Maandelijkse archieven: januari 2023

Toekomstige hoofdtrainer ziet hoe er einde komt aan ongeslagen reeks; Robur et Velocitas laat te veel kansen liggen

Onder het toeziend oog van toekomstig hoofdtrainer Djordi van der Hoop kwam er voor Robur et Velocitas een einde aan een fraaie reeks. Na negen wedstrijden zonder nederlaag riep Diepenveen de opmars van de Apeldoornse zondagderdeklasser naar de top van de ranglijst voorlopig even een halt toe.

Op het tweede veld van het Robur-complex aan de Anklaarseweg wordt momenteel de laatste hand gelegd aan een nieuwe kunstgraslaag. Met milieuvriendelijke houten korrels als demping. Aan de door deskundigen verafschuwde rubberen korrels op het hoofdveld lag het zeker niet dat het vlaggenschip van de club uit Kerschoten zondag schipbreuk leed tegen Diepenveen.

In een open wedstrijd met twee ploegen die allebei wilden voetballen sprong Robur simpelweg té slordig met de scoringskansen om. Mogelijkheden om Diepenveen te verslaan kreeg de thuisploeg immers meer dan genoeg. Scoren deden de Apeldoorners niet. Zo kon het gebeuren dat het elftal van trainer Martijn Jongbloed een week na de knappe uitoverwinning tegen toenmalig koploper Markelo ditmaal door een van richting veranderd schot helemaal niets overhield aan alle geleverde inspanningen.

De ergernis van Jongbloed zat ‘m niet eens zozeer in de onfortuinlijke tegentreffer, maar veel meer in het onbenut laten van de talrijke doelpogingen waaraan zijn spelers zich bezondigden. “Zo’n tegengoal dat kan gebeuren. Wijzelf hebben in de hele wedstrijd zeker negen honderdprocentkansen gehad. Ik vond hun keeper echt goed. Maar als wij onze kansen benutten, dan winnen wij gewoon. Het is jammer dat er een eind komt aan onze serie van negen wedstrijden zonder nederlaag. Door die overwinning in Markelo stonden we er weer bij. Nu stopt dat even. Groen Wit loopt bovenaan zo toch een beetje weg.”

Patrick Kieftenbelt, evenals Jongbloed ook werkzaam in de jeugdafdeling van eredivisieclub Go Ahead Eagles, kon het desgevraagd niet nalaten zijn balende collega wat te dollen. “Ik heb met alle plezier zijn weekend verknald. Zij schoten uit de startblokken, maar Martijn had mij al van tevoren verteld dat zij wat problemen hebben in de afwerking”, lachte de Diepenveen-trainer. Vervolgens serieus: “Wij hebben zeventig minuten goed meegevoetbald. Daarna was het voor ons alleen maar tegenhouden.”

Kieftenbelt doet het tot dusverre goed tegen Apeldoornse tegenstanders. Met zijn ploeg snoepte hij ook de huidige lijstaanvoerder Groen Wit na een spectaculair 5-5 gelijkspel al punten af. “Ik denk dat Groen Wit het meer moet hebben van individuele klasse aan de zijkanten. Ik vind Robur beter als team. Robur is completer”, oordeelde ervaringsdeskundige.

Temidden van het handjevol kleumende toeschouwers op de tribune zat zondagmiddag ook Djordi van der Hoop. De huidige trainer van Sportclub Brummen volgt aan het einde van het lopende voetbaljaar Martijn Jongbloed op, die dan fulltime aan de slag gaat bij Go Ahead Eagles.

Of hij komend seizoen een derde- of tweedeklasser onder zijn hoede krijgt, zal in belangrijke mate afhangen van of de Robur-aanvallers in het restant van het seizoen zorgvuldiger met de geboden kansen omspringen. “Ik hoop dat ze de tweede klasse halen. Robur is voor mij hoe dan ook een mooie uitdaging en een mooie stap omhoog”, aldus Van der Hoop.

De Stentor maandag 30 januari 2023

Kampioen Dynamo bedwingt koploper SSS in enerverende vijfsetter; Van der Schaaf extra plus in Strikwerda’s ‘jeugdplusteam’

Als het spektakelstuk tussen Draisma Dynamo en Simplex SSS een voorbode vormt voor de naderende play-offs, dan kan de eredivisie volleybal bij de mannen dit seizoen weleens een zinderende ontknoping krijgen. In een ruim twee uur durend gevecht bedwong de regerend kampioen uit Apeldoorn de verrassende koploper uit Barneveld dan wel in vijf sets, de winnende coach Redbad Strikwerda vond het optreden van zijn ploeg nog lang niet goed genoeg.

Het had al wel iets weg van een finale. Een goed gevulde hal. Een heerlijke ambiance. Plus een wedstrijdverloop dat de toeschouwers qua spanning op het puntje van hun stoelen kreeg. En eerlijk is eerlijk, op de tribunes eindigde de strijd in het voordeel van de massaal uitgerukte ‘Green Army’ uit Barneveld, die het wat timide thuispubliek bij vlagen duidelijk overstemde. Sinds Jan van Schaffelaar er in 1482 van de toren af sprong, gingen Barnevelders waarschijnlijk niet meer zo tekeer als zaterdagavond in Omnisport.

SSS voert de actuele eredivisieranglijst niet voor niets aan, zo toonde het aan. Dynamo moest tot het uiterste gaan om de lijstaanvoerder door de knieën te krijgen. Met 15-12 in de allesbeslissende vijfde set behield het nipt de overhand.

Spelend in het shirt met rugnummer 17 dat eigenlijk toebehoort aan de geblesseerde Tijmen Laane ontpopt nieuwkomer Erik van der Schaaf zich sinds zijn komst  als een meer dan welkom rustpunt aan Dynamokant. De ervaring van de 29-jarige passer/loper, die eerder uitkwam voor Zaanstad, Orion, Lycurgus en Sliedrecht Sport, voegt richting de start van kampioenspoule een extra plus toe aan Strikwerda’s ‘jeugdplusteam’.

“Door mijn rust en beheersing maak ik misschien wat minder fouten dan die jonge jongens. We zitten in de ontknoping van het seizoen. Het wordt hartstikke spannend. We kunnen nog eerste of vijfde worden. Ik ben nog zeker niet fit. Na elke lange rally moet ik aan het zuurstof. Ik ben bijna 30. Ik woon in Den Haag en werk in Zoetermeer. Ik heb het ineens heel druk, maar wel leuk druk”, sprak Van der Schaaf na afloop van het enerverende schouwspel.

De routinier hoopt met zijn inbreng een bijdrage te kunnen leveren aan Dynamo’s titelprolongatie. “Met onze servicekracht kunnen we het verschil maken. Als onze service loopt, zijn we voor niemand te stoppen.”

Volgens Redbad Strikwerda moeten er dan nog wel een aantal tandjes bij. “In de tweede set serveren wij zes keer fout en slaan we zes keer keihard in het blok. Dat zijn cadeautjes die je weggeeft. Daar hoefden zij niets voor te doen. Wij zijn nog lang niet op het gewenste niveau. We komen in deze periode feitelijk niet aan trainen toe. Ik wil werken aan basale zaken. Dat betekent niet een kwestie van puntjes op de i zetten. Er moet eerst een i komen.”

De Stentor maandag 30 januari 2023

Met Oranje naar Olympische Spelen van 2028 is de ultieme droom van Sil Meijs

Sil Meijs neemt geen genoegen met half werk. Zijn ultieme droom is het om in 2028 als spelverdeler van het Nederlands volleybalteam op de Olympische Spelen te schitteren. Een enorme uitdaging, zo beseft het 20-jarige talent als geen ander. Maar de zelfverzekerde setter weet dat hij de verwezenlijking van zijn sportieve dromen volledig in eigen handen heeft.

Het scheelde niet veel of Sil Meijs had trouwens carrière gemaakt in een andere sport. Als jeugdkeeper van FC De Bilt stond hij ooit op de radar van FC Utrecht. Nadat de profclub uit de Domstad hem aftestte, hield het talent het voetbal meteen voor gezien. Een illusie armer en een ervaring rijker stort hij zich sindsdien vol overgave op het volleybal. En eerlijk is eerlijk, dat gaat hem ook alleraardigst af.

In zekere zin leek de groeibriljant uit Groenekan welhaast voorbestemd om uiteindelijk zijn talenten te ontplooien in de eredivisie volleybal. Het volleybal zit bij de familie Meijs in de genen. Zijn ouders volleybalden allebei op het hoogste niveau. Zijn drie jaar oudere broer Alex maakte voor aanvang het huidige volleybaljaar de overstap naar Prima Donna Kaas Huizen, na eerder vier seizoenen in Barneveld bij SSS actief te zijn geweest.

De benjamin van het gezin stelde zijn eigen veelzijdigheid al onder bewijs bij achtereenvolgens SV Irene uit Bilthoven, Taurus, SSS en het Talentteam Papendal. “Bij SSS heb ik in het tweede als passer/loper gespeeld. Ik kwam daarna in beeld bij het Talentteam als spelverdeler. Daar heb ik als diagonaal m’n eerste speelminuten gemaakt in de eredivisie”, vertelt Meijs hoe zich hij al op meerdere posities liet gelden.

In zijn eerste seizoen bij Draisma Dynamo kent Meijs zijn plek. “In principe ben ik tweede spelverdeler achter Joris Berkhout. Ik wil dit jaar vooral veel leren en ervaring opdoen. Ik mag niet klagen. Ik zit hier goed. Ik sta elke dag op met zin in volleybal. Ik heb tot dusverre al meer minuten gemaakt dan verwacht. Zelfs in wedstrijden waar het er om gaat. Zo mocht ik tegen Lycurgus beginnen. Redbad zei: jij moet het team aan de praat krijgen. Toen dat niet lukte, haalde hij me er na de eerste set weer uit. Tegen Limax ging het volgens hetzelfde plan en verliep het wel goed. Die wedstrijd wonnen we met 3-0.”

Zijn verstandhouding met Berkhout is prima, verzekert hij. “In Nederland is de concurrentie vaak wat minder hard dan in het buitenland. Daar moet je meer vechten voor je plek. Wie de beste is, die speelt. Joris en ik kunnen het goed met elkaar vinden. Waar nodig helpen we elkaar”, maakt hij duidelijk hoe beide spelverdelers van Draisma Dynamo elkaar naar een hoger niveau proberen te tillen.

De wedstrijden tegen het verrassende SSS, waar zijn vader Guido teammanager is, en het PDK van broer Alex hebben voor Draisma Dynamo’s Meijs logischerwijs een bijzondere lading. “Er wordt bij ons thuis bijna alleen maar over volleybal gesproken. En dat is niet altijd even gezellig… Na die nederlaag in Barneveld kreeg ik dat thuis wel te horen. Niet alleen van m’n vader, maar Alex heeft natuurlijk ook lang bij SSS gezeten. Dat was wel een pijnlijke avond. Wij verloren die wedstrijd vooral doordat wij onze eigen zaken niet goed voor elkaar hadden.”

De spelverdeler spreekt zijn bewondering uit over hoe de Barnevelders zich al het hele seizoen in de top van de eredivisie handhaven. Toch is hij ervan overtuigd dat Draisma Dynamo aan het einde van de rit met succes de landstitel verdedigt. “Omdat er bij ons de meeste rek in het team zit. Wij kunnen elke week beter worden. Ons doel is het om het beste team van de eredivisie te worden en individueel willen we allemaal stappen zetten. Als wij onze zaken op orde hebben, wordt het voor onze tegenstanders heel lastig om ons te verslaan. Het is het eerste jaar dat SSS om de prijzen meespeelt. Maar ik verwacht dat clubs als Dynamo, Lycurgus en Orion hier geen steken laten liggen dit seizoen.”

De jongste Meijs zou het leuk vinden om in de toekomst ooit nog eens samen met zijn oudere broer in één team te staan. Gedurende de lock-downs in coronatijd hielden beide broers elkaar fit en scherp. “Op een grasveldje in de tuin speelden we dan één tegen één tegen. Zelfs als de wereld afbrandt, blijven wij gewoon volleyballen.”

De jeugd-international streeft het hoogst mogelijke na, zo laat hij weten. “Mijn doel is om met het Nederlands team op de Olympische Spelen te staan. 2024 zou misschien al kunnen, ik denk dat 2028 realistischer is. Het zou mooi zijn om komende zomer weer op die longlist te komen. Afgelopen seizoen heb ik drie keer meegetraind. Dan sta je daar ineens met gasten die alles hebben meegemaakt. Het is mooi om naast Nimir of Bennie Tuinstra in zaal te mogen staan. Daar doe je het voor.”

Om zijn sportieve doelen te verwezenlijken zal hij vroeg of laat de grens over moeten, weet de ambitieuze Groenekanner. “Ik moet eerst spelen. Na één seizoen wil ik dan de stap zetten. Iedereen wil natuurlijk naar Italië. De Franse of Poolse competities trekken me ook wel. In Polen leeft het volleybal enorm. Voor onze Europa Cup-wedstrijd in Belchatow keek ik m’n ogen uit. Kom je daar in een dorpje van niks waar een enorme hal staat.”

Tijdens het in december gehouden Draisma Dynamo Sportcafé betitelde tafelgast Bas Bloem hem als ‘supertalent’. Meijs geeft eerlijk toe dat die opmerking zijn ego streelde. Hij blijft nochtans wel stevig met beide benen op de grond staan. “Zulke complimenten zijn fantastisch om te horen. Het is toch erkenning van wat je aan het doen bent. Al mag je er niet van naast je schoenen gaan lopen. Ik ben er nog lang niet. Ik mis nog vastheid. Maar als spelverdeler heb ik tijd zat. De top van een volleyballer ligt meestal rond z’n 28e. Spelverdelers kunnen zelfs veel langer mee, soms wel tot hun veertigste. Wat voor mij nu vooral belangrijk is, is uren maken en beter worden.”

Draismadynamo.nl zaterdag 28 januari 2023 / Foto Wout van Zoeren

Athletic Skills Model leert Eagles-jeugd beter bewegen

Het zogenaamde Athletic Skills Model leert sporters veelzijdig bewegen. De in het afgelopen najaar geopende ASM-hal op de FSG Campus in Apeldoorn biedt iedere sportbeoefenaar de gelegenheid actief aan zijn motoriek te sleutelen. Nu de jeugdopleiding van eredivisievoetbalclub Go Ahead Eagles zich heeft geconformeerd aan de veelomvattende trainingsmethode, hopen FSG en de trainers van The Gym dat lokale amateursporters en -clubs dit voorbeeld weldra volgen.

De tijden dat voetballers enkel en alleen werden onderworpen aan obligate bal- en loopoefeningen behoren al lang en breed tot het verleden. Het toevoegen van beweegelementen uit andere takken van sport, zoals bij de ASM-methode gebeurt, bevordert de motorische ontwikkeling van spelers. Om talenten weerbaarder te maken laat de BVO uit Deventer haar groeibriljantjes uit de opleiding al sinds anderhalf jaar onder handen nemen door externe instructeurs van het op de FSG Campus gevestigde The Gym. ASM brengt de Eagles-jeugd zelfs nog een stapje verder, meent Eric Whittie

“Je lichaam is je wapen. Het is verschrikkelijk om te zien hoe kinderen tegenwoordig bewegen. ASM verbetert niet alleen motorische vaardigheden, het vereist ook cognitieve vaardigheden van een kind. Bij Go Ahead Eagles zien wij er echt een toegevoegde waarde in. Kinderen vinden het daarnaast ook gewoon hartstikke leuk. De grootste uitdaging voor mij was om mijn stafleden eraan te laten wennen. Voetbal is nou eenmaal een conservatieve sport”, steekt het hoofd jeugdopleidingen van Go Ahead Eagles zijn enthousiasme niet onder stoelen of banken.

René Diks, die met zijn team de ASM-trainingen verzorgt, sluit zich bij Whittie’s woorden aan. Met boks- en kickbokstrainingen leerde de oom van FC Kopenhagen-prof Kevin Diks de leerlingen van de Go Ahead Eagles academie in Twello al stevig van zich af te bijten. “Het gaat daarbij om een stukje weerbaarheid waar je lichamelijk en mentaal sterker van wordt. In het voetbal is het belangrijk om je je lichaam goed te gebruiken. ASM is ook toepasbaar op andere sporten. Het is eigenlijk voor iedereen. Sommige vormen kun je ook gewoon thuis doen. Hoe vaker je iets oefent, hoe beter je erin wordt. Trainers moeten er natuurlijk wel voor openstaan. Eric Whittie is zo iemand. Net zoals wij zelf ook steeds bezig willen zijn met de nieuwste ontwikkelingen.”

Dat inhaken op nieuwe trends en afwijken van de traditionele aanpak werpt op het veld al steeds meer z’n vruchten af, stelt Whittie tevreden vast. “Bij wedstrijden krijgen we regelmatig van andere clubs te horen dat die gasten van ons echt van 0 tot 90 gaan.”

FSG’s voetbalcoördinator Joey Ngarigota, goed voor 72 interlands als zaalvoetballer, beklemtoont dat er helemaal niets mis mee is om af en toe eens buiten de geijkte paden te treden. “Neem Zlatan Ibrahimovic. Die houdt zich fit met martial arts. Jari Litmanen had veel baat bij dat hij als kind ijshockeyde. Daar zijn ze beter van geworden. Dat is ook wetenschappelijk onderbouwd. Toen ikzelf bij WSV voetbalde, was het nogal old skool op trainingen. Hooguit wanneer er een orkaan langskwam, gingen we een keertje fitnessen. ”

Met Go Ahead Eagles als uithangbord proberen Ngarigota en Diederik Bos ook amateurs uit Apeldoorn en omgeving in de nabije toekomt naar de ASM-hal op de FSG Campus aan de Laan van Westenenk te lokken. “Go Ahead Eagles pakt het nu op. Laat de Eagles een voorbeeld zijn. Het is aan clubs zelf of zij er wat mee willen in hun opleidingsplan. Elementen van ASM toevoegen aan hun reguliere trainingsprogramma’s kan natuurlijk altijd. We zijn bezig met een sponsoractie. Zo kunnen de verenigingen hun inschrijfgeld terugverdienen. Het voetbal evalueert. ASM voegt daar een wetenschappelijk tintje aan toe. Dat gaat zich als een olievlek verspreiden”, gelooft FSG-directeur en -eigenaar Bos.

De Stentor donderdag 26 januari 2023

Winnende goal in blessuretijd brengt Apeldoorners aan kop in derde klasse D; Adriaan Jacobs strijdt voor Groen Wit, volk en vaderland

Een treffer van Jean Matitaputty diep in blessuretijd leverde Groen Wit ’62 behalve een 4-3 zege tegen hekkensluiter ABS de koppositie op in de derde klasse D. Het venijn zat ‘m zondag in de staart aan de Landdrostlaan. Na een 1-3 achterstand bezorgde het naar het front dirigeren van centrale verdediger Sybren Mulder, die twee keer scoorde, de thuisploeg alsnog de ommekeer.

Voor Adriaan Jacobs was er geen hoofdrol weggelegd. Kort voor de winnende treffer had de aanvaller het pleit al in het voordeel van Groen Wit kunnen beslechten, maar stuitte hij op de Bathmense goalie Jonkman. Het paste helemaal in het beeld van de wedstrijd die man met het rugnummer zeven afwerkte. Wel keihard werken en vuile meters maken, maar zonder fortuin in de afwerking.

“In de laatste twee oefenwedstrijden maakte ik vijf goals. Vandaag was het voor mij veel lopen en weinig ballen krijgen. Als de scheidsrechter niets had afgekeurd, had ik twee assists gegeven. Dan lijkt het heel anders. Maar ik heb in dienst van het elftal gespeeld en ruimtes gecreëerd voor anderen”, verklaarde Jacobs hoe hij zich wegcijferde in het belang van het elftal en met het opknappen van veel ondankbaar werk zijn bijdrage leverde aan de zwaarbevochten overwinning van de ploeg uit de Maten.

Behalve voor Groen Wit strijdt Jacobs ook voor volk en vaderland. De als sportinstructeur in het leger werkzame Groenwitter miste zodoende de eerste weken van het huidige seizoen. Voor zijn werk verbleef hij geruime tijd in het buitenland en stond hij niet ter beschikking van trainer Marcel Vink. “Ik heb vijf maanden op Curaçao gezeten en was pas op 8 november weer terug. Het weekend erna was ik er al meteen weer bij. Dat was best even wennen. Ik had op Curaçao al die tijd niet gevoetbald”, maakt de globetrotter duidelijk hoe hij na terugkeer in Nederland zijn draai eerst weer even moest vinden.

Met een temperatuur die zondagmiddag schommelde rond het vriespunt, zou iedereen spontaan terugverlangen naar de Caribische warmte. “Het is wel koud hier, ja”, sprak Jacobs nadat hij na afloop snel een warm jack over het bezwete shirt had aangetrokken. Sportpark De Maten voelt ondanks het enorme klimatologische verschil met het Antilliaanse eiland waar hij verbleef als ‘home sweet home’ voor hem. “Ik voetbal al vanaf m’n vierde of vijfde bij Groen Wit. Dit is mijn twaalfde of dertiende seizoen in het eerste. Ik heb nooit de intentie gehad om hier weg te gaan.”

Over de tot dusverre behaalde resultaten in de derde klasse D kan de 29-jarige oudgediende vanzelfsprekend alleen maar tevreden zijn. Om daaraan conclusies te verbinden, vindt Jacobs veel te vroeg. “Laten we nou niet te hoog van de toren blazen. We zitten nog niet eens op de helft van de competitie. Je ziet dat in deze klasse iedereen van elkaar kan winnen.”

Marcel Vink prees zijn manschappen voor hun veerkracht, maar de trainer wist ook dat zijn ploeg het zichzelf wel wat makkelijker had kunnen maken tegen ABS. “Onze veldbezetting was heel goed. We bleven heel rustig. We hadden in de rust al met drie of vier goals voor kunnen staan. Het is heel mooi hoe we karakter tonen en terugkomen. Het had anders moeten lopen. Want net als in eerdere wedstrijden kwamen ook deze punten weer ongelooflijk moeizaam tot stand. Dit was wel iets met poorten en hel.”

Vink baalt wel dat Groen Wit van de KNVB nog altijd geen uitsluitsel heeft over wat er met de in november gestaakte wedstrijd tegen Turkse Kracht Deventer staat te gebeuren. “Misschien zijn ze nog met vakantie, of zo.”

De Stentor maandag 23 januari 2023

Winst in topper maakt topweek voor Apeldoornse Topdivisionist compleet; Eredivisiewaardig Alterno kraakt ook Krekkers

Met het bereiken van de kwartfinale in het nationale bekertoernooi, waarin ze de strijd aanbinden met eredivisieclub Sneek, leverden de volleybalsters van Dros Alterno al een prestatie van formaat. De winst in de topper in de Topdivisie A maakte een topweek voor de Apeldoornse Topdivisionist helemaal compleet.

In een directe confrontatie kraakte een eredivisiewaardig Alterno zaterdagavond in eigen hal ook Krekkers. Dat ze door de 3-1 zege nu drie punten losstaan van de naaste concurrent uit Mariaparochie, daar werd na afloop uiteraard op gedronken door de speelsters van het winnende team. Noa de Bruin deed dat op gepaste wijze: met chocomel! De champagne wordt aan de Waleweingaarde bewaard voor later in het jaar.

De weg naar een eventueel kampioenschap in de op een na hoogste speelklasse is weliswaar nog lang voor de landskampioen van 2014, volgens Noa de Bruin zijn momenteel alle ingrediënten voorhanden om de koppositie tot en met de laatste speeldag vast te houden. “We zijn echt een super hecht team. De staf is super. Echt het hele plaatje is compleet.”

Haar broer Dylan, spits van het eerste elftal van eersteklasser WSV, staat in de Apeldoornse voetbalwereld bekend om zijn trefzekerheid. De koelbloedigheid lijkt een familietrekje, zo stelde zijn zus tegen Krekkers onder bewijs. Met name aan het eind van de misschien wel cruciale derde set scoorde de 1,85 meter lange passer/loper enkele belangrijke punten. “Ik ben super fanatiek”, zegt Noa de Bruin van zichzelf.

Het geloof in eigen kunnen is groot bij Alterno, stelt de 22-jarige Rechtenstudente. “We gingen gelijk volle bak erop. Wilfried, onze trainer, zegt altijd dat we met lef moeten spelen. Het geloof is er bij ons altijd. Zelfs als wij achterstaan, kunnen we het altijd omdraaien.”

Een terugkeer in de eredivisie, waaruit ze in 2020 degradeerden, lijkt voorlopig niet aan de orde. De aanstaande bekerwedstrijd tegen Sneek wordt wel een mooie graadmeter voor de Alternovrouwen om te laten zien of ze ook kunnen wedijveren met ’s lands allersterkste teams. “Je wilt elke wedstrijd winnen. Ook in de beker willen we zo ver mogelijk zien te komen. Spelen tegen Sneek is daarom een mooie uitdaging”, legt Noa de Bruin zich zeker niet bij voorbaat neer bij een nederlaag tegen de huidige nummer drie van de eredivisie.

Wilfried Groothuis zou een bekerstunt eveneens van harte toejuichen, de succesvolle Alterno-trainer richt zich toch in de eerste plaats op een succesvolle afsluiting van de competitie. “Wij zetten Krekkers op drie punten achterstand. Zij hebben nu de druk om te moeten aanhaken. Wij bewijzen dat we vrij stabiel zijn. Dat moeten we vasthouden. Als dat lukt, sluit ik niet uit dat wij dit seizoen als eerste kunnen eindigen.”

De Stentor maandag 23 januari 2023

Moeizaam gelijkspel AGOVV Futsal bij terugkeer in Mheenpark

De zaalvoetballers van AGOVV kwamen bij hun terugkeer in het sporthal Mheenpark niet verder dan een moeizaam gelijkspel. Een week na de schrobbering voor de beker tegen GZV Watergras bleef de Apeldoornse eredivisionist tegen ZVV Eindhoven steken op 2-2.

Met die score kwam de thuisploeg vrijdagavond goed weg in Zevenhuizen. Nadat Rachid Boughalab met zijn tweede treffer AGOVV Futsal in de vijfde minuut van de tweede helft op een 2-1 voorsprong bracht, namen de bezoekers uit Brabant het heft in handen. De Eindhovenaren maakten al vlot gelijk en hadden ook in de slotfase de betere kansen. Een gemiste penalty en twee seconden voor tijd nog een bal op de paal voorkwamen een nederlaag van de Blauwen.

Ismar Maglajlic kwam niet ongeschonden uit de strijd tevoorschijn. Trekkebenend begaf de Twellose technicus zich na afloop richting kleedkamer.  “Een ijsbeentje in m’n kuit”, noemde de AGOVV’er als oorzaak van het euvel. Van het resultaat baalde hij. Maglajlic duidde erop dat het de komende weken beter moet als de Apeldoorners een rol van betekenis willen spelen in de ‘verliezerspoule’ van de eredivisie.

“Je wilt graag punten pakken bij zo’n eerste wedstrijd in de poule. In de eerste helft kwamen we verdedigend de afspraken goed na. Na die 2-1 geven we het initiatief weg en waren we ’t kwijt. Normaal moeten we in staat zijn het bij zo’n stand uit te spelen. Nu mogen we niet eens klagen over dat het gelijk blijft. Aan het eind kon Eindhoven zelfs nog winnen. Een gelijkspel is niet rampzalig, maar we zijn nog niet waar we willen zijn”, verklaarde de teleurgestelde Maglajlic.

Over de actuele ontwikkelingen bij Apeldoornse Boys, de club waar hij op veld speelt, was de Twellonaar wat terughoudender. Of hij komend seizoen in het spoor van trainer Stephan Quack meegaat naar Alexandria zoals een groot deel van de spelersgroep naar verluidt van plan is, daarover kon of wilde de zaalvoetballer nog geen definitief uitsluitsel geven. “Die kans zit er wel in, maar dat is nog niet honderd procent zeker. Ik moet daar eerst nog een gesprek over hebben met de trainer”, reageerde de oud-speler van Voorwaarts desgevraagd.

Destentor.nl zaterdag 21 januari 2023

Veel geschreeuw en weinig wol bij Gelderse derby zonder uitsupporters

Achter de bal aan (84): Arnhem

Zondag 15 januari 2023

Als inwoner van het grootste dorp van Gelderland heb ik weinig op met de Gelderse derby tussen Vitesse en NEC. Als Apeldoorner krijg ik het niet koud of warm van alle ophef over de rivaliteit tussen Arnhem en Nijmegen. Bij mij gaat het hart in de grootste provincie van Nederland voor slechts één plaats harder kloppen. Daarvoor hoef ik niet naar het zogenaamde KAN-gebied. There’s no place like home.

Laat ik duidelijk stellen dat ik niets heb tegen Vitesse of NEC. Tegelijkertijd heb ik ook weinig mét beide clubs. In Gelredome kom ik af en toe weleens. Op Deventer na is het voor mij de dichtstbijzijnde plek om in levenden lijve getuige te zijn van eredivisievoetbal. Ik ben zelfs in het bezit van een Fancard van Vitas. Dat moet wel, want anders kan ik in dit achterlijke land geen kaarten bestellen voor topwedstrijden. In de Goffert kom ik daarentegen zelden. Dat is me dan weer net een brug te ver.

Ik loop al zo lang mee dat ik in het verre verleden zelfs weleens Gelderse derby’s op Monnikenhuize live heb meegemaakt. Daar gebeurde niet veel meer dan bij de gemiddelde thuiswedstrijd van Go Ahead Eagles, waar ik in die jaren ’80 en ’90 van de vorige eeuw kind aan huis was. De volledig opgefokte en verziekte realiteit van nu ontstond volgens mij pas toen Karel Aalbers in Arnhem luchtkastelen begon te bouwen. De hoogmoed van ‘koning’ Karel leidde over de Waal in de stad van Keizer Karel tot veel ongenoegen. Met alle ellende vandien.

Als ik heel eerlijk mag zijn, was ik liever naar Go Ahead Eagles – FC Utrecht gegaan. Aangezien er op deze zondagmiddag echter ook nog iemand voor de Stentor verslag moet doen van de volleybalwedstrijd Draisma Dynamo – Taurus, valt mijn keuze op de altijd beladen burenruzie in Gelredome. Het vroege aanvangstijdstip in Arnhem valt voor mij wel met het duel in de eredivisie volleybal te combineren. De aftrap in de Adelaarshorst is simpelweg te laat. Vandaar. En een zondag zonder voetbal, is een zondag niet geleefd.

Met de aftrap al om 12.15 uur, moet ik wel vroeg de deur uit. Al hoeft dat in dit geval nou ook weer niet voor dag en dauw. Om elf uur rij ik weg uit Apeldoorn. Vijfendertig minuten later staat mijn bolide al veilig en wel gestald in Malburgen. Normaal na corona begin ik een wedstrijdbezoek in Arnhem met een broodje döner bij Cafetaria West, maar voor een broodje döner is het tijdstip me iets té vroeg. Bij de nieuwe Dekamarkt aan de Hoefbladlaan, die voor het middaguur al geopend is, sla ik daarom maar twee repen chocola in als proviand voor op de tribune in. Je moet tenslotte wel te smikkelen hebben tijdens de wedstrijd.

De wandeling naar Gelredome is een hele beproeving. De smerige koude wind waar ik vol tegenin moet lopen maakt de hooguit tien minuten durende voettocht niet bepaald tot een onverdeeld genoegen. Gelukkig hoef ik bij aankomst niet in de lange rij bij Ingang R te gaan staan. Bij Ingang A kan ik zo naar binnen. Meestal zit ik op Noord, ofwel de Edward Sturing tribune, wanneer ik bij Vitesse ga kijken. Vandaag wijk ik noodgedwongen uit naar West. Uit veiligheidsoverwegingen worden voor Noord geen kaarten verkocht aan incidentele bezoekers zoals ik. Dat het aan de noordzijde gelegen uitvak deze middag leeg blijft, doet niet ter zake.

Ik krijg weleens het idee dat zelfs het kopen van een kaartje voor een voetbalwedstrijd tegenwoordig al als misdaad geldt in Nederland. Gelukkig maar dat wereldverbeteraars die politieagenten met bakstenen bekogelen, zoals afgelopen dagen vlak over de grens in Lutzerath, zulke aanslagen geweldloos plegen. Dat gebeurt in het belang van ons allemaal. Uiterst vreedzaam, zoals iedereen op tv kon zien. Zoiets valt niet onder zware criminaliteit, zoals het bezoek aan een voetbalstadion dat ogenschijnlijk wel is. Het spreekt ook voor zich dat hooligans die hun gezicht bedekken om niet herkend te worden een veel groter gevaar voor de openbare orde vormen dan de brave broeders en zusters die exact hetzelfde doen om strijd te leveren voor het klimaat.

En nou schreeuwen verongelijkte burgemeesters ineens weer om invoering van een vergunningplicht. Het wordt steeds gekker in Nederland. Voor elk duel in het betaalde voetbal zouden clubs in de nabije toekomst op last van regelzieke lokale bestuurders een vergunning moeten aanvragen, zo luidt het idee. Ach ja, waarom niet nóg meer bureaucratie. Alsof we in het gave land van Mark Rutte al niet bijkans stikken in een ondoordringbaar woud van allerlei achterlijke regeltjes. Het zoveelste bewijs van dat dit land geregeerd wordt door idioten. Zo moeilijk moet het toch helemaal niet zijn om raddraaiers bij voetbalwedstrijden een halt toe te roepen.

Neem maar van mij aan dat het gejammer van de ordebewaarders dat ze niet weten wie degenen zijn die de boel structureel verstieren complete bullshit is. Ergens begin jaren ’80 heb ik als 17- of 18-jarig ventje al eens meegewerkt aan een onderzoek aangaande Go Ahead Eagles-supporters. Dan praten we over bijna veertig jaar geleden. Daar heb ik me destijds voor laten interviewen. Ik stond er werkelijk versteld van wat de bij de politie werkzame interviewer allemaal van mij wist. De meest uiteenlopende privé-gegevens waren hem bekend. Niemand maakt mij wijs dat politie en Justitie anno 2023 ondanks de volledig doorgeslagen privacywetgeving al die doorgesnoven jochies met capuchonnetjes en bivakmutsen niet met naam en toenaam kennen. Hou toch alsjeblieft op. Daar spelen heel andere belangen.

Tot ongetwijfeld grote opluchting van Arnhems burgervader en erkend verbinder Ahmed Marcouch vindt de Gelderse derby plaats zonder potentiële ordeverstoorders van over de Waal. Nadat ze een poosje niet welkom waren in Arnhem mochten er ditmaal eigenlijk weer supporters uit Nijmegen meekomen. Omdat die het aantal van 400 toegezegde kaarten ontoereikend vinden, boycotten ze het voetbalfeest.

Desondanks zit Gelredome voor Gelredome-begrippen redelijk vol. Het dak zit gelukkig dicht. Er zijn zodoende weinig tochtgaten die de koude wind op deze gure zondagmiddag binnenlaten. In het lege uitvak hangt een groot banier in de clubkleuren van NEC met de opdruk ‘400 is te weinig’. Dit doekje valt volledig in het niet bij het bijna de volledige tribune bedekkende laken dat de harde kern van Vitesse op de Zuidtribune omhooghoudt wanneer de 22 kemphanen het veld betreden. ‘RiSe, Oh FaLLeN FighTeRs’, zo lees ik. Vitesse’s gevallen strijders moeten weer opstaan. Er zijn duidelijk heel wat uurtjes huisvlijt ingestoken om een en ander te fabriceren.

De Arnhemse supporters gaan lekker tekeer. Door te brullen ‘Noppert in Oranje’ herinneren ze Jasper Cillessen er fijntjes aan dat bondscoach Louis van Gaal de NEC-keeper buiten de WK-selectie van Oranje liet. Ze hebben het echter het meest voorzien op Oussama Tannane. De voormalige Vitesse-middenvelder, die Arnhem begin vorig jaar met ruzie verliet, krijgt al bij de eerste beste corner die hij neemt al bijna een fles voor zijn hoofd. Het gebeurt vlak voor mijn ogen. Halverwege de eerste helft zit de wedstrijd er al op voor het Marokkaanse heethoofd. Als hij Kozlowski bij de keel pakt, houdt scheidsrechter Makkelie hem de rode kaart voor. Het stadion ontploft bijna. Onder luid gejoel en talrijke verwensingen druipt de zondaar af.

Doodzonde. Die jongen kan zo verschrikkelijk goed voetballen. Maar waar hij ook voetbalt, het gaat door zijn licht ontvlambare karakter op de een of andere manier telkens weer mis met hem. In ondertal houden de tien NEC’ers in de daaropvolgende 70 minuten toch relatief eenvoudig stand. Veel te juichen valt er na de aftocht van de verguisde Tannane nauwelijks meer voor het schuimbekkende Arnhemse legioen. Het is vrij pijnlijk om te zien hoe Vitessenaren zich geen raad weten met hun man-meer-situatie. Als kippen zonder kop belegeren zij de Nijmeegse goal. Om de beslissing te forceren en Cillessen te passeren missen de onmachtige Arnhemmers feitelijk de creatieve ingevingen van een type-Tannane…

Als de officiële speeltijd voorbij is, houd ik het voor gezien. De vier minuten blessuretijd, laat ik voor wat ze zijn. Voordat ik Vak 101 verlaat, heb ik vluchtig oogcontact met Ronald, een oude bekende van bij wedstrijden met het Nederlands elftal – én… NEC-supporter. Het duimpje gaat omhoog bij het passeren. Net als ik voelt hij dan al aan dat het duel eindigt zoals het begon. Voor NEC-supporters die wél anoniem en onopvallend een plekje hebben gevonden, voelt die 0-0 als een morele overwinning.

Als neutraal toeschouwer zal ik deze Gelderse derby zeker niet opnemen in de Top-10 van meest gedenkwaardige voetbalwedstrijden die ik ooit heb bezocht. Het ìs vooral veel geschreeuw en weinig wol. Het was de 33 euro, die ik in al mijn dwaasheid voor een kaartje heb neergeteld, nauwelijks waard. Maar zoals altijd, komt berouw na de zonde. Bij Oussama Tannane zal het ongetwijfeld niet anders zijn…

Dynamodames stellen doelstelling bij en winnen prompt weer eens

Aan elke reeks komt ooit een einde. Na zes opeenvolgende nederlagen smaakten de volleybalsters van Dynamo eindelijk weer eens het zoet van een overwinning. Djopzz VC Zwolle moest er zondag met 3-0 (25-19, 25-21, 25-17) aan geloven.

De pijnlijke nederlaag tegen hekkensluiter FAST deed Arjen Schimmel besluiten de doelstelling van het behalen van een Top 6-klassering overboord te gooien.  De coach wil zo de druk bij zijn aangeslagen ploeg wat wegnemen. En zie daar. Tegen Zwolle werd er prompt gewonnen. Zonder topscorer Benthe Wismans, die dit seizoen wegens een enkelkwetsuur mogelijk niet meer in actie komt, maar met een weer fitte aanvoerster Caya van Cooten in een hoofdrol.

“We gaan vanaf nu alleen nog maar bezig met ons eigen spel. Dan zie je dat het met veel enthousiasme wel lukt. Het moedeloze, dat er wat ingeslopen was, was er niet meer. Ook toen Zwolle een serie punten maakte, bleven we doorgaan. We scoorden drie keer via de netband uit een service. Donderdagavond vielen die ballen verkeerd, nu vielen ze goed”, aldus de winnende trainer.

De bekerwedstrijd van aanstaande donderdag tegen Sneek biedt de ploeg van Schimmel wellicht de gelegenheid om de opwaartse lijn door te trekken. Wanneer Dynamo daarin slaagt wacht in de kwartfinale mogelijk de altijd pikante Apeldoornse derby tegen Alterno. De koploper van de Topdivisie A moet dan op haar beurt afrekenen met US.

Arjen Schimmel ziet zijn ploeg als underdog tegen Sneek, maar benadrukt wel dat het bekerduel zeker geen veredelde oefenwedstrijd is. “In de competitie hebben we twee keer heel hard van Sneek verloren. Het is dus niet reëel om te veronderstellen dat wij nu gaan winnen. Als Sneek wint, zou dat normaal zijn. Omdat we vandaag hebben gewonnen gaan we die wedstrijd wel met een lekker gevoel in. Wij kunnen vrijuit spelen.”

De Stentor maandag 16 januari 2023

Duco Krook uitgegroeid tot constante factor bij grillig Dynamo

Dynamo liet tegen Taurus niet opnieuw kostbare steekjes vallen. Nauwelijks 68 uur na het pijnlijke verlies bij Limax deed het zondag wat het moest doen. Dankzij de afgetekende 3-0 zege blijven de Apeldoornse volleyballers in het spoor van de verrassende lijstaanvoerder SSS.

Na de eerste zeven competitieduels stapte de landskampioen telkens als winnaar de zaal uit. Met de even onverwachte als onnodige thuisnederlaag medio november tegen VoCASA kwam de klad er een beetje in. Het aura van onoverwinnelijkheid leek in één keer verdwenen. In de zeven wedstrijden incasseerden de Apeldoorners nogmaals vier verliespartijen. Té veel naar Dynamo-maatstaven gemeten.

Duco Krook kon tegen Taurus terugkijken op een degelijk optreden. In de schaduw van het brute geweld van Martijn Brilhuis, met negentien punten de meest trefzekere aan Apeldoornse kant, droeg de middenaanvaller met zeven punten ook zijn steentje bij aan de eenvoudige zege. In zijn tweede Dynamo-seizoen behoort Krook tot de weinige constante factoren binnen de grillige spelersgroep. En dat is best opmerkelijk, aangezien de uit Veghel afkomstige volleyballer tijdens zijn eerste jaar in Dynamo-dienst nauwelijks speeltijd kreeg.

Toen de Stichting Topvolleybal Dynamo setter Daan Haanappel van VoCASA aantrok, informeerde de toenmalige aanvoerder van de Nijmeegse club zelf of hij zijn teamgenoot naar Apeldoorn mocht vergezellen. Met succes. Terwijl zijn maatje bij het wegen te licht werd bevonden en inmiddels het spel verdeelt bij Sliedrecht Sport, levert Krook het bewijs dat ook relatief oudere spelers zichzelf kunnen verbeteren met het volgen van Dynamo’s trainingsprogramma. De laatbloeier, die woensdag zijn 27e verjaardag viert, brengt het gezegde ‘hoe ouder, hoe beter’ steeds vaker in de praktijk tot uitdrukking.

Krook blijft evenwel bescheiden onder lofuitingen aan zijn adres. “Wat er vorig jaar bij ons in het veld stond, is natuurlijk heel anders dan wat er nu staat. Er staat een ander team. Ik ben 26 en er is nog niets gewonnen door mij. Qua niveau ben ik zeker gegroeid, maar ik kan niet teren op een kampioenschap. Wel sta ik er vaker in en qua statistieken gaat het goed. Ik voel ook meer verantwoordelijkheid. Ik heb zelf wel het idee dat het beter kan en er nog meer in zit.”

De 1,97 meter lange middenman dicht zichzelf nog volop groeimogelijkheden toe. Wat hij naar eigen inzichten tekortkomt? Lachend verwijst hij naar zijn lengte: “Tien centimeter.” Er serieus aan toevoegend: “Qua constantheid, blokkerend en het goed lezen van wedstrijden is er nog veel waar ik beter in kan worden.”

Ondanks het wisselvallige verloop van het seizoen is het veiligstellen van een plekje bij de eerste zes, dat toegang geeft tot de kampioenspoule, voor Krook en zijn ploegmaats een formaliteit. Vanwege de punten die het meeneemt is het voor Dynamo echter wel van belang om de reguliere competitie zo hoog mogelijk af te sluiten. Als eerste of als vijfde aan de beslissende fase van het seizoen beginnen, verschilt al meteen vier punten. Belangrijke punten, die op de drempel van een play-off finale weleens doorslaggevend kunnen worden.

Om zichzelf de best mogelijke uitgangspositie te bezorgen kunnen daarom de uitwedstrijd bij Lycurgus op 25 januari en het thuisduel tegen koploper SSS drie dagen later weleens cruciaal worden voor de titelverdediger. Al loopt de kortste weg op het binnenhalen van een hoofdprijs altijd nog via de beker, waarin Dynamo woensdagavond revanche kan nemen tegen Limax.

Krook is zich bewust dat er de komende weken veel op het spel staat. “We gaan er zeker voor, al wordt het wel een lastige klus. Voor de beker zal het ook moeilijk worden. In het schema zitten we aan één kant met Limax, SSS en Orion. Ik ben in elk geval blij dat die wedstrijd tegen Limax hier is. Hun kleine hal heeft zeker een impact. Ook spelen ze er met andere ballen, van die Gala-ballen. Maar dat mag je niet als excuus aandragen voor onze nederlaag van vorige week. Als je beste van Nederland wilt zijn, moet je van iedereen winnen.”

De Stentor maandag 16 januari 2023