Op Cuba geldt de politie niet als ieders beste vriend

By | 9 oktober 2017

Vandaag 15 jaar geleden

De politie schijnt ieders beste vriend te zijn. Ik kan me niet voorstellen dat bewoners van de Cubaanse hoofdstad Havana daar ook zo over denken.

Als extranjero heb ik er nooit zoveel last van gehad. Een multa van liefst vijf dollar voor het over een doorgetrokken streep rijden met een huurauto is de enige ‘misdaad’ waarvoor de PNR mij ooit heeft laten boeten.

De inheemse bevolking is gauwer de klos. Op Cuba heet iedereen dan wel gelijk te zijn, in werkelijkheid is de een toch wat meer gelijk dan de ander… Hoe donkerder de huidskleur van de kameraden, hoe groter de kans te worden aangehouden door de Policía Nacional Revolucionaria. Discriminatie bestaat uiteraard niet, toch zijn de getinte compañeros voortdurend de klos. Identiteitscontroles om niets. Boetes om niets. Het is aan de orde van de dag.

Vijftien jaar geleden ontwaar ik een nieuw soort ordebewaarder in de straten van de Cubaanse hoofdstad. De Brigadas Especiales van het MININT, het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Met grijze baret, zwart gevechtstenue en een grimmige herdershond binnen handbereik. In het geven van bekeuringen tonen deze speciale brigadiers zich al bedreven als de ordinaire straatagent.

Foto’s maken van ‘werk in uitvoering’ wordt niet op prijs gesteld. Dat dient vanzelfsprekend uiterst discreet te gebeuren…

9 oktober 2002 Ciudad Habana

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *