Achter de bal aan (121/2): Riga
Zaterdag 6 september 2025
Matchday in Riga. Het is een vreemde gewaarwording. Ga je ergens een voetbalinterland bekijken en dan kom je er op de dag van de wedstrijd bijna alleen maar basketbalsupporters tegen. Nou had ik eerlijk gezegd ook niet verwacht dat de harde kernaanhangers van Rode Ster en Partizan er gezellig samen een lang weekend Riga van zouden maken, toch verbaas ik me er wel over dat ik in de ochtenduren nergens Servische voetbalfans tegen het lijf loop.
Het belangrijkste is dat ik prima geslapen heb. Dat mocht ook wel nadat de slaap er in de nacht van donderdag op vrijdag behoorlijk bij ingeschoten was. Ook de worstenbroodjes bij een van de bakkers uit de nabijgelegen markthallen smaken als vanouds. Ik werk er twee als ontbijt naar binnen en kan er weer fris en vol goede moed tegenaan. Bij het strekken van de benen zie ik in het centrum van de stad her en der lieden in basketbalshirts paraderen. Bij het vrijheidsmonument lopen zowaar enkele Sloveense spelers vrij rond.
Wat duidelijk minder is dan gistermiddag bij aankomst, is het weer. Qua temperatuur is het best uit te houden. Wel hangt er tegen elven een dreigend pak wolken boven Riga. Ik houd het maar te nauwer nood droog. Ik ben net op tijd terug in m’n hotel. Even later begint het te regenen.
Wanneer ik om 13.30 uur de trolleybus naar het Daugavas Stadions pak, is het gelukkig weer droog. Uit voorzorg neem ik wel een regenjack mee. Lijn 22 stopt om de hoek van mijn hotel in de Ernesta Birznieka Upisa iela. Vijf haltes verder en acht minuten kan ik uitstappen vlakbij het stadion. Meer dan twee uur voor de aftrap moeten alle andere toeschouwers nog van huis vertrekken. Stewards en politieagenten zijn al wel ruimschoots van de partij.
Ik heb nog geen kaartje. Er eentje kopen blijkt makkelijker gezegd dan gedaan. Een aardige jongedame van de Letse voetbalbond die de persaccreditatiebalie bemant geeft me te verstaan dat er geen kassa’s opengaan. Enkel bezitters van online bestelde tickets krijgen toegang. Heb ik weer. Zonder mijn Rabobankscanner kan ik helaas per telefoon niets online bestellen. En die Rabobankscanner ligt thuis in Apeldoorn.
In zo’n noodsituatie is het even handig om creatief te zijn en snel te schakelen. Ik zoek zodoende per app contact met Kaunas. Daar is de clubfotograaf van Go Ahead Eagles juist gearriveerd, zo liet hij me weten. Erik Pasman wordt zodoende mijn reddende engel. In Litouwen bestelt hij voor mij een kaartje en mailt dat vervolgens naar mij naar Letland. De techniek staat voor niets tegenwoordig. Waarom makkelijk doen als het ook omslachtig kan?
Eigen schuld dat dit mij overkomt, roept menig wijsneus dan ongetwijfeld weer. Het zal best. Ik spreek ze niet tegen. Wat dat betreft ben ik misschien wel een beetje van het oude stempel. Ik ben niet zo van de online bestellingen en het betalen met creditcard of bankpas. In de supermarkt reken ik ook nog altijd gewoon cash af. Ouderwets handje contantje.
Het is bovendien overal weer anders, zo blijkt wel. Toen ik juni de dag voorafgaand aan Finland – Nederland eerst een kijkje ging nemen bij Estland – Israel kon ik vooraf helemaal geen toegangsbewijzen online bestellen. Betalen van de tickets in Estland kon enkel worden gedaan met Estse bankpassen. In antwoord op een e-mail die ik naar de Estse voetbalbond stuurde legden ze me uit dat toegangsbewijzen ‘gewoon’ op de wedstrijddag bij het stadion verkocht werden. Is het dan zo raar om te denken dat dat bij de buren in Letland anders is?
Als zo’n stadion al weken van tevoren uitverkocht was geweest, kan ik de handelwijze goed begrijpen. Maar, dat is dus absoluut niet geval. Zoals ik al wel vooraf op de website van de Letse bond had gezien, waren er nog kaarten in overvloed. Waarom gooien ze dan niet een kassa open? Kleine moeite, lijkt me zo. Tenzij de Letse voetbalbond geen kaarten wil verkopen. Maar dat ik kan me dan ook weer niet voorstellen.
Ik krijg in elk geval toegang. Daarvoor ben ik tenslotte naar Riga gekomen. Anders was ik buiten het stadion ook vast en zeker wel iemand tegengekomen met een spare ticket. Met enige inspanning lukt het meestal wel om een stadion binnen te komen.
Programmaboekjes zijn er helaas niet te koop. In 2015, bij de visite van Oranje in het Skonto Stadions, ging ik nog met een bijzonder fraai naslagwerkje naar huis. Ik kan daarentegen wel weer een stadion afvinken. Een tamelijk aparte arena, vind ik. Het Daugavas Stadions bestaat uit drie aparte tribunes: een hoofdtribune en twee betonconstructies achter beide goals. De lange zijde tegenover de hoofdtribune is niet bebouwd. Daar staat enkel het scorebord. Een atletiekbaan omgeeft het geheel. Toeschouwers zitten dus behoorlijk ver van het veld af.
Het ontbreken van een overkapping valt me niet rauw op het dak. Na de regen van vanochtend heeft de zon om 16.00 uur bij de aftrap z’n werkzaamheden weer hervat. Het is bijzonder aangenaam toeven in het bij lange na niet uitverkochte stadion. Iets meer dan 6000 voetballiefhebbers blijken zich vooraf online van een kaartje te hebben verzekerd. Ter vergelijking: de basketbalkraker tussen Letland en Litouwen trekt vanavond bijna het dubbele aantal bezoekers.
Als gevolg van dat het ‘uitvak’ zelfs helemaal leeg blijft, zit er een twintigtal flink uit de kluiten gewassen Serviërs schuin voor me. Het fanatiekste gedeelte van het thuispubliek staat nota bene in de hoek van dezelfde tribune, slechts enkele tientallen meters verderop. Hekken ter afscheiding acht de Letse voetbalbond niet nodig. De pro-Russische sympathieën van menig Serviër lijkt de organisatie evenmin te verontrusten.
Ik val van verbazing bijna van m’n stoel als er een hoofdsteward in een oranje hesje naar het Servische groepje toegaat en het gezelschap indringend toespreekt. Een tweetal dat – als enigen – shirts draagt met het cyrillische opschrift Srbija achterop de rug moet die shirts uittrekken en omgekeerd weer aandoen. Zodat de benaming van het land niet meer zichtbaar is. Ze voldoen braaf aan het verzoek. Terwijl de meeste ‘heren’ er nou niet bepaald uitzien als koorknaapjes. Ik vermoed dat ze zonder uitzondering minimaal lid van verdienste moeten zijn van een sportschool. Bij ruzie met zulke lui lijkt het me verstandiger om een blokje om te lopen.
Hoewel ze zich luidkeels laten horen, gebeurt er weinig. Bestaat er niet een spreekwoord met iets over blaffende honden? Vanwege de vlotte voorsprong van hun team bestaat er voor de Servische mannetjesputters ook weinig reden om zich te misdragen. Op één moment na, blijft het rustig. Het scanderen van de politiek geladen kreten Srbija–Kosovo levert reacties op van enkele omstanders. Een heerschap dat met omhooggestoken middelvingers naar de schreeuwers wijst, krijgt terstond bezoek van dezelfde steward die eerder de Serviërs toesprak. De boze Let krijgt vriendelijk doch dringend te horen dat hij dergelijke gebaren achterwege moet laten.
Stewards in menig Oost-Europees land zijn vaak zelf nog groter tuig dan het supporterstuig waarom ze zich moeten bekommeren. Naar zulke indrukwekkende persoonlijkheden wordt doorgaans goed geluisterd. Hoe zou dat komen? Zulke vakkrachten zouden uitstekend werk kunnen verrichten wanneer ze ingezet zouden worden bij het beteugelen van ontspoorde Hamas-supporters.
Tijdens de wedstrijd houden meerdere personen mij per app op de hoogte van de gebeurtenissen bij de Apeldoornse bekerderby tussen csv en Robur. Daar vallen beduidend meer goals dan in het Dagauvas Stadions. Ben ik er een keertje niet bij om verslag te doen, laat dat Robur zich met liefst 8-0 afdrogen! Ik had nog wel verwacht dat Gino Bosz & Co momenteel de enigen zijn binnen Apeldoorn die de winnaar van de Apeldoorn Cup enigszins serieus tegenstand kunnen bieden. Zo zie maar weer, dat zelfs ik me weleens kan vergissen. Al dien ik in al m’n onbescheidenheid wel op te merken dat me dat slechts hoogst zelden overkomt.
Na 90 minuten staat er een eindstand van 0-1 op het scorebord. Ik wacht na het laatste fluitsignaal niet af of de aanwezige Serviers en de Letten elkaar als toegift alsnog in de haren vliegen. Ik vlieg op goed geluk een trolleybus in die juist komt aanrijden op het moment waarop ik bij de halte Daugavas Stadions aankom. Lijn 6 is het ditmaal. Ik heb geen flauw benul waar het ding naartoe rijdt, maar vertrouw erop dat de chauffeur vast en zeker wel ergens in de buurt van het centraal station stopt. En ja hoor, al om 18.15 uur ben ik weer terug op het punt van vertrek.
Denk je na terugkomst in het hotel de basketbalkraker Letland – Litouwen op televisie te gaan bekijken, kan je dat nergens zien! Dat zal wel weer via een of andere betaalzender worden uitgezonden. In plaats daarvan zijn er op een zender genaamd Q Sport wel volop beelden van de Russische voetbalcompetitie te zien. Die zender zit bij mij thuis niet op de kabel. Met alleen maar Lets-, Russisch en Poolstalige zenders zit het tv-aanbod in Aparthotel Aurum sowieso boordevol Babylonische spraakverwarringen. Ik versta er helemaal niets van.
