
Achter de bal aan (119/5): Tirana
Zaterdag 12 juli 2025
Het kostte woensdag al de nodige moeite en omwegen om Noord-Macedonië binnen te komen. Het land weer te verlaten en mijn reis te vervolgen naar Tirana blijkt een minstens evengrote beproeving. Ook bij de tweede busreis van deze Balkantrip zit er nogal wat tegen en lopen we onderweg flink wat vertraging op.
Ik heb de busreis van Skopje naar Tirana online geboekt bij Flixbus. De rit wordt echter verzorgd door Hak. Niet die van de groenten, maar een lokale busondernemer. Na eerst 50 denari te hebben afgerekend om het busstation van Skopje überhaupt op te mogen, gaan we vol goede moed op pad. Om veilig en wel in Tirana te komen dient de chauffeur bijna 220 kilometer af te leggen. Volgens de dienstregeling is daarvoor vijf uur en twintig minuten uitgetrokken. Bij een vertrek van 9 uur uit de hoofdstad van Noord-Macedonië is de geplande aankomsttijd op de East Gate Lindor van Tirana vastgesteld om 14.20 uur.
Het loopt niet helemaal zoals gepland. Alles loopt behoorlijk uit. Van stevig doorrijden is weinig sprake. De bus is niet helemaal fonkelnieuw. Bij elk schakelmoment steunt en kreunt het oude beestje dat het een lieve lust is. Het moet flink aan de bak. Wanneer er sprake zou zijn van een Tour de France-etappe, hadden er vandaag heel wat punten kunnen worden gepakt voor het bergklassement. Slingerend gaat het omhoog en omlaag. Ondanks dat de bus kucht en z’n keel schraapt, trekt Bruin het ogenschijnlijk nog best
De ellende begint feitelijk een uur na een ingelaste koffie-, plas- en lunchpauze. Nog ruim voor Struga, de laatste halteplaats voor de Albanese grens, staat het verkeer op de weg ineens muurvast. Ruim 50 minuten staan we stil en kan de bus geen kant op. Er is niet zoals drie dagen geleden sprake van een bosbrand, waardoor de grens dicht moest. Nee, ditmaal blijkt een ordinaire botsing de opstopping op haar geweten te hebben. Een geluk bij een ongeluk? Kort voor tweeën komt er pas weer enige beweging in. Een kwartier voor de geplande aankomsttijd in Tirana bereiken we Struga. En dan moet de grens nog komen…
Die wordt een kwartiertje later bereikt. Bij de grenspost aan Macedonische zijde van de grens kunnen we zo doorrijden. Daarna begint het wachten bij de Albanese grensovergang. De conducteur zamelt de paspoorten in van alle buspassagiers. Het duurt meer dan drie kwartier alvorens hij weer met de documenten terugkomt uit het douanekantoor. Het is al kwart over drie geweest wanneer we langs het Meer van Ohrid Albanië inrijden.
Na die entree volgt een lange afdaling. De weg is gelukkig behoorlijk ruim, want het lijkt me niet zo fijn om op dit bochtige parcours een curve over het hoofd te zien. De vergezichten zijn fraai. Het landschap is ruig. Alsof je figureert in een wildwestfilm uit de jaren ’70. Alleen Winnetou en Old Shatterhand ontbreken om me welkom te heten. Ik ben wel blij dat ik niet zelf hoef te rijden. Ik zou waarschijnlijk met het zweet in de handen achter het stuur zitten. Dit is niets voor mij. Ik ben niet zo’n held wanneer ik moet autorijden in bergachtig terrein.
Alsof we onderweg niet al meer dan genoeg tijd hebben verloren, lasten de chauffeurs kort voor vieren maar weer even een tussenstop in. Zo verkloten ze alweer twintig minuten. Wat daarna komt, is helemaal bar en boos: een weg in aanleg. Zonder asfalt, maar vol kuilen en hobbels. Schokkend en schuddend ploegt de chauffeur zich met zijn lompe gevaarte door het moeilijk begaanbare terrein.
Het duurt even alvorens we in de bewoonde wereld terechtkomen. Om tien voor vijf passeren we Elbasan, de eerste nerzetting van enige betekenis. Vandaar is het nog bijna 50 kilometer naar Tirana. Omdat het laatste stuk wel weer redelijk begaanbaar is, arriveren we met meer dan drie uur vertraging op de East Gate Lindor, op de app van Flixbus aangeduid als Luchthaven Tegelhof. Beter laat dan nooit, zullen we maar zeggen.