Maandelijkse archieven: februari 2020

Moeizame start Draisma Dynamo in kampioenspoule

Het kostte Draisma Dynamo de nodige moeite om na de domper van de verloren bekerfinale over te gaan tot de orde van de dag. De gehavende equipe van coach Redbad Strikwerda bleef zaterdag in Houten bij de start van de kampioenspoule Taurus weliswaar met 3-1 de baas, met het oog op de komende duels baart de overvolle ziekenboeg toch de nodige zorgen.

Draisma Dynamo’s technische staf moest behoorlijk puzzelen om zes dagen na de deceptie in Den Bosch een representatief team op de been te krijgen. In navolging van het al aangeslagen trio Renzo Verschuren, Maikel van Zeist en Rik van Solkema haakten om uiteenlopende redenen Bram Langevoort en Seain Cook eveneens af voor de première in de play-offs. De spoeling werd als gevolg van alle gedwongen absenties wel erg dun. De personeelsnood noopte Strikwerda zaterdagavond in sporthal de Kruisboog zelfs om noodgedwongen midspeler Rik Wagendorp uit Dynamo 2 voor de leeuwen te gooien. Langs de zijlijn stonden met spelverdeler Nathan Hoogendoorn en diagonaal Mike van Cooten nog twee andere spelers uit het reserveteam stand-by.

De starting seven bestond uit Jeroen Rauwerdink, Rik Wagendorp, Sjors Tijhuis, Nico Manenschijn, Wessel Blom, spelverdeler Joris Berkhout en libero Jeffrey Klok. Dat het in genoemde samenstelling niet meteen gestroomlijnd liep, viel wel te verklaren. Dat een aantal van zijn spelers het met name passend liet afweten, kwam de heren in kwestie op een uitbrander te staan van hun zichtbaar ontevreden coach. Bij een achterstand van 19-17 probeerde Strikwerda met het inbrengen van de ook al niet okselfrisse Freek de Weijer voor Berkhout het tij nog te doen keren. Tevergeefs.  Met 25-22 ging de setwinst naar de onbevangen spelende thuisploeg, de nummer zes van de reguliere competitie.

Draisma Dynamo herpakte zich aansluitend wel weer. Al moesten de bezoekers diep gaan om zich Taurus definitief van het lijf te houden. Rauwerdink, goed in totaal voor 23 aanvalspunten, nam zijn ploeg op sleeptouw. Blom, met 18 punten, en Manenschijn (16) deden aanvallend eveneens een duit in het zakje. Met 21-25, 18-25 en 20-25 werd zo een valse start in de kampioenspoule afgewend. “Jeroen sleepte ons er in de tweede set doorheen. Hij sloeg tien uit veertien binnen. Het inbrengen van Freek was ook nodig. Het was veel te voorspelbaar wat wij deden. Vaste ritmes ontbraken”, stipte Strikwerda naderhand de pijnpunten aan. 

“Als je de beste wilt zijn, moet je ook laten zien dat je de beste bent. We zijn het hele jaar al beter dan de rest. Het is vervelend dat je dan uitgerekend nu te maken krijgt met al die blessures. Zet bij Lycurgus een middenman uit het tweede neer, dan worden ze helemaal lek geslagen. Je wilt in de belangrijkste periode van het seizoen de beste mensen in het veld hebben. Rik, Maikel en Renzo verwacht ik er de volgende wedstrijd nog niet bij. Dat wordt weer een uitdaging voor volgende week. We zullen wel iets op die middenpositie moeten oplossen”, maakte Strikwerda duidelijk dat hem nog de nodige hoofdbrekens wachten om een strijdplan te bedenken voor de uitwedstrijd in Sliedrecht.

Draisma Dynamo niet goed genoeg in bekerfinale

Topsporters die zichzelf veroordelen tot de op één na hoogste trede van het ereschavot gebruiken nogal eens de gevleugelde kreet dat ze geen zilver hebben gewonnen maar goud verloren. Het overkwam Draisma Dynamo in de finale om de nationale volleybalbeker. In de Maaspoort in Den Bosch was de Apeldoornse titelverdediger zondagmiddag niet goed genoeg om SAMEN.Lycurgus van cupwinst af te houden.

Behalve de wedstrijd verloor de onttroonde bekerhouder ook middenman Maikel van Zeist, al wilde nadien niemand in het verliezende kamp deze gevoelige aderlating als excuus gebruiken. “Het was van alles een beetje en van niets goed genoeg”, sprak de verliezende coach Redbad Strikwerda duidelijke taal na de gevoelige 3-1 nederlaag.

Bijna exact een jaar eerder betwistten de actueel sterkste mannenvolleybalteams van Nederlands elkaar ook al om dezelfde prijs. Enkel de locatie, de parkeertarieven en de favorietenrol verschilden van destijds. Overeenkomst tussen beide finales was dat zowel in 2019 als dit jaar de underdog met de beker aan de haal ging. Twaalf maanden geleden heette die underdog in Zwolle nog Draisma Dynamo. In de Bossche Maaspoort waren de rollen zondag omgedraaid en nam SAMEN.Lycurgus op de best denkbare wijze revanche voor de twee kansloze nederlagen die het in de reguliere competitie leed tegen de Apeldoornse rivaal.

Bij een 11-12 stand in de eerste set kreeg Draisma Dynamo de eerste tik te verwerken. Maikel van Zeist landde ongelukkig op zijn enkel en moest hinkend het speelveld verlaten. Einde wedstrijd voor de midspeler, die zelf meteen in de gaten had dat zijn finale er al opzat voordat die goed en wel begonnen was. Met een wilde schop tegen een langs de kant staande stoel liet de pechvogel van de middag een mix van teleurstelling, frustratie, woede en onmacht even de vrije loop. Vervolgens moest de onfortuinlijke Van Zeist lijdzaam mee aanzien hoe het gaandeweg misging.   

Aanvankelijk leek de eredivisiekoploper zich over de tegenslag heen te kunnen zetten. Tot vreugde van de talrijke Apeldoornse supporters op de tribunes van de niet geheel uitverkochte hal wonnen hun favorieten de eerste set met 25-22. Vervolgens glipte de wedstrijd langzaam uit de handen van de Strikwerda-brigade. SAMEN.Lycurgus greep z’n kansen en sloeg op de beslissende momenten genadeloos toe. De riemen waarover Draisma Dynamo beschikte bleken niet bestand om tegen de sterke Groningse stroom in te kunnen roeien. Setstanden: 18-25, 26-28 (met twee om zeep geholpen Dynamo-setpoints), 28-30.

De teleurstelling was na afloop logischerwijs enorm. De meeste spelers dropen stilletjes af naar de kleedkamer. Ze toonden de zilveren medailles die zij bij de prijsuitreiking kregen omgehangen geen blik waardig. Het viel iedereen zwaar om de juiste woorden te vinden voor de deceptie. De verwachtingen waren zó hooggespannen vooraf, maar na de Supercup bleef de nationale beker eveneens buiten bereik.

Rest nu alleen nog de landstitel, besefte Wessel Blom. “Het gaat nu op naar de play-offs. Er valt dit seizoen nog één andere prijs te halen Het is ontzettend balen dat we verliezen. Dit doet wel een paar dagen pijn. Op het moment dat Maikel door zijn enkel gaat, weet je dat je weinig wisselmogelijkheden hebt. Met vechtvolleybal zijn we toch nog een heel eind gekomen. Er zat te weinig druk achter. We stonden slecht te serveren. Daardoor gaven we hun kansen.”

Aanvoerder Freek de Weijer had er zwaar de pest in. “Ik wil geen excuses zoeken. We hebben een brede selectie. Als er iemand uitvalt, moeten we dat op kunnen vangen. We hebben niet laten zien wat we kunnen. Klaar. Er ging zóveel mis bij ons. Lycurgus is té goed om je zulke fouten te permitteren. Ik vind niet dat je kunt zeggen dat alles tegenzat vandaag. Dát doe je namelijk zelf. Als je de rest goed doet, is er niets aan de hand. Morgen en overmorgen mogen we hier over treuren. Dan moet de knop om. We hebben nog één prijs om voor te spelen.”

Draisma Dynamo lang in het spoor van Lokomotiv

Draisma Dynamo heeft donderdagavond met opgeheven hoofd afscheid genomen van het toernooi om de CEV Cup. In de return in de achtste finales moest de koploper van de Nederlandse eredivisie andermaal zijn meerdere erkennen in Lokomotiv Novosibirsk. Zestien dagen na de 3-0 nederlaag in de heenwedstrijd in Siberië bleken de Russen wederom enkele maatjes te groot. Door de Siberische grootmacht één set af te snoepen leverde de thuisploeg al een prestatie van formaat.

In de goed gevulde Draisma Dynamo Arena bleven de Dynamo’s van coach Redbad Strikwerda relatief lang in het spoor van Lokomotiv, al lukte het niet om de lijstaanvoerder van de Russische speelklasse uit de rails te stoten. Geen schande in de wetenschap dat de kapitaalkrachtige Siberische topclub met een budget van naar verluidt 7,4 miljoen euro over een begroting beschikt die ruim 30 keer hoger ligt dan die van de Apeldoornse opponent.

Terwijl Draisma Dynamo de filosofie hanteert om met minimale middelen een maximaal rendement te halen uit Nederlands volleybaltalent, kan Lokomotivs Bulgaarse ‘machinist’ Plamen Konstantinov een beroep doen op doorgewinterde profs, zoals de Poolse wereldkampioen Fabian Drzyga, die niet warm of koud worden van een doordeweeks CEV Cup-duel in de volleybalhoofdstad van Nederland.

In dat kader bezien sloeg Draisma Dynamo ook in de tweede krachtmeting met het sterrenensemble uit Novosibirsk geen gek figuur. De klinisch opererende Russische machine vertoonde nochtans nauwelijks haperingen. Cadeautjes uitdelen was er niet bij. In de eerste set hield de thuisploeg de schade beperkt tot 21-25. In het tweede bedrijf moest Draisma Dynamo een passend antwoord schuldig blijven op Russische opslaggeweld. Door de 17-25 setwinst verzekerden de bezoekers zich al definitief van kwalificatie voor de kwartfinale, waarin zij het op moeten nemen tegen het Belgische Lindemans Aalst.

Ook de B-keus, die aansluitend de basisploeg mocht aflossen, bezorgde Draisma Dynamo handenvol werk. Door set nummer drie met 25-22 te winnen gaf het Strikwarda-ensemble het publiek niettemin waar het voor gekomen was en beloonde het zichzelf voor de wilskracht waarmee het bleef geloven in een goede afloop. Tot een vijfde set kwam het desondanks niet, omdat de Transsiberië Express in het vierde speldeel weer in volle hevigheid doordenderde: 20-25. Einde oefening voor Draisma Dynamo in Europa voor dit seizoen.

“Zij waren beter dan in de eerste wedstrijd, wij iets minder. In Rusland waren wij heel onbevangen. Doordat bij ons het idee bestond dat er ditmaal misschien wel wat te halen viel, was dat onbevangene ditmaal minder. In de eerste set lieten wij wat kansjes liggen, in de tweede set kwamen we niet onder hun servicedruk uit. Het is mooi dat we die derde set wisten te winnen. Daar ben ik blij om, ook al stonden zij met zes andere spelers. Ik zal na verliespartijen niet vaak zeggen dat ik tevreden ben, maar ik ben van mening dat wij in deze wedstrijden best wat stappen hebben gezet. Die jongens staan wel eerste in de Russische competitie en dat is in mijn ogen één van de sterkste competities van Europa. Het zou mooi zijn dat verder uit te bouwen en te proberen volgend jaar een ronde verder te komen”, vatte Jeroen Rauwerdink kort en bondig het tweeluik met Lokomotiv Novosibirsk samen.

Vijfenzestig uur voor de nationale bekerfinale tegen SAMEN.Lycurgus werkte Draisma Dynamo hoe dan ook een nuttige en leerzame generale repetitie af, oordeelde Draisma Dynamo’s meest gelauwerde kracht. In Den Bosch kan het oogsten beginnen. “In Nederland hebben wij inmiddels de status van dat wij de favoriet zijn. Als je de laatste wedstrijden bekijkt, geldt dat ook voor zondag. Maar tot dusverre hebben we nog helemaal niks. Het enige wat we momenteel hebben is één punt voorsprong op de nummer twee. Zondag hebben we de eerste kans om iets concreets te doen. Als wij in Nederland ons niveau halen, moet een tegenstander van goeden huize komen om ons te verslaan”, deinst Rauwerdink niet terug voor een favorietenrol in zowel de bekerfinale als de naderende play-offs.

‘Vermissing’ Rob van den Berg enig paniekpunt op Siberië-reis

Niemand in Apeldoorn is meer bedreven in het kneden van kampioenen dan Draisma Dynamo’s eigen Rob van den Berg. Liefst 39 jaar al neemt de joviale verzorger zijn volleyballers met uiterste precisie onder handen. Samen met zijn jongens reist de 76-jarige praatpaal annex vertrouwenspersoon al sinds jaar en dag Europa af. Op basis van zijn persoonlijke bevindingen in Siberië acht de eeuwige optimist een ‘wonder van Omnisport’ niet op voorhand uitgesloten in de returnwedstrijd in de achtste finale om de CEV Cup. “Het was heel close in Novosibirsk.”

Feitelijk kende Draisma Dynamo’s heenwedstrijd in Siberië slechts één moment van lichte paniek. De reis wasvoorspoedig verlopen. Op het hotel viel weinig aan te merken. Het eten kon gerust een verademing worden genoemd in vergelijking met de Britse kost die de leden van het Apeldoornse gezelschap bij het uitduel in de voorgaande ronde tegen IBB Polonia kregen voorgezet. Toch gingen op een gegeven moment alle alarmbellen af op de groepsapp: de spelers waren hun verzorger kwijt!

Ruim een week nadien kan de verloren zoon zelf hartelijk lachen om hoe hotel DoubleTree by Hilton Novosibirsk op de kop werd gezet om hem op te sporen. “Ik was in slaap gevallen”, licht Van den Berg zijn ‘vermissing’ kort toe. “Op de negende verdieping van het hotel bevond zich een spa. Daar heb ik lekker gezwommen en in het bubbelbad gezeten. Toen ik op zo’n ligstoel ging zitten, vielen vervolgens m’n ogen dicht. Lange reis, hè. Een tijdsverschil van zes uur. Terwijl ik daar dus lekker lag te slapen, misten ze me. In de groepsapp circuleerde het bericht: waar is Roberto? Daaropzijn me maar gaan zoeken. Uiteindelijk kwam er iemand naar boven en ben ik wakker gemaakt…”

Draisma Dynamo’s langst dienende staflid loopt al zo lang mee dat hij zich zelfs de warmste momenten van de Koude Oorlog goed voor de geest kan halen. “Ik heb weleens gezegd dat ik een boek kan schrijven over waar we overal zijngeweest. Joh, ik heb met Dynamo al zoveel landen bezocht. Tot Cuba aan toe. Dat was op uitnodiging van Fidel Castro zelf. Voor de Europa Cup was Novosibirsk mijn verste reis. Al zijn we naar Cyprus en De Azoren ook lang onderweggeweest. In Polen speelden we ooit eens op een ijsbaan. Daarhadden ze een volleybalvloer op gelegd. Koud dat het daar was! In Jekaterinenburg kregen we zelfs een escorte met een tank. Die stad was op dat moment pas een jaar vrijgegeven voor westerlingen.” 

Voor de goede orde merkt globetrotter Van den Berg op dat Lokomotiv Novosibirsk-uit duidelijk van een iets andere orde is dan pak ‘m beet Orion-uit… “Ik vond het een zware trip. Vooral de heenreis. De meesten hebben niet echt comfortabel gezeten in het vliegtuig. Lange jongens hadden daar wel last van, ze willen het liefst aan het gangpad zitten. Voor een plekje bij de noodingangen moet je tegenwoordig zelfs extra betalen. Zelf ben ik tegen een raam aan gepropt. Maar verderwas alles prima geregeld. Het hotel, het eten. Niets mis mee. Dat heb ik weleens anders meegemaakt.”

Een vakantietripje was het zeer zeker niet. Na aankomst in de Siberische metropool moest de Draisma Dynamo-masseur ouderwets de handen uit de mouwen steken in zijn tot behandelruimte omgetoverde hotelsuite. “Na de training begon het pas echt. Zo’n lange reis en het tijdsverschil gaat niet in de koude kleren zitten. De jongens hadden veel kleine dingetjes en pijntjes. ’s Nachts om kwart over één plaatselijke tijd verliet de laatste pas mijn kamer”, vertelt Van den Berg over zijn lange werkdagen gedurende het bliksembezoek aan Novosibirsk. 

Behalve bubbelen in bad bleef er voor Van den Berg weinig tijd over voor een uitgebreide sightseeingtoer van de ruim 1,5 miljoen inwoners tellende stad. “Op dinsdag, de dag van de wedstrijd, ben ik eventjes een blokje om geweest. Het was koud, er lag veel sneeuw en het was hoofdzakelijk glibberig. Er was een ijsbaan in de buurt. Vreemd genoeg was alles nog in kerstsfeer. De sporthal lag een behoorlijk eind van ons hotel. De reis er naartoe was vreselijk. Onderweg was hetloeidruk.”

Ondanks de 3-0 nederlaag hield de meest ervaren man in het Apeldoornse kamp een goed gevoel over aan hoe zijn protegésin het spoor bleven van Lokomotiv. “Die jongens staan wel bovenaan in Rusland, hè. Sterke gozers allemaal. De wedstrijdwas boven verwachting spannend. We hadden zelfs een set kunnen winnen. We hebben het heel goed gedaan. De meegereisde supporters hebben genoten. Ik zie best kansen om thuis te winnen. Waarom niet? Waarom zou er geen wonder van Omnisport kunnen plaatsvinden?”

Grote afwezige op de avond waarop Lokomotiv Novosibirsk z’n opwachting maakt in Apeldoorn… Rob van den Berg! Vanaf zijn vakantieadres in Fuerteventura zal de bijna altijd wakkere verzorger de verrichtingen van zijn jongens niettemin vol spanning volgen. Hij gaat er even een paar dagen tussenuit, de accu opladen. Als oudste van het stel (‘in juni word ik 77’) moet immers ook de immer opgewekte veteraan fit zijn voor de fase van het seizoen waarin de beslissingen vallen. “Als we verschoond blijven van blessures, dan worden we kampioen. Maar laten we eerst maar eens de beker winnen, dat is ook een belangrijke prijs. Aan ons zal het niet liggen, wij zijn er elke dag mee bezig”, kijkt Rob van den Berg handenwrijvend uit naar wat de komende weken en maanden zullen brengen. 

Een eventuele dertiende kampioensbanner aan de muur van de Draisma Dynamo Arena vertelt ook zijn eigen verhaal. “Alle kampioenschappen heb ik meegemaakt. Bij alle titels die op die banners in de hal staan vermeld, ben ik bij geweest. Onvoorstelbaar eigenlijk, hè. Ik ben bezig aan mijn 39eseizoen. Medailles, bordjes en leuke beeldjes heb ik allemaal thuisliggen. Geweldige herinneringen. Bij ons eerste kampioenschap in 1991 werden we ontvangen op het raadhuis. Op 30 april was dat, Koninginnedag. Zoiets vergeet je nooit meer. Ik was echt bang dat we door het bordes heen zouden zakken, zó stonden die jongens te hossen. Is dat bordes er eigenlijk nog? Het was de eerste keer, toch durf ik niet zeggen of het ook de mooiste herinnering was. Alle prijzen die je wint, zijn mooi. Dat verveelt nooit.”

Loeren met dicht dak op Charley Bosveld-tribune

Achter de bal aan (63): Arnhem

Woensdag 12 februari 2020

Vitesse – Ajax voor de kwartfinale van de KNVB beker. Een aantrekkelijk affiche. Om de gewenste drie kaarten te bemachtigen voor de cupkraker blijkt zelfs als houder van een Vitesse Fankaart nog een hele opgave. Als trotse bezitter van zo’n stukje plastic mag ik slechts twee tickets bestellen. Voor kaartje nummer drie moet ik de nodige omwegen bewandelen. Met de juiste connecties, levert ook dat uiteindelijk geen onoverkomelijke problemen op.

Voetballen kijken in Nederland… Het lijkt wel iets misdadigs. Gewoon een kaartje kopen is er al jarenlang niet meer bij. Ik moet me daarom in allerlei bochten wringen om mijn twee neefjes, beide fervent voetballiefhebber, te kunnen trakteren op een avondje topvoetbal dicht bij huis. Ongeacht naar welke club hun voorkeur uitgaat, moet je als stadionbezoeker maar genoegen nemen met allerlei achterlijke restricties. Via via kom ik echter aan de toegangsbewijzen die ik graag wil hebben.

Op de e-tickets staat het duidelijk vermeld: TOEGANG VOORBEHOUDEN AAN SUPPORTERS VAN VITESSE. Goed beschouwd is dat op mezelf evenmin van toepassing. Hoewel ik in het bezit ben van zo’n prachtige Vitesse Fankaart, beschouw ik mezelf niét als Vitesse-supporter. Ajax-fan ben ik daarentegen ook niet. Maar ja, neutrale stadionbezoekers bestaan niet. Als ze met die groep ook nog rekening moeten gaan houden, wordt het wel erg ingewikkeld voor de wijze mensen bij de voetbalbond, clubs of politie die er een dik betaalde baan op nahouden om de voetbalsport te vrijwaren van vervelende excessen.

Na aankomst in Arnhem krijgen we meteen ingewreven hoe de vlag erbij hangt in Nederland. Enkele dagen eerder hebben KNVB en de overheid bekendgemaakt miljoenen euro’s uit te trekken ter bestrijding van het racisme op en rond de velden. Wanneer iemand met een (licht) getinte huidskleur bij het betreden van een stadion een soortgelijke behandeling ondergaat als wij, dan heet zoiets in Nederland etnisch profileren. Verschil moet er zijn, hè…

Nou begrijp ik best dat ze geen rottigheid willen, ik vind het desondanks een beetje ver gezocht naar hoe het er op deze woensdagavond aan toegaat. Omdat de lokale autoriteiten koste wat kost willen vermijden dat Ajax-aanhangers in Vitesse-vakken plaatsnemen, moet iedereen het ontgelden van wie het vermoeden bestaat enige sympathie te koesteren voor de Amsterdamse club. Ook wij ontkomen er niet aan.

Kort voordat we Gelredome via de draaihekjes bij Ingang P betreden, moeten we ons liefst twee keer identificeren. Eerst door twee agenten in burger, aansluitend door een steward. Dat we uit Apeldoorn afkomstig zijn, heeft soms z’n voordelen. Wanneer we toevallig wat dichter in de buurt van Amsterdam hadden gewoond, acht ik niet uitgesloten dat ons de toegang tot het grootste theater van Nederland ontzegd zou zijn. Sommige mensen krijgen zelfs de vraag hoe ze aan hun kaartjes gekomen zijn. “Niet te hard juichen hè als Ajax scoort,” zegt een van de twee ‘stillen’. Om te gillen, die Arnhemse humor. Het fouilleren blijft bij binnenkomst nota bene achterwege.

Ze nemen het wel heel erg serieus, de beveiligingsmedewerkers van Vitesse. Nadat het een aantal jaren geleden in het vak waar wij zitten tot vechtpartijen kwam tussen supporters van beide clubs, laten ze niets aan het toeval over. Zowel voor aanvang als gedurende de wedstrijd lopen de dienstdoende stewards te loeren of er geen ongenode gasten op de Charly Bosveld-tribune hebben plaatsgenomen. Een tweetal hoofdstewards, in afwijkende oranje jassen, loopt voortdurend heen en weer. De kale heren ogen nerveus, alsof het elk moment kan losgaan.

Eerlijk gezegd vind ik de ‘verplaatsingen’ van de veiligheidstroepen boeiender dan wat zich onder het dichte stadiondak op het veld afspeelt. Komischer is het zeker. Laat zulke dappere ordehandhavers 90 minuten lang volgen door een cameraploeg, dan krijg je kostelijke televisie. Onvervalst topamusement. Pas als Ajax een kwartier voor het einde op een 0-2 voorsprong komt, ontdekken de speurders na intensief speurwerk naar waar zij zoeken. Twee knapen krijgen het vriendelijke doch dringende verzoek meteen het vak te verlaten. Ik schat ze een jaar of zestien, ouder zijn ze niet. Het duo heeft bij de treffer van Gravenberch blijkbaar toch iets té opzichtig vreugde getoond. In hun spoor houdt ook een handjevol anderen het al dan niet vrijwillig voor gezien. Enkele Vitesse-supporters, aan wie de toegang tot het vak dus is voorbehouden, doen de vertrekkende Ajacieden (?) verbaal uitgeleide.

Als scheidsrechter Bas Nijhuis enkele minuten voor tijd Matavz met zijn tweede gele kaart van het veld stuurt en Ajax op aanraden van de VAR een strafschop geeft, kan dat niet op instemming rekenen van het Arnhemse publiek. Tadic schiet raak vanaf de stip en bepaalt de eindstand op 0-3. Van achter de goal gooien Vitesse-supporters met bier naar de juichende Ajacieden. Schuin voor ons staat een of andere Arnhemse speknek te schuimbekken tegen een steward. Zelfs een oude baas in scootmobiel achter de boarding krijgt het te kwaad. Vanuit zijn scootmobiel maakt de bejaarde hooligan allerlei (obscene?) handgebaren naar het uitvak, een twintigtal meters rechts van hem. Vreemd dat al die heren in burger, oranje en geel, die vooraf zo druk waren met het controleren van legitimatiebewijzen, al deze brave broeders laten begaan.

Het blijft hoe dan ook altijd gezellig, zo’n avondje Gelredome.

Met indrukwekkende cijferlijst naar eerste examenweek

Zoals verwacht sloot Draisma Dynamo de reguliere competitie af met opnieuw een afgetekende overwinning. Om de afsluitende thuisbeurt te betitelen als een verplicht nummertje klinkt wellicht wat oneerbiedig naar de tegenstander toe. Ook RECO ZVH ging zaterdagavond in de Draisma Dynamo Arena echter kansloos met 3-0 voor de bijl. De setstanden spraken voor zich: 25-17, 25-11, 25-21.

Met een indrukwekkende cijferlijst gaat de klas van meester Strikwerda zodoende naar de eerste examenweek van het seizoen. Qua spel vinden zowel technische staf als spelers zelf dat er nog volop rek in zit, qua resultaten mogen de prestaties in de aanloop naar de bekerfinale en playoffs gerust indrukwekkend worden genoemd: achttien wedstrijden gespeeld, zeventien gewonnen, alleen de eerste verloren. Slechts vijf sets afgestaan, 51 punten, 1419 punten voor, 1060 punten tegen.

VoCASA lukte het op 16 november als laatste om Draisma Dynamo een set af te snoepen in de eredivisie. In het twaalfde competitietreffen sindsdien bleef ook RECO ZVH met lege handen achter. Alleen in de derde set slaagden de Zevenhuizenaren erin het de lijstaanvoerder enigszins lastig te maken. Na een time-out bij de stand 5-9 stelde Draisma Dynamo gauw orde op zaken.

Maikel van Zeist, goed voor tien aanvalspunten en twee blokpunten, weigerde na afloop te spreken van een tussendoortje in aanloop naar de krachtproeven tegen Lokomotiv Novosibirsk en SAMEN.Lycurgus. “Natuurlijk heb je die wedstrijden van volgende week al wel in het hoofd, maar ook in een wedstrijd als deze moeten we er wel hard voor werken. Je moet alles winnen. We trainen hard en dat betaalt zich uit. Het is mooi om zeventien wedstrijden te winnen. Maar het kan altijd beter. Je kunt er ook achttien winnen…”

Met donderdag de return van de achtste finale om de CEV Cup en zondag de bekerfinale in Den Bosch wachten Van Zeist c.s. de komende week een tweetal uitdagingen om naar uit te kijken. “Tegen Novosibirsk kunnen we vrijuit spelen. Het is toewerken naar de bekerfinale. Het kampioenschap blijft ons hoofddoel, maar ik wil ook die beker graag nog een keer winnen. Vorig jaar lag de favorietenrol bij Lycurgus, nu is dat misschien omgekeerd. Al moeten we niet het veld ingaan met het idee van dat wij favoriet zijn. Je kunt je niet veroorloven te denken van dat we in de competitie twee keer van Lycurgus hebben gewonnen dat dat nu zomaar weer gebeurt. We moeten ervoor blijven werken. Als wij ons niveau halen, is er niets aan de hand.” 

De ambitieuze Van Zeist neemt alleen genoegen met het hoogst haalbare, zowel met de ploeg als individueel. “Het kan altijd beter. Ik sta nog steeds niet elke wedstrijd op 100 procent. Dat is mijn drive. Ik wil altijd beter worden, ik wil altijd winnen. Zelfs al is het met een spelletje met mijn vrienden.”

Pechvogel Rik van Solkema wil zo snel mogelijk weer vliegen

Draisma Dynamo’s pechvogel staat te popelen om gauw weer te kunnen vliegen. Rik van Solkema herstelt voorspoedig van de enkelblessure die hem sinds de jaarwisseling langs de kant houdt. Het lijdend voorwerp kan nauwelijks wachten totdat hij weer actief mag meewerken aan de voltooiing van het in werking gestelde kampioensproject.

Het liefst gooit Van Solkema zo snel mogelijk alle remmen los. De patiënt waakt er nochtans voor om overhaast te werk te gaan bij zijn revalidatie. Van Solkema beseft dat een gezonde enkel van eminent belang is bij de stappen die hij in de toekomst in het topvolleybal hoopt te maken. De gevelde diagonaalspeler luistert goed naar zijn lichaam en slaat de raadplegingen van zijn belangrijkste adviseurs niet in de wind.

“Ik zou de bekerfinale graag willen spelen, maar de trainers zeggen dat dat te vroeg is. Het is aan mij om te laten zien dat het wel kan. Mocht ik die finale onverhoopt niet halen, dan isdie play-offserie mijn doel. Wat mij betreft komt dát zekergoed. Ja, dat gaat lukken”, is hij hoopvol gestemd over niet al te lange termijn weer binnen de lijnen te staan.

Het eindejaarstoernooi in Roeselare leek voor Van Solkema een uitgelezen gelegenheid om zich in de kijker te spelen. Helaas gebeurde dat voor het 20-jarige talent op een andere manier dan hij vooraf in gedachten had. De zware blessure aan zijn linker enkel die hij op de tweede toernooidag opliep in de confrontatie tegen SAMEN.Lycurgus betekende voor de diagonaalspeler een lelijke streep door de rekening, een pijnlijke afsluiting van een voor hem persoonlijk succesrijk 2019. 

“Bennie Tuinstra, een van hun aanvallers en nota bene een goede vriend van me, kwam onder het net door. Met de onderkant van mijn wreef landde ik op zijn voet. Zo klapte ik door die enkel heen. Het was gelijk heel pijnlijk”, blikt de Fries met enig afgrijzen terug op die vermaledijde zaterdag in België. Terug in Nederland werd de diagnose gesteld dat de band van het gewricht was afgescheurd. “Gelukkig was het geen breuk, anders was het einde seizoen geweest.”

Om het nieuwe kalenderjaar in de lappenmand te moeten beginnen viel de onfortuinlijke Draisma Dynamo-speler rauw op z’n dak. “Ik heb twee weken thuis gezeten. In die eerste dagen zat een enorm ei op. Eerst was het blauw, toen paars en daarna geel. Ik besefte meteen al na terugkeer uit België dat het behoorlijk mis was. Thuis bij mijn ouders op de bank in Heerenveen dacht ik wel even aan die wedstrijden die eraan zaten te komen. Rusland, Lycurgus, Orion. Dan krijg je wel zoiets van ‘fuck’, die wedstrijden moet ik missen. Maar een blessure komt natuurlijk nooit op een goed moment”, 

Onder leiding van fysiotherapeut Twan Verboom werkt hij sinds begin januari naar zijn rentree toe. “Ik ben een of twee keer per dag met Twan bezig. Het gaat met kleine stapjes Na de balans- en mobilisatie-oefeningen heb ik alweer een aantal sprongen gedaan. Misschien moet ik een beetje afgeremd worden, dat klopt wel, ja. Het is goed dat ik om mij heen mensen heb die daarop toezien. Zowel Twan als de trainer bepalen over mijn herstel en wat het beste voor mij is. Vooral Redbad is er heel voorzichtig in. Hij zegt: je moet nog vijftien jaar langer door met die enkel. En daar heeft hij natuurlijk gelijk in.” 

“Het was aanvankelijk de bedoeling dat ik mee zou gaan naar Novosibirsk, maar dan had ik vier dagen niets kunnen doen. Die dagen gooi je dan weg. Al is het zeker balen dat ik thuis moest blijven. Ik heb de wedstrijd gekeken via de livestreamvan de CEV. Heel raar om zo je eigen team te zien spelen. Ik heb nooit eerder op zo’n manier voor de tv gezeten. De jongens hebben echt heel goed gespeeld. Mét een jetlag in de benen, vergeet dat niet. Als die Russen hier naartoe komen, krijgen zij daar ook mee te maken”, weet Van Solkema dat ook de return tegen Lokomotiv in Apeldoorn te vroeg voor hem komt, zelfs al stond al bij de uitwedstrijd bij Zaanstad al weer op het wedstrijdformulier.

Het gedwongen toekijken kan hem slechts matig bekoren, geeft Van Solkema eerlijk toe. Van hoe zijn ploegmakkers zonder hem huishielden in de beker en eredivisie, genoot hij daarentegen met volle teugen. Vooral hoe Nico Manenschijn zich uitleefde op ‘zijn’ plek, stemt hem blij. “Het was mooi om te zien hoe goed ze speelden. Ik vind het ook knap hoe Nico het oppakt nu hij weer vanaf het midden op de diagonaal moet staan. Het zou extra vervelend zijn als het juist op die positie niet loopt. Het neemt niet weg dat ik er een hekel aan heb om aan de kant te zitten. Dit is mijn vierde seizoen in de eredivisie. Tot aan die blessure heb ik nooit een wedstrijd gemist. Als je in het veld staat, geef je de bal een ros. Langs de kant heb je er geen aandeel in. De spanning is er wel, maar je kunt niets doen.”

Van Solkema droomt ervan te schitteren in de play-offs en een beslissende rol vervullen in de ontknoping van de titelstrijd. Of dat streven reëel is, zal de komende weken moeten blijken.Het vertrouwen in een goede afloop is hoe dan ook groot. Van Solkema gelooft dat Draisma Dynamo alleen zichzelf van de landstitel kan afhouden. “Als wij ons ding doen, is er geen team in Nederland dat ons kan verslaan.”

Vliegen hoopt hij dan zo snel mogelijk weer te kunnen. Zweven is er niet bij in de uitgebalanceerde selectie van Draisma Dynamo, verklapt Van Solkema. Ervaren medespelers houden hem en de andere toekomstige steunpilaren met beide benen stevig op de grond. “Renzo Verschuren, Jeroen Rauwerdink en Freek de Weijer weerhouden de jonkies van fouten. Renzo en Jeroen zijn een beetje vaderfiguren voor ons. Renzo doet dat één op één. Jeroen pakt meer het hele team. Freek houdt als aanvoerder op zijn eigen manier de boel scherp.”

Bijna niemand gaat door het lint op De Toekomst

Achter de bal aan (62): Duivendrecht

Maandag 3 februari 2020

Aan elke serie komt ooit een einde. De aard en wijze waarop Go Ahead Eagles na 22 officiële wedstrijden zonder nederlaag door jong Ajax te kijk wordt gezet, geeft de verhoudingen in de Keuken Kampioen Divisie treffend weer. Ondanks de alom bestaande weerzin tegen beloftenelftallen en mijn persoonlijke voorkeur voor de Deventer club kom ik als voetballiefhebber volop aan mijn trekken op deze maandagavond op De Toekomst. Er komt bij Ajax weer een lichting talenten aan waar het Nederlandse voetbal nog veel plezier aan gaat beleven. De luiers nog maar nauwelijks ontgroeid, ontstijgen de Brobbeys (18) en Ünüvars (16) het armetierige niveau van de eerste divisie nu al met speels gemak.

Om uiteenlopende redenen laat ik de uitwedstrijden van Go Ahead Eagles tegenwoordig voor wat ze zijn. Voor jong Ajax-uit maak ik al drie seizoenen een uitzondering. Ik laat me er zelfs niet door weerhouden van dat het topduel tussen de nummers drie en vijf van de Keuken Kampioen Divisie ditmaal plaatsvindt op een van die vermaledijde maandagavonden. Een technisch mankementje aan mijn Ford Focus houdt me evenmin thuis. Een defecte wiellager maakt een ritje van en naar Amsterdam een gewaagde onderneming. Om niet het risico te lopen op drie wielen aan te komen in onze hoofdstad, maak ik van de nood een deugd en besluit per trein te reizen. Ouderwets. In de jaren ’80 en ’90 reisde ik Go Ahead Eagles met de NS door heel Nederland achterna. Ik permiteer mezelf derhalve de luxe van een persoonlijke treincombi. Een nogal kostbare grap anno 2020. Een retourtje Apeldoorn – Duivendrecht kost liefst 33 euro. Met zulke prijzen verbaast het me niets dat veel Nederlanders het openbaar vervoer mijden. Ik ben weleens voor minder geld naar Spanje gevlogen.

Bij aankomst op station Duivendrecht wijst niets erop dat er een 70-tal minuten later op het nabijgelegen trainingscomplex van Ajax een heuse ‘kkk’, een Keuken Kampioen kraker, gespeeld gaat worden. In m’n uppie loop ik over het slecht verlichte pad langs de spoorlijn richting de verlaten Johan Cruijff Arena. Ik vervolg m’n weg over de brug langs de flikkerende lichtreclames van de Ziggo Dome. Bij de aansluitende oversteek van de in volledige duisternis gehulde parkeerplaats P2 loodsen de al brandende lichtmasten mij en een handjevol gelijkgestemden naar het complex van Ajax. Ik arriveer er vrijwel tegelijkertijd met de onvermijdelijke Sjaak Swart. Mijn vooraf geregelde kaartje verschilt maar 1,50 euro in prijs met het broodje kroket waar ik mezelf als afsluiting van de wandeling op trakteer.

Terwijl de spelers van jong Ajax en Go Ahead Eagles het veld opkomen voor hun warming-up, begint het te regenen. Na aan de speelveldrand de clubfotograaf van de Eagles, de clubwatchers van mijn favoriete krant, assistent-materiaalman Eric Whittie en co-trainer Marco Heering te hebben begroet, zoek ik daarom maar gauw een beschut plekje op de tribune. Bij een andere vaderlandse grootmacht zingen de supporters elke wedstrijd uit volle borst hoe ze een plaatsje in de zon zoeken, maar die heeft op deze herfstachtige februari-dag een avondje vrijaf. Ik heb te doen met de 32 meegereisde Eagles-fans in het onoverdekte uitvakje aan de overkant. Al voor aanvang mogen zij zich nat laten regenen.

Enkele minuten voor de aftrap komt plotseling een handjevol stewards in actie, zoals in Amsterdam stewards wel vaker op ongepaste momenten op onbezonnen wijze in actie komen. In de hoek waar ik zit moeten de buitenste rijen stoelen ineens vrijgemaakt worden. Iedereen die een van de zitjes bezet houdt, waaronder ik, krijgt vriendelijk doch dringend te verstaan op te schuiven. Gezellig inschikken. De stewards spannen vervolgens een roodwit lint van boven naar beneden. Links van het lint is een No Go area, rechts zitten de verdrevenen nu bijna letterlijk bij elkaar op schoot. Het nut van de actie ontgaat mij volledig. Wie zoiets verzint, is niet helemaal goed wijs. Nergens in Nederland is de betutteling groter dan in voetbalstadions. Dat blijkt ook wel als een aantal minuten voor het rustsignaal een vader met zijn zoon over het lint stapt. In plaats van halsbrekende toeren uit te halen om voor twintig medetoeschouwers langs te moeten schuifelen, kiest de man de dichtstbijzijnde trap. Het komt de zondaar op een stevige reprimande te staan van zo’n stumper in een gele jas.

Go Ahead Eagles kijkt op dat moment al tegen een 3-0 achterstand aan. Na de twee strafschoppen waarmee de thuisploeg al na zeventien minuten in een zetel plaatsneemt, laat Navratil een uitgelezen kans om er een wedstrijd van te maken onbenut. Voor wie het Deventer ensemble ziet schutteren, zal het ongetwijfeld een raadsel zijn dat de ploeg van Jack de Gier op vrijdag 30 augustus bij FC Eindhoven voor het laatst een officiële wedstrijd verloor. De fraaie serie die volgde, zegt waarschijnlijk ook wel het een en ander over de kwaliteit van de tegenstanders in de Keuken Kampioen Divisie.

De mannen van De Gier krijgen op deze maandagavond in Duivendrecht voetballes. De adelaars, een gevreesde roofvogelsoort toch, laten zich als makke lammetjes naar de slachtbank leiden door de Ajax-talenten. De Deventenaren mogen zich dat deels zelf aanrekenen. Die Amsterdamse jochies mogen dan wel over een surplus aan kwaliteit beschikken, ze krijgen ook alle ruimte om te excelleren. Go Ahead Eagles laat jong Ajax van meet af aan begaan, legt de tegenstander geen strobreed in de weg. Tsja, en als je die gastjes laat voetballen, dan tikken ze je helemaal scheel. Dat gebeurt dan ook bij tijd en wijle. Voor de voetballiefhebber, van wie er zich zo’n 700 verzameld hebben op De Toekomst, is het genieten geblazen. Het lijkt erop dat de technische staf van Go Ahead Eagles in de wedstrijdbespreking vergeten is om te vertellen dat de Ajacieden niet met zijden handschoenen aangepakt hoeven worden.

Het eenmanssloopbedrijf Brian Brobbey kan zich naar hartenlust uitleven. De Nederlandse Lukaku, twee dagen eerder achttien jaar geworden, moet alleen nog wat groeien. In de lengte vooral. Breed is de Jerommeke van jong Ajax al op jonge leeftijd al genoeg. Zijn borstkas heeft bijna drie keer de omvang van die van vedergewicht Naci Ünüvar (16), een andere plaag voor de arme bezoekers. Sontje Hansen, ook pas 17 en topscorer van het recente jeugd-WK in Brazilië, krijgt eveneens nog wat speelminuten van coach Mitchell van der Gaag. Het zijn wel mannetjes hoor. Alleen die maniertjes… Als de heertjes doorgaan met het moedwillig kleineren van hun opponenten, vrees ik dat ze nog veel schoppen zullen incasseren. Iedereen krijgt waar hij om vraagt!  

Het is tekenend voor het slappe verweer dat Go Ahead Eagles pas na 70 minuten voor het eerst de zaag tevoorschijn haalt. Tot hier en niet verder moet Gino Bosz gedacht hebben bij zijn charge op het gewapende beton Brobbey die hij met een rode kaart moet bekopen. Zo gaat er op De Toekomst tenminste nog iemand door het lint. Gelukkig voor Brobbey beschikt stilist Bosz niet over dezelfde fileerkwaliteiten als waarmee de betere Zuid-Amerikaanse vakslagers het vlees van hun tegenstanders bewerken. Als ze zich in de toekomst tegen dat soort ‘moordenaars’ staande houden, worden ze pas echt grote jongens.

Na de 5-1 van Quinten Timber haast ik me naar station Duivendrecht. Gelukkig is het weer droog. Al snijdt de gure wind ook dwars door een toch aanzienlijke laag kleding heen. In de trein terug naar huis verdrijven de hartverwarmende reacties van het thuisfront op facebook in no time de kou. De commentaren van Go Ahead Eagles-fans zijn niet mals na de eerste nederlaag in iets meer dan vijf maanden. De beste stuurlui voorspelden al 22 wedstrijden lang dat het ondermaatse veldspel van hun favorieten onherroepelijk zou resulteren een nederlaag… Met name Gino Bosz moet het ontgelden bij de kenners en deskundigen. Wie denkt dat een pispaaltje een typisch Amsterdams fenomeen is, heeft het mis.

Heerlijk. Het blijft mooi hoe al die doorgewinterde Eagles-fans begaan blijven met het lot van hun cluppie, al laat de nuance vaak te wensen over. Wanneer de clubleiding alle goedbedoelde maar vaak wat rottig geformuleerde raad nou eens ter harte neemt, staat Go Ahead Eagles ongetwijfeld binnen een jaar of drie met een cup met grote oren op de Brink…

Jetlag krijgt geen vat op Draisma Dynamo

De volleyballers van Draisma Dynamo hebben geen nadelige gevolgen ondervonden van de inspannende reis naar Siberië. Vier dagen na de nederlaag bij Lokomotiv Novosibirsk in de heenwedstrijd van de achtste finales om de CEV cup was het business as usual. In de uitwedstrijd bij Zaanstad kreeg de jetlag geen vat op de onvermoeibare en in eigen land nagenoeg onverslaanbare koploper van de eredivisie.

In het afgelopen seizoen vormde uitgerekend Zaanstad na een verre Europacupreis een onoverkomelijke hindernis voor Draisma Dynamo. Kort voor de jaarwisseling van 2018 naar 2019 zette de Noord-Hollandse laagvlieger de ploeg van Redbad Strikwerda in aansluiting op een niet geheel rimpelvrij verlopen trip naar de Azoren verrassend met 3-2 de voet dwars. In het huidige seizoen is alles anders. Ditmaal geen gemiste vluchten of kapotte bussen alsmede een afgetekende 3-0 overwinning. Wessel Blom bleef zijn bij de tegenstander spelende broer Mees met de setstanden 18-25, 22-25 en 17-25 de baas.

Na het bliksembezoek aan Siberië ging Draisma Dynamo onverstoorbaar over tot de orde van de dag. Op de voorlaatste speeldag rekende een stoïcijns Apeldoorns gezelschap vakkundig af met de hekkensluiter van de eredivisie. In het Topsportcentrum in Koog aan de Zaan maakte werd zaterdagavond korte metten gemaakt met de Zaankanters. En passant legt Draisma Dynamo door deze zege definitief beslag op de eerste plaats in de eindrangschikking van de reguliere competitie. Met nog één speeldag te gaan kan het niet meer achterhaald worden door SAMEN.Lycurgus, dat het achtervolgersduel in Sliedrecht met 2-3 in z’n voordeel besliste. Volleybal.nl, de bondssite, meldde zelfs al dat Draisma Dynamo kampioen is geworden. Dat is vooralsnog iets te voorbarig…

Freek de Weijer, in een niet-alledaagse rol goed voor elf aanvalspunten (scoringspercentage 67%), kende geen naweeën van het uitstapje naar Novosibirsk. “De jetlag was op de heenweg erger dan op de terugweg. Met die zes uur vooruit had ik meer moeite dan de terugreis. Ik heb van elke minuut genoten.  Voor ons kunnen hebben we erg goed gespeeld. We gingen er met weinig verwachtingen heen, maar we hadden het verdiend om een set te winnen. De klasse van zo’n ploeg is dat ze het op details beslissen. Van ons is het heel erg goed dat zij op die details moesten winnen. Ze zijn nu in elk geval gewaarschuwd en zullen wel niet met een B-ploeg naar Apeldoorn komen.”

Om zich op te laden voor de op papier minder aansprekende confrontatie in Zaanstad kostte de Draisma Dynamo-captain weinig moeite. “Je laadt je niet anders op dan anders. Je zag dat iedereen fris was. Vorig jaar ging dat niet helemaal goed. Nu staat er gewoon een heel steady team. Omdat we een paar blessures hadden, stonden er drie jongens op een andere plek. Waaronder de spelverdeler. Ja, dat klopt. Dat was leuk voor een keer, maar als setter bevalt het me toch beter. Het is mooi dat we als eerste de kampioenspoule ingaan. Misschien geeft dat ons iets meer rust richting bekerfinale. Tegen Zevenhuizen moeten we volgende week gewoon winnen. Novosibirsk-thuis is natuurlijk een geweldige warming-up voor de finale.”