Het blijft voor de rest van m’n carrière een aandachtspunt. Aan de ene kant wil je het maximale eruit halen. Aan de andere kant moet je rekening houden met die schouder. Ik moet daartussen de juiste balans zien te vinden.”

Een zekere onzekerheid blijft aan hem knagen, vertelt hij. “Je kan pas iets als je het gedaan hebt. De eerste tijd na die eerste operatie kon ik m’n arm niet eens optillen. Bij judoka’s bijvoorbeeld kunnen ze de arm dan vastzetten. Als volleyballer heb ik daar niets aan, omdat ik met mijn arm een hele swing moet kunnen maken. Artsen zeggen: je weet nooit of het helemaal goedkomt. De conclusie was dat het kapot was. Daar moet je het mee doen. En ergens houdt het natuurlijk ook een keer op met opereren.”

De Ruijter noemt zijn revalidatie in mentaal opzicht misschien nog wel zwaarder dan de fysieke arbeid die hij moe(s)t leveren om weer te aanhaken aan zijn oude niveau. “Ik ben blij dat ik er doorheen gekomen ben. Ik kan wel zeggen dat revalideren niét leuk is. Ik heb voor die tweede operatie en injecties er weleens tegen opgezien om wéér zo’n traject in te gaan. Het is wel goed, denk je dan. Je moet juist niet gaan denken dat je nooit meer op niveau komt. Je moet gaan zoeken naar afleiding, naar dingen je wél leuk vindt. Die afleiding vond ik in mijn studie en mijn werk.”

Hij is zowel trainer Redbad Strikwerda als zijn naasten dankbaar voor hoe ze hem altijd hebben gestimuleerd om niet op te geven. “Redbad is daarin best wel belangrijk geweest. Hetzelfde geldt voor m’n ouders en m’n vriendin. Als je een trainer hebt die zegt dat het niks meer wordt, dat helpt natuurlijk niet echt. Redbad heeft me er bij wijze van spreken doorheen gesleurd.”

Langzaam gaat het de goede kant op, constateert hij. “Ik train alweer een poosje voluit. Tot nu toe heb ik geen echte terugval gekend. Ik merk dat ik steeds vooruitga. Daar word je blij van. Af en toe zit er weleens een slechte dag tussen. Daar heb je verder zelf weinig invloed op. Je kunt er helemaal niets aan doen. Dat is puur fysiek. Waar ik aan merk dat het beter gaat is dat ik veel harder sla. Ik sla steeds meer en kan ook steeds vaker hogere kracht leveren. Ook ben ik weer begonnen met de sprongservice. Om die schouder sterker te maken doe ik extra krachttrainingen. Daarnaast crossfit ik nog. En de baltraining doe ik gewoon met de groep. Om spelritme op te doen heb ik sinds december elke wedstrijd met Heren 2 meegedaan.”

De Ruijter heeft dan al wel twee landskampioenschappen meegemaakt met Draisma Dynamo, voor het eerst leeft bij hem het gevoel zelf écht een actieve bijdrage te kunnen leveren aan de titelprolongatie. “De afspraak die is gemaakt, is dat we dit jaar zouden gebruiken als revalidatiejaar. Er komen vanaf nu alleen maar belangrijke wedstrijden. We zijn met drie dia’s. Als Martijn Brilhuis het in een wedstrijd eens niet voor elkaar heeft, dan kan Redbad mij inzetten. Nu ben ik inzetbaar als ik er sta. Vorig jaar was dat niet zo. Dat is wel een verschil.”

Draismadynamo.nl zaterdag 4 maart 2023