Tot diep in blessuretijd mocht AGOVV bij de thuispremière als tweedeklasser blijven hopen op een punt. Misschien was het ook wel een beetje te veel van het goede geweest wanneer Marco Bosz uit een vrije trap alsnog gelijk had gemaakt tegen FC Horst. Nu stond er zaterdagmiddag even voor vijven een eindstand van2-3 op het scorebord.
Hoe waardevol bepaalde spelers voor een elftal zijn, wordt vaak het best duidelijk op momenten wanneer zij niét van de partij zijn. Bij het verloren openingsduel bij OWIOS kon AGOVV het gemis van zes basiskrachten als excuus aanvoeren. De terugkeer van Patrick Jansen, Marlo de Groot, Armon Veeneman, Jesse Hartgers en de al vroeg ingevallen Jeffrey van Amersfoort zou normaal gesproken een slok op de spreekwoordelijke borrel moeten schelen voor de Berg en Bos-formatie.
Het bezoekende FC Horst dacht daar anders over. De Ermeloërs heetten de promovendus op onbarmhartige wijze welkom in de tweede klasse. Feitelijk liepen de Blauwen vanaf het eerste fluitsignaal achter de beweeglijke tegenstander aan. Ze kwamen veelvuldig een stapje te laat. Ondanks een veldoverwicht en scoringskansen voor de gasten had AGOVV via de Japanner Ryo Ikegaya (onderkant lat) wel de score kunnen openen. Persoonlijke fouten lagen er vervolgens aan ten grondslag dat het rustsignaal niet schadevrij werd gehaald.
“We hebben niet gebracht wat we kunnen. Bij balbezit moet het tempo omhoog, we moeten compacter staan en sneller doorpakken. Die eerste twee goals vallen op een vervelende manier. Maar we moeten wel reëel zijn. We hadden in het eerste half uur al achter kunnen staan”, oordeelde trainer Gerrit Brouwer.
De Stentor maandag 3 oktober 2022