Zestiende landstitel dichtbij voor Dynamo, maar tegelijkertijd verder weg dan ooit

By | 30 april 2024

Misschien is het wat voorbarig om al te spreken van het einde van een tijdperk nu Orion de volleyballers van Dynamo na een bloedstollende finaleserie om de landstitel van de troon stootte. Dat tijdperk eindigt vermoedelijk pas definitief wanneer Redbad Strikwerda er ooit een punt achter zet. De beleidsbepalers bij de 15-voudig landskampioen mogen zich gelukkig prijzen dat die dag voorlopig nog niet lijkt aangebroken.
Een kink in de kabel kan feitelijk alleen ontstaan wanneer de technisch verantwoordelijken bij de Nevobo eindelijk het licht zien en Strikwerda op 60-jarige leeftijd tot bondscoach zouden benoemen, de functie die hij al zijn hele volleyballeven ambieert. Wanneer de Italiaan Piazza er met de Lange Mannen niet in slaagt de minieme kwalificatiekans voor de Olympische Spelen te bewerkstelligen, is een wisseling van de wacht niet ondenkbeeldig. Een betere kandidaat dan Strikwerda loopt er in zo’n geval in Nederland niet rond. Ware het niet dat Strikwerda’s goed bedoelde adviezen aan het adres van de bond in het verleden niet altijd met even veel geestdrift werden ontvangen.
Op zijn leeftijd hoeft de oude meester niet meer zo nodig weg uit Apeldoorn, gaf hij tussen neus en lippen door al meermaals te kennen. Met de op handen zijnde uittocht van wederom een handjevol sterkhouders kan ’s lands meest gelauwerde opleider na de zomer weer flink aan de bak in Omnisport. Zoals bijna elk seizoen, sinds zijn terugkeer in 2018, mag hij gaan bouwen aan een nieuw, kampioenswaardig team. Het staat buiten kijf dat hij ook nieuwkomers als Thomas van Bladel (20), Robin van Weerd (24), Jochem Bloem (23) en Ilja van der Pijl (20) inspireert om het beste uit zichzelf te halen. Nu Dynamo financieel verder achterop dreigt te raken bij met name de kersverse landskampioen uit Doetinchem, het Groningse Lycurgus en het Limburgse Limax is de Apeldoornse volleybalgrootmacht welhaast genoodzaakt om vol in te zetten op talentontwikkeling.
In het zojuist afgelopen seizoen stelde de markante trainer zijn vakmanschap andermaal onder bewijs. Met beperkte middelen haalde Dynamo het maximale eruit. De trainer en zijn spelers repten dan wel na bijna elk duel van een te hoge foutenlast, tegen alle stromen in leverde hij zijn ploeg toch maar weer af in de play-off finale.
Strikwerda had de van een gescheurde achillespees herstellende Ramon Martinez Gion graag behouden, maar zag de routinier naar Groningen vertrekken. Zodoende moest Dynamo’s coach de afgelopen maanden meer dan ooit tevoren zijn improvisatietalenten aanspreken. Bij gebrek aan volwaardige alternatieven haalde hij aan het begin de reguliere competitie zelfs een aantal keren piepjonge talenten uit Dynamo’s jeugd bij de wedstrijdselectie, onder wie zijn eigen zoon. En terwijl concurrenten zich tussentijds versterkten met kant en klare eredivisievolleyballers, turnde Strikwerda middenaanvaller Sjors Tijhuis noodgedwongen om tot diagonaal. Een gouden greep, die bij de eindafrekening resulteerde in zilver.
Strikwerda’s Dynamo kwam er dit seizoen nog verrassend dichtbij, maar wanneer de huidige ontwikkeling zich voortzet kan die zestiende landstitel in de clubgeschiedenis de komende jaren weleens steeds verder uit zicht raken.

De Stentor maandag 29 april 2024

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *