Apeldoornse traditieclubs bestreden elkaar 100 jaar geleden op het hoogste niveau; Robur – AGOVV: revival van een klassieker

door | 27 januari 2025

Een onvervalste Apeldoornse klassieker herleeft komend weekend. Voor het eerst sinds bijna 37 jaar voetballen de eerste elftallen van Robur et Velocitas en AGOVV weer eens tegen elkaar om de punten.

Beide traditionele lokale voetbalgrootmachten treden zaterdagmiddag aan de Anklaarseweg tegen elkaar aan als de respectievelijke nummers een en negen van de derde klasse M bij de zaterdagamateurs, ofwel ‘s lands op zeven na hoogste speelklasse. Een schril contrast met het podium waarop de club van de gegoede burgerij, die in 1882 het levenslicht zag als cricketvereniging, en de in 1913 door geheelonthouders opgerichte volksclub zich bijna een eeuw geleden manifesteerden.

De eredivisie bestond nog niet in de jaren na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918). Dankzij Robur en AGOVV genoot Apeldoorn als voetbalstad toch een zekere reputatie. In de tweede helft van de jaren ’20 van de vorige eeuw telde de hoofdstad van de Veluwe met Robur en AGOVV zelfs twee vertegenwoordigers op het toenmalige allerhoogste niveau. Robur maakte als eersteklasser furore met de vier broers Kres. Twee tweelingen nota bene: Jan, Jo, Henk en Karel. AGOVV had met Gep Landaal en Jo Kluin zowaar twee latere Oranje-internationals in de gelederen. Bij de onderlinge confrontaties verdrongen zich een paarduizend voetbalenthousiaste Apeldoorners langs de zijlijn aan de Asselsestraat, waar Robur destijds huishield, en het in 1921 geopende gemeentelijk sportpark Berg en Bos.

Kees Schilperoort maakte de onderlinge rivaliteit als schooljongen van nabij mee. “Plagen, pesten, maar het bleef allemaal vrij beschaafd. Als die ’Blauwen’ maar niet van ons, van Robur wonnen, dan was alles best…’”, verwoordde de latere radiopresentator in 1982 in het speciale magazine dat de Nieuwe Apeldoornse Courant uitgaf ter ere van Roburs eeuwfeest hoe het er in die jaren ter plaatse aan toeging.

Het jeugdige Robur-lid koesterde alles behalve vijandige gevoelens ten opzichte van de plaatselijke rivaal. “Het voordeel van twee clubs in de eerste klasse was, dat je iedere zondag een wedstrijd kon zien. Het was zo geregeld, als Robur thuis speelde, had AGOVV een uitwedstrijd en omgekeerd. Uitsluitend in geval van ziekte, gepaard gaande met koorts, ontbrak ik op de jongensrang achter één van de goals. Bij AGOVV kostte het vijftien cent en bij Robur een dubbeltje. De andere prijzen bedroegen een kwartje voor staanplaatsen, 60 cent voor onoverdekte zitplaatsen en een gulden voor de tribune”, aldus de in 1999 overleden Schilperoort, die tevens landelijke bekendheid genoot als Gait Jan Kruutmoes in het KRO-huisorkest ‘De boertjes van Buuten’.

Van klasse(n)verschil was al nauwelijks sprake meer, althans niet óp het veld, toen Robur de blauwe buren in het seizoen 1924-1925 nog aftroefde in de strijd om promotie naar de eerste klasse. Een jaar later volgde AGOVV naar de hoogste afdeling. Vanaf 1927 telde de Oostelijke eerste klasse zes seizoenen achtereen twee Apeldoornse vertegenwoordigers.

Langzaam maar zeker doorbrak AGOVV de roodwitte hegemonie ter plaatse. De rangen en standen spraken vanaf dan voor zich. Van de twaalf tweegevechten die beide clubs tussen 1927 en 1932 op het hoogste niveau tegen elkaar betwistten sloot AGOVV er liefst negen winnend af. Slechts één keer eindigde de derby in remise. Twee keer zegevierden de roodwitten. Na Roburs degradatie uit de eerste klasse in 1932 zou het tot 1971 duren alvorens de eerstvolgende AGOVV – Robur et Velocitas om competitiepunten gespeeld werd.

De Stentor donderdag 16 januari 2025

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *