Maandelijkse archieven: januari 2018

Alterno in vijfsetter onderuit tegen Talent Team

Als er prijzen zouden bestaan voor grilligheid, dan zou Coolen Alterno grote kans maken op de titel. Tegen het Talent Team Papendal wisselden de Apeldoornse volleybalsters alle denkbare pieken en dalen weer eens in één duel met elkaar af.

Het grote verval tussen de verschillende sets was opmerkelijk. In de eigen Alternohal volstond een 2-1 voorsprong voor de ploeg van coach Ali Moghaddasian niet om de volle buit binnen te slepen. De vijfsetter – de zesde in de reguliere competitie – leverde Coolen Alterno tegen de Arnhemse talenten één punt op voor de moeite. Een teleurstellend resultaat voorafgaand aan de heenwedstrijd in de halve finale van de nationale beker woensdagavond in Apeldoorn tegen landskampioen Sliedrecht Sport.

Setstanden:  25-17, 20-25, 25-17, 14-25, 13-15.

Vernieuwd Go Ahead Eagles op oude voet verder

Het rekruteren van vier nieuwe spelers heeft bij Go Ahead Eagles niet bepaald tot beterschap geleid. In het eerste competitieduel van 2018 ging het vernieuwde roodgele ensemble op de oude voet verder. Tegen NEC ging de ploeg van trainer Jan van Staa vrijdagavond ongenadig met de billen bloot. In de Goffert moesten de Deventenaren een nederlaag van liefst 5-1 slikken.

In het eerste gedeelte van de eerste helft voetbalden bezoekers leuk mee met de titelkandidaat uit Nijmegen. Ploegen die evenwel zo verdedigen als Go Ahead Eagles, roepen het onheil over zichzelf af. Tegenstanders het scoren beletten blijkt voor het drietal Levi Opdam (rechts), Robin Buwalda (centrum) en Mauro Sevastano (links) al een even groot probleem als voor de verdedigers die voor de winterstop het vertrouwen kregen van de technische staf – en dat vertrouwen bijna wekelijks beschaamden.

Nieuwkomer nummer vier, Aaron Nemane, luisterde zijn debuut op met de tussentijdse 1-1 gelijkmaker. De individuele actie waaruit de Manchester City-huurling NEC-keeper Joris Delle verschalkte, getuigde van klasse. Hier bleef het bij. Buiten deze ene oprisping bewoog de rechtsbuiten zich anoniem over het veld.

Tijd van vertrek uit Havana is weer aangebroken

Vandaag 11 jaar geleden

Er bestaat een tijd van komen en een tijd van gaan. En de tijd van gaan is op 13 januari 2007 weer gekomen.

Na vier weken zit mijn 24e oponthoud in Cuba er helaas weer op. Terug naar huis. Terug naar de alledaagse ellende. Wie zich meldt bij de vertrekbalies op Aeropuerto Internacional José Martí in Havana moet in zo’n geval rekening houden met een terugkerend ritueel. Achteraan sluiten in de rij. La cola, zoals Cubanen dat zo mooi noemen. En vooral veel geduld uitoefenen, héél véél geduld…

Keer op keer staan er weer mensen tussen die hebben vergeten hun ‘oprotpremie’ te betalen. Zoals in veel andere landen moet er ook in Cuba niet alleen flink worden gecasht om het land binnen te komen. Om weer weg te mogen moet iedereen eveneens de portemonnee trekken. Twintig CUC, ofwel pesos convertibles, het equivalent van twintig dollar mag iedere vertrekkende destijds doneren aan de Cubaanse staatskas.

Onbegrijpelijk dat in de omgekeerde wereld die Nederland heet nog nooit een politicus op het lucratieve idee is gekomen om dergelijke taxen in te voeren…

13 januari 2007 Ciudad Habana

 

Bril van John Lennon gewild object voor dieven

Vandaag 17 jaar geleden

Waarom uitgerekend de Cubaanse hoofdstad Havana een monument heeft ter nagedachtenis aan John Lennon, is mij een volslagen raadsel. In tijden waarin de zanger met de Beatles de wereld verovert, ziet het Cubaanse regime Lennon nou niet bepaald als een Working Class Hero.

Weinigen zijn zo veranderlijk in hun opvattingen als de communistische partijbonzen in Havana. De Cubaanse machthebbers zien de muziek van Lennons Beatles in de jaren ’60 en ’70 nog als subversief en vulgair. Twintig jaar na zijn dood roemt partijleider Fidel Castro de zanger om zijn ideeën en vrijheidsidealen.

Vandaar dat ik zeventien jaar geleden op de hoek van calles 17 en 6 in Vedado ineens naast een levensechte sculptuur van Lennon kan gaan zitten. De creatie van beeldhouwer José Villa Soberón zit op een bankje in een park. Dat park is voor de speciale gelegenheid ook maar meteen omgedoopt in het Parque John Lennon.

De aanwezigheid van de oud-Beatle blijft niet ongemerkt. Gratis gezondheidszorg behoort tot de verworvenheden van Fidel Castro’s revolutie. De bril van John Lennon is desondanks een gewild object. Het montuur valt duidelijk in de smaak van dieven, souvenirjagers en slechtzienden.

12 januari 2001 Ciudad Habana

Villarreal CF zet provinciestadje Vila-Real op de kaart

Achter de bal aan (42/4): Vila-Real

10 januari 2018

De plaats heet Vila-Real. Met een l, een r en een verbindingsstreepje. De plaatselijke voetbaltrots luistert naar de naam Villarreal. Met dubbel l, dubbel r en geen verbindingsstreepje. Deze nogal verwarrende vorm van spraakverwarring heeft te maken met het door elkaar husselen van Castiliaanse en Valenciaanse benamingen. Feit is dat Villarreal CF het provinciestadje Vila-Real de afgelopen twee decennia in heel Europa maar mooi op de kaart heeft gezet. Elke rechtgeaarde voetballiefhebber kent het clubje uit het nietige stadje onder de rook van Castello de la Plana dat het roemruchte Valencia CF in de regio Valenciana nadrukkelijk naar de kroon steekt.

Mijn tot dusverre enige bezoek aan een thuiswedstrijd van El Submarino Amarillo dateert uit oktober 2003. Een kleine eeuwigheid geleden alweer. ‘Pepe’ Reina verdedigt destijds het doel van Villarreal. Riquelme, Coloccini, Jose Mari en Anderson zijn andere sterkhouders uit die tijd. De straatjes in het 50.000 inwoners tellende stadje zijn onveranderd gebleven. Nog altijd even smal. Het stadion onderging in de tussentijd wel een aanzienlijke facelift. Vooral aan de buitenkant is er heel wat aan vertimmerd. Ik herken weinig terug. Destijds heet het nog ouderwets El Madrigal, vijftien jaar later spreken we over het estadio de la Ceramica. Met een in fel geel licht stralende gevel.

Villarreal CF timmert sowieso flnk aan de weg. Als je bedenkt dat het provincieclubje uit Castellon pas in 1998 voor het eerst zijn opwachting maakt op het hoogste niveau in Spanje, dan is enige bewondering wel op z´n plaats voor wat het de afgelopen twee decennia heeft klaargespeeld. De wetenschap dat de club niet over de financiële middelen beschikt van de Reals en Barcelona´s, maakt het des te knapper dat Villarreal CF zich – vaak – met de besten kan meten. Met een halve finaleplaats in 2006 in de Champions League als voorlopig hoogtepunt. Niet gek voor een clubje uit een plaatsje met half zoveel inwoners als Deventer. Waarom kunnen Nederlandse clubs met eenzelfde achtergrond zoiets niet? Stel je voor, met Go Ahead Eagles elk jaar Europees voetbal spelen. Dromen kost nou eenmaal niets. In Vila-Real zijn ze uitgekomen!

Zoiets schept verwachtingen. Met laagvlieger Leganes als tegenstander mag een plekje veiligstellen bij de laatste acht in de strijd om de Copa del Rey, de Spaanse voetbalbeker, daarom geen problemen opleveren. Zo luidt de alom heersende opinie. Adel verplicht. Ook voor de nieuwe adel. De rol van underdog is Villarreal inmiddels ontgroeid. Dat de favoriete thuisploeg de 1-0 nederlaag van een week eerder in Leganes (door een doelpunt van Nordin Amrabat) gaat rechtzetten, daaraan twijfelt op deze woensdagavond in het Keramiekstadion bijna niemand van de meer dan 12.000 aanwezigen. In Remontadas zijn Spanjaarden uiterst bedreven. Een nationale specialiteit.

Helaas gaat die noemer niet altijd op. Je hebt soms van die van die dagen… Waar de de Reals en Barcelona´s in noodsituaties (bijna) atijd kunnen terugvallen op de Ronaldo’s en de Messi’s moet Villarreal CF vertrouwen op de vuurkracht van de Colombiaan Carlos Bacca of de vorig seizoen nog als Manchester City-huurling voor FC Twente uitkomende Ernes Unal. Kwalitatief toch van een iets ander kaliber dan de kanonnen van de absolute topclubs. Ondanks een 2-1 zege strandt de equipe van entrenador Javi Calleja op de drempel van de kwartfinale. Door het uitdoelpunt van Leganes gaat de Yellow Submarine kopje onder. Teleurstelling in El Madrigal. Berusting bij de toch enigszins verwend geraakte aanhang.

Zo kan ik toch zeggen dat ik een bekerstunt in Spanje en vivo meemaak. Zoiets overkomt me niet elke week.

Nou Mestalla Valencia’s sportieve Sagrada Familia

Achter de bal aan (42/3): Valencia

9 januari 2018

Ik verkeer in de gelukkige omstandigheid dat ik de afgelopen jaren al in menig Spaans voetbalstadion ter plekke de ambiente heb mogen proeven. Van al die campos de futbol springt er voor mij eentje bovenuit: Mestalla. Het blijft natuurlijk altijd een kwestie van smaak en/of persoonlijke voorkeuren, maar naar mijn bescheiden mening beleef je nergens op de oostelijke helft van het Iberisch schiereiland een voetbalwedstrijd intenser dan op de steile tribunes van het stadion van Valencia CF.

De ligging midden in een drukke woonwijk biedt zeker niet alleen maar voordelen. Het wordt langzamerhand steeds krapper aan de Avengida Suecia en de Avengida Aragon. Zowel club als bewoners en ondernemers uit de buurt kunnen onderhand geen kant meer op. Het is op velerlei vlakken dringen geblazen. Iedereen heeft ruimte nodig die er niet is.

Plannen om dit uit 1923 stammende voetbalparadijsje te vervangen door een modernere uitvoering zijn daarom niet nieuw. Het Nou Mestalla staat er zelfs al. Althans het geraamte. Aan de noordoostelijke rand van het centrum, niet ver van het Palacio de Congresos, zijn al in 2006 de contouren verrezen van een eigentijds superstadion voor Los Che. Ik kan alleen niet zeggen dat de bouw in volle gang is. De bouw is namelijk in 2009 stopgezet. De geldkraan werd dichtgedraaid. Sindsdien blijft het nieuwe Mestalla in afwachting van wat gaat komen. En dat is inmiddels al bijna negen jaar lang het geval. De Sagrada Familia van het Valenciaanse voetbal blijft in de steigers staan. Alleen hebben de toeristen deze bijzondere plek nog niet ontdekt.

Het is een tamelijk maffe gewaarwording wanneer je vanuit metrostation Beniferri boven de grond komt. Onwezenlijk. De drukte van het verkeer staat in schril contrast met de opgetrokken muren van het onvoltooide bouwwerk waar misschien ooit eens – alleen weet niemand wanneer – tienduizenden bedevaarders van het ronde leder hun heilige missen gaan bijwonen. Over de aangrenzende Avinguda Corts Valencianes razen de auto’s tegen het eind van deze dinsdagmiddag met ware doodsverachting voorbij. Achter schuttingen ligt het beton van Nou Mestalla letterlijk en figuurlijk weg te rotten. Her en der hangen borden van Bertolin empresa constructiva op de afrastering. De aannemer, naar ik aanneem. Geen al te beste reclame. Op een doorsnee kerkhof gaat het er levendiger aan toe.

Een wezenlijk verschil met het oude en huidige Mestalla… Een drietal uren later drommen rondom het Valencia-stadion de socios in aanzienlijke getalen samen. Ondanks dat het pas begin januari is, zitten de terrassen in de omgeving afgeladen vol met voetballiefhebbers die zich met een hapje en een drankje preparen voor de return in de achtste finales van de Copa del Rey tegen Las Palmas. Dat kan in deze contreien. En dan te bedenken dat het naar Valenciaanse maatstaven zelfs vrij rustig is. Meer dan 30.000 toeschouwers komen er niet af op het bekerduel. Niet zo vreemd gezien het publieksonvriendelijke aanvangstijdstip van 21.30 uur. Met kans op verlenging en zelfs strafschoppen!

De bijna 28.000 die er wel zitten, zullen hun komst niet berouwen. De stemming in het machtige theater zit er als vanouds in. Vooral de leden van de fanatieke groep achter de Gol Sur maken er een waar feest van. Negentig minuten lang zwepen zij hun helden onafgebroken op. De wisselwerking tussen aficion en voetballers verloopt perfect. Het arme Las Palmas, hekkensluiter van La Liga Santander, heeft geen schijn van kans en kan met een 4-0 nederlaag in de achterzak terug naar zijn eiland. Over Vietto´s 4-0, een loepzuivere uithaal van 42 meter, wordt met zekerheid nog lang nagesproken.

Enig minpuntje na een onderhoudzame voetbalavond is dat na afloop van de wedstrijd station Aragon al gesloten is. Op doordeweekse avonden eindigt het vervoer per metro in Valencia al kort na elven. Een lichte tegenvaller. Het resulteert een wandeling van bijna een half uur terug naar het centrum. Een betere dienstregeling van het openbaar vervoer ter plaatse zou geen overbodige luxe zijn. De noodzaak van een nieuw stadion, zie ik daarentegen niet direct. Op het huidige Mestalla valt niets aan te merken.

Mike Snoei heeft veel uit te leggen na 7-2 zeperd

Vandaag 10 jaar geleden

Het leven van trainers in het betaalde voetbal gaat niet altijd over rozen. Een overwinning betekent dat de vooraf bedachte tactische strategie goed heeft uitgepakt. Bij een nederlaag hebben de spelers gespeeld naar hun mogelijkheden en zat er niet meer in… Voor de vaste volgers van een club kent het intrappen van opendeuren na afloop van wedstrijden vaak een voorspelbaar verloop.

Bij de persconferentie in aansluiting op de 7-2 zeperd die Go Ahead Eagles uit bij RKC incasseert moet Mike Snoei heel wat uitleggen. Ten overstaan van de aanwezige persvertegenwoordigers zoekt Go Ahead Eagles’ toenmalige trainer naar verklaringen voor hoe het die avond zo vreselijk mis heeft kunnen gaan in de Mandenmakers Arena.

Alleen in het begin en aan het einde geven de bezoekers uit Deventer in Waalwijk een teken van leven. Al na twee minuten zet Ahahaoui Go Ahead Eagles op voorsprong. In de slotminuut maakt Türk de afstraffing nog iets draaglijker. In de tussenliggende 88 minuten verloopt het niet helemaal zoals zou moeten.

11 januari 2008 Waalwijk

Baskische identiteit verdwijnt nimmer uit Bilbao

Vandaag 2 jaar geleden

Zelfs aan de Golf van Biskaje staat de tijd niet stil. Dertien jaar na mijn eerste kennismaking met Bilbao keer ik terug in een stad die de stap naar de eenentwintigste eeuw moeiteloos heeft gemaakt.

Zoals meestal het geval is bij steden waaraan ik een bezoek breng, is mijn uitstapje naar de hoofdstad van Vizcaya voetbalgerelateerd. Meest wezenlijke onderscheid met 2002: la Catedral is niet meer. Het oude San Mamés, het legendarische stadion van Athletic Club, heeft na een eeuw trouwe dienst zijn poorten voor altijd gesloten. In plaats daarvan staat er sinds 2013 een futuristische voetbaltempel met dezelfde naam.

Maar al mag het nieuwe San Mamés alle gemakken van de moderne tijd herbergen, de Baskische identiteit en het gedachtengoed van de regio verdwijnen nooit. Noch uit de club, noch uit de stad. Nog altijd mogen enkel spelers van Baskische afkomst Athletics roodwit gestreepte shirt dragen. De trots op hun afkomst en drang naar onafhankelijkheid blijven onveranderd.

Baskische vlaggen en spandoeken met teksten in het Euskera helpen iedereen eraan herinneren waar ze zich bevinden. Al maakt een aan de brugleuning bevestigde doek met het opschrift ‘Euskal preso ETA iheslariak etxera’ bovenal duidelijk dat het Baskisch voor elke niet-Bask een onbegrijpelijke taal blijft.

10 januari 2015 Bilbao

 

De voetbalstad Barcelona is meer dan alleen Barça

Achter de bal aan (42/2): Barcelona

7 januari 2018

Bij de voetbaltoerist geldt Barcelona al sinds jaar en dag als een van ´s werelds grootste trekpleisters. De magie van Camp Nou lokt jaarlijks hele volksstammen vanuit de hele wereld naar Catalunya. Dat Barça meer dan een club is, weet onderhand iedere voetballiefhebber. ´Més que un club´… Barcelona is echter meer dan alleen de plaatselijke FC. Behalve het Blaugrana geven meer clubs kleur aan het voetbal ter plaatse en de hele Catalaanse regio.

Natuurlijk staat Messi op eenzame hoogte. Dat ventje kan aardig ballen, zoals Jan Boskamp het zo mooi onder woorden brengt. Alleen de misschien beste voetballer aller tijden eens live aan het werk te zien, maakt een reis naar de hoofdstad van Catalonië telkens opnieuw de moeite meer dan waard. Messi als de Messias. Die kleine blijft voor altijd en eeuwig de allergrootste. Als de club 100 miljoen neertelt voor een Frans dribbelaartje uit Dortmund en 160 miljoen op tafel legt voor Philippe Coutinho, wat geeft een gek op de doorgedraaide markt dan wel niet voor de briljante Argentijn? Een miljard? Of nog meer? De waanzin van het hedendaagse topvoetbal wordt steeds waanzinniger.

Juist daarom vind ik het eigenlijk veel leuker om ergens te gaan kijken op plekken waar voetballers het aardse niet zijn ontstegen en stevig met beide benen op de grond staan. Juist de mindere goden geven het voetbal van nu nog iets menselijks, een zekere vorm authenticiteit. Vandaar dat ik alvorens ik op een regenachtige zondag de tribunes van Camp Nou beklim de warming-up doe in de Ciutat Esportiva van Espanyol, Barcelona’s tweede profclub. Op het naar het naar de 2009 overleden clubheld Dani Jarque vernoemde complex trappen om klokslag 12.00 uur de beloften van Los Pericos af tegen de hoofdmacht van de Unió Esportiva uit het nabijgelegen Castelldefels.

RCD Espanyol B voert de ranglijst aan van de Groep 5 van de Derde Divisie, de op drie na hoogste speelklasse. Bij dit soort potjes tref je behalve familieleden en vrienden van de spelers alleen de echte voetballiefhebber. Enkele honderden diehards bevolken de tribune van de Ciutat Esportiva. Langs het aangrenzende veld, waar een ander Espanyol-team z’n kunsten vertoont, slaan nog eens enkele tientallen vaders en moeders de verrichtingen van hun kroost gade. Stuk voor stuk verborgen onder parapluus ter bescherming tegen de gestaag neerdalende nattigheid. Ik ben in elk geval blij dat de tribune langs het hoofdveld overdekt is. Mijn paraplu ligt namelijk achter in mijn auto. En die staat op parkeerplaats P5 van Eindhoven Airport, toch gauw 1300 kilometer van dit doorweekte oord vandaan.

Dit soort potjes werkt hoe dan ook verfrissend. Ook deze knapen voetballen hun wedstrijdjes om te winnen, op de een of andere manier gaat het er wat onbevangener aan toe dan aan de top. In de Segunda of Tercera Division is het pure van de sport gelukkig nog niet helemaal verdwenen. Het draait niet enkel om commerciële belangen, er is ook nog plaats voor emoties. En voor fouten. Onkunde en onbenulligheid liggen hier niet onder eenzelfde vergrootglas als in de Primera Division of de Champions League noch worden kwalitatieve gebreken vanuit twaalf verschillende camerastandpunten belicht. Juist het onverwachte maakt het leuk.

Zo is de gelijkmaker van het povere Castelldefels kort na de pauze van een ongekende schoonheid. Een absolute beauty. Een geweldige uithaal van even buiten het strafschopgebied. Strak in het kruis. Die Espanyol-doelman ziet het projectiel alleen maar langssuizen. Valt zo’n goal op het hoogste niveau, dan zie je ‘m de hele dag met grote regelmaat op tv voorbij komen.

Of het nou de beloften van een profteam betreft of een stelletje nobody’s uit – of all places – Castelldefels, niet enkel het hogeschoolvoetbal van Messi of Iniesta kent z’n charmes. Het zijn de kleine dingen die het doen, zo zongen niemand minder dan Saskia en Serge al. Het ‘spektakel’ in de Ciutat Esportiva Dani Jarque verschilt in dat opzicht weinig van wat ik voorgaande avond in het Estadi Municipal van Reus mocht aanschouwen. Of zoals ik eerder in Catalunya bij clubs als Nastic (Tarragona), Sant Andreu, Terrassa, L’ Hospitalet, Europa, Gramanet of Sabadell aan den lijve ondervond. Alleen al het sfeertje en de kneuterigheid zijn vaak al om van te smullen.

Wat ik enkele uren later en een vijftien kilometers westwaarts bij FC Barcelona tegen Levante voorgeschoteld krijg, is inderdaad van een heel andere orde. Het spelniveau ligt – logischerwijs –lichtjaren verwijderd van dat in Tercera. Zelfs wanneer Leo het rustig aan doet, kan niemand eraan tippen. Briljant. Om van te watertanden. Ongeëvenaard. De weergaloze moves waarmee hij in de laatste minuut de 3-0 voorbereidt, zo kan geen enkele andere voetballer op deze aardkloot dat. Zoals Messi bestaat er maar eentje. Schandalig dat zijn landgenoot in het Vaticaan de beste voetballer van deze planeet nog niet zalig heeft verklaard…

Of de buitenaardse berispingen van een Argentijns fenomeen voetballen kijken in Camp Nou daarom ook per definitie leuker maakt, is maar helemaal hoe je het bekijkt. Die – sinds mijn laatste bezoek nog verder – opgeschroefde veiligheidsmaatregelen in Camp Nou, werken nou niet bepaald uitnodigend. Om nog maar te zwijgen van het ‘type’ toeschouwers dat de voorstellingen in de oude betonbak pleegt te frequenteren. Van mij mogen die hordes Japanners en Chinezen met hun selfiesticks wereldwijd een levenslang stadionverbod krijgen.

Zulk irritant volk kom je bij Espanyol B, Castelldefels, Nastic, Sant Andreu, Terrassa, L’ Hospitalet, Europa, Gramanet of Sabadell niet tegen…

Victor Mesa’s Oranje houdt huis in Guantánamo

Vandaag 13 jaar geleden

Op honkbalgebied kan Oranje zich meten met de besten. Of Nederland ooit een echt honkballand zal worden zoals Cuba, waag ik daarentegen te betwijfelen.

Cuba heeft z’n eigen Oranje. Las Naranjas de Villa Clara behoren al sinds mensenheugenis tot de topteams in de sterke Serie Nacional de Beisbol. Het toeval wil dat Villa Clara moet aantreden in Guantánamo op het moment dat ik in de Oost-Cubaanse stad verblijf.

Aldus zie ik hoe het Cubaanse Oranje op een bloedhete zondagmiddag huishoudt in het estadio Nguyen Van Troi. Met 7-3 behoudt de door de Cubaanse honkballegende Victor Mesa gecoachte ploeg duidelijk de overhand. Bij een temperatuur van een graadje of dertig staan de plaatselijke honkbalhelden van Guantanamo duidelijk in de schaduw van hun superieure opponenten. Enkele dubieuze arbitrale beslissingen zorgen wel dat de sfeer zowel tussen de honken als op de tribunes behoorlijk verhit raakt. Alsof het al niet warm genoeg is…

Hoogst vermakelijk vind ik het mitrailleurgeluid dat uit de luidsprekers knalt op de – spaarzame – momenten dat een speler van de thuisploeg op de thuisplaat afschiet. Het zware geschut van de Guantanámeros beperkt zich echter in hoofdzaak tot losse flodders.

9 januari 2005 Guantánamo