Tijdrovende bus- en treinreis naar Agadir

By | 31 mei 2017

Achter de bal aan (31/2): Agadir (Marokko)

Dinsdag 30 mei 2017

Wonderbaarlijk. Zodra een gesprek over voetballen gaat, schept dat vaak een band. Zo raakte een medewerker van een geldwisselkantoor bij aankomst ophet vliegveld van Casablanca helemaal opgewonden over El Ahmadi en Ziyech. De receptionist van het hotel verandert ook meteen van houding en toon wanneer hij verneemt wanneer de reisbestemming Agadir is, preciezer gezegd de vriendschappelijke interland tussen Marokko en Nederland. De knaap steekt spontaan de loftrompet op Robin van Persie.

Er staat een trip van bijna 500 kilometer op het programma. Door het verplaatsen van de wedstrijd van Casablanca naar Agadir, krijg ik wat meer van Marokko te zien… De treinreis van Casa Voyageurs naar Marrakech – deel een van de trip – neemt al meer dan drieënhalf uur in beslag. Die 270 kilometer verlopen niet bepaald in sneltreintempo. Opwindend wil ik het niet bepaald noemen. Slaapverwekkend is een betere benaming. Er lijkt maar geen einde aan te komen. Je komt nog eens ergens, dat wel. Al maken de tussenstops in Berrechid, Settat en Benguerir nou ook weer niet zoveel indruk dat ik overweeg er in de toekomst nog eens terug te keren.

Het landschap waar de trein zich langzaam doorheen ploetert, is vooral vlak, dor en droog. Ik ontkom niet aan de indruk dat het weinig regent in deze verlaten contreien. De bodem is in hoofdzaak geel, grijsbruin en gravelkleurig. Slechts hier en daar ontwaar ik plukjes groen. Wat struikgewas, boompjes of een verdwaald grasveldje. Ongerept, dat zeer zeker. Om met de hele familie te gaan kamperen, kan ik me meer opwindende plekken voorstellen. Of je moet toevallig van ezels houden. Want waar ik eerder verwacht op kamelen en dromedarissen te stuiten, is de ezel vreemd genoeg de diersoort die zich in grootste getale ophoudt op de ´prairies´ waar we langskomen.

Op talloze plekken wordt langs het traject gewerkt aan de aanleg van nieuwe wegen. De infrastructuur kan wel een upgrade gebruiken. Veel oogt nogal basic. Vandaar waarschijnlijk ook al die ezels… Die worden door de inheemse bevolking gebruikt als transportmiddel. Zoals hun verre voorouders dat ook al deden. Vrij bizar is dat geüniformeerde heren in gele hesjes vrijwel alle overgangen bewaken. Zelfs in de middle of nowhere, waar in de verste verte geen levende ziel te bekennen is, staan de functionarissen verveeld langs de spoorbaan voor zich uit te staren. Erg zinvol werk…

Deel twee van de reis spreekt beduidend meer tot de verbeelding. Het ruige, bergachtige terrein dat we na de overstap op de bus naar Agadir passeren, heeft wel wat. Zo valt er onderweg toch nog wat te genieten. Maar al met al is het wel een lange zit. Ik ben blij als ik in de vroege avond, bijna zevenenhalfuur na vertrek uit Casablanca, eindelijk kan uitstappen op de Gare Routière van Agadir. Dat de KNVB alle ´gedupeerden´ die al een reis hadden geboekt naar Casablanca, tegemoetkomt in de reiskosten, verdrijft de vermoeidheid slechts ten dele. Al vind ik het wel weer een sympathiek gebaar van de zo vaak bekritiseerde bondsbonzen in Zeist. Voor 5 juni moet ik een declaratie sturen. Claims die later worden verstuurd, nemen ze niet meer in behandeling. Zo zijn ze dan ook wel weer.

Kort voor het binnenrijden van de stad was het Stade Adrar, waar Oranje de strijdt aanbindt met de Marokkanen, in de verte al vanuit de bus zichtbaar. Met een verwachte temperatuur van 34 graden belooft het al bij voorbaat een verhit onderonsje te worden.

Pff, je moet er wel wat voor over hebben om erbij te zijn. Kort na aankomst zit ik enigszins doorheen. De hele dag stilzitten en niks doen, kan bijzonder vermoeiend zijn. De hitte voelt in Agadir ook iets heter aan dan in Casablanca. Gelukkig kan ik er na een verfrissende douche in het Ibis hotel en het verorberen van een overheerlijke entrecote weer helemaal tegen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *