Nike-ster Carl Lewis signeert geen Adidas-shirtje

By | 12 juli 2017

Vandaag 20 jaar geleden

Het gebeurt niet alle dagen dat een negenvoudig Olympisch kampioen een wedstrijdje komt lopen in Arnhem. Carl Lewis, door het IOC uitgeroepen tot beste sportman van de twintigste eeuw, is in 1997 dé grote publieksattractie van de Papendal Games.

Weinig atleten kunnen een fraaiere en meer indrukwekkende erelijst voorleggen dan de meest gelauwerde sprinter en verspringer van de jaren ‘80 en ‘90. Lewis mag zich met recht dé erfgenaam noemen van de legendarische Jesse Owens. Sterker nog, Lewis overtreft de grote held van de Olympische Spelen van 1936 in Berlijn zelfs met zijn prestaties.

Een groot sportman, zondermeer. Toch kleeft er – los van zijn vervelende Amerikaanse maniertjes – altijd een verdacht luchtje aan Carl Lewis. Terwijl concurrenten, de Canadees Ben Johnson voorop, tegen de lamp lopen wegens snoepen uit de verboden pot, blijft Lewis de dopingcontroleurs altijd te snel af. Aan verdachtmakingen aan zijn adres geen gebrek. Maar het is nou eenmaal zo dat iemand pas schuldig kan worden bevonden als er keihard bewijs op tafel ligt.

De organisatie van de Papendal Games is in elk geval maar wat trots het dan 36-jarige sprintkanon te strikken. Even vlot een sprintje trekken en dan cashen. Gauw verdiend. Als toegift deelt King Carl aansluitend handtekeningen uit. Dat dan weer wel.

Tientallen fans sluiten achter in rij aan om de felbegeerde krabbel van Lewis te bemachtigen. Geduldig signeert de grote held alles dat hij in zijn handen gedrukt krijgt. Totdat er een meisje komt met een shirtje. Een Adidas-shirtje. Lewis zegt resoluut ‘no‘. Op een shirt van een sportartikelenmerk dat concurreert met zijn eigen sponsor zet Nike-boegbeeld géén handtekening. Geen denken aan. Next one, please

12 juli 1997 Arnhem

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *