Onsterfelijk

By | 27 juli 2020

Gelukkig hoef ik me niet al te veel zorgen te maken. Aan rondvliegende insecten die mij terloops naar de keel vliegen of een beetje bloed plassen na een uurtje hardlopen, bezwijk ik ongetwijfeld niet meteen. Pas als het weer in de herfst weer wat onbestendigere trekjes gaat vertonen, moet ik waakzamer worden. De loopneus en verkoudheid waarop de vertrouwde Nederlandse regen en wind mij elk najaar trakteren, maken mij dit najaar extra verdacht. Ordinair snotteren wordt binnenkort bij wet verboden. In de alledaagse praktijk loopt het meestal wel los, maar wie zich wel té veel verdiept in alle onheilstijdingen van moralisten, doemdenkers en het AD kan weleens het ergste gaan vrezen.

Als ik dezer dagen met mijn fiets over de Hoofdstraat in Apeldoorn loop, loop ik een serieus risico besprongen te worden door zo’n paramilitaire fanatiekeling in blauw gevechtstenue. Bij ons in het dorp uit zich de paranoia in het verwijderen van fietsen. Een gemeente moet wat doen om de ongeruste burger gerust te stellen, hè. Voordat in maart het pandemonium van de pandemie losbarstte, had niemand er oog voor. De rijwielen stonden niemand in de weg. Nu draagt het fietsvrij maken van winkelstraten bij aan symptoombestrijding. Of moet ik het fantoombestrijding noemen gezien de gestage toename van het aantal spoken dat steeds meer Nederlanders en medelanders ziet?

Het gaat meer om het idee, hé. Je zult het maar gezien hebben. De aanblik van ontzielde lichamen. Met tientallen tegelijk opgestapeld voor de Hema… Zoiets gaat door merg en been. Iedereen met té veel fantasie draagt de horror een leven lang met zich mee. De fictieve slachtoffers konden geen kant op als gevolg van die lukraak in de voetgangerszone gestalde rijwielen. Sinds de burgemeester de daders elders laat stallen, komen gemeentelijke hulptroepen tijd tekort om al die duizenden autochtonen en dagjesmensen weer één richting op te sturen. Hopelijk zadelt zoveel ellende toekomstige generaties niet op met trauma’s waar zij vervolgens hun eigen kinderen weer mee aansteken. Op zo’n manier verspreidt de gekte zich almaar verder.

Vijf maanden kan het in Nederland zonder mondkapjes. Als donderslag bij heldere hemel moet nou ineens toute la Hollande stante pede alsnog aan de mondkapjes. Als vrij ademhalen dan nu blijkbaar daadwerkelijk gevaar oplevert, zou dan eigenlijk niet elke Nederlander met terugwerkende kracht aangifte moeten doen tegen het Outbreak Management Team en het RIVM? Die hebben dan wel mooi vijf maanden lang het hele Nederlandse volk op schaamteloze wijze voor het lapje gehouden. Het is een klein wonder dat ik het nog kan navertellen. Ik mag Lewis Hamilton wel op mijn blote knieën danken dat ik nog in zijn wereld mag leven.

Ik respecteer ieders mening. Iedereen moet vooral doen wat hij niet laten kan. Als iemand zich veiliger voelt met zo’n mondkapje voor, moet hij vooral zo’n ding dragen. Om degenen die er geen behoefte aan hebben gemuilkorfd door het leven te gaan daarom maar meteen te brandmerken als onverantwoord, een gevaar voor de volksgezondheid of zelfs crimineel, gaat mij wat ver. De inmiddels onvermijdelijke mevrouw Koopmans kan dan wel zeggen dat we niets te willen hebben, maar bewerkstelligen dwangmaatregelen in Nederland niet eerder het tegendeel?

Tenzij de overheid natuurlijk van zinnen is om nóg meer bekeuringen uit te laten schrijven. Misschien is het dan ook een idee om de dienstplicht weer in te voeren. Als na de ziekenhuizen ook het boeteapparaat van de overheid de almaar toenemende werkbelasting niet meer aankan, gaat het land helemaal naar de Filistijnen. Kan meneer Rutte al die miljarden die hij steeds opnieuw in die bodemloze Europese put kiepert in eigen land niet veel nuttiger besteden?

Het wordt erg over-rated, hoorde ik een aantal dagen geleden een jongedame op RTL Nieuws zeggen. Zo, dat meisje durfde. Misschien wel onbewust begaf ze zich op glad ijs. Iets in het juiste perspectief plaatsen, mag vandaag de dag immers niet meer. Wie iets beweert dat niet overeenstemt met wat schnabbelende beunhazen, een outcast uit de Turkse gemeenschap van Deventer of een met metaforen strooiende woordkunstenaar beweert, wordt openlijk verketterd. De ‘goeien’ bepalen de norm waar normale gekkies zich aan dienen te houden. Haal vooral niet in je hoofd om te zeggen of schrijven wat je denkt. Zelfs wanneer je moeiteloos kunt beargumenteren of weerleggen waarom bepaalde groeperingen in dit land compleet krankjorum zijn, is het verstandiger dat niet te doen. Carrière-technisch is dat dodelijker dan elk bestaand virus.

Stel – puur hypothetisch dus – dat ik iemand zou besmetten omdat ik mij mét fiets maar zónder mondkapje op de Hoofdstraat in Apeldoorn begeef. Dan moet ik toch wel eerst zelf besmet zijn geraakt. Of niet? En hoe groot is de kans om ergens mee besmet te raken wanneer – volgens de meest recente RIVM-update (21 juli) – slechts 1 op de 326 Nederlanders mij kan infecteren? Het lot moet iemand wel heel slechtgezind zijn wil hij uitgerekend tegen diegene aanbotsen. Bovendien moet het dan ook nog eens op de een of andere manier tot een overdracht komen van die rondvliegende luchtdeeltjes die iemand echt ziek maken. Als ik me dan toch ga bezondigen aan het doen van kansberekeningen, schat ik de mogelijkheid om ooit in bezit te komen van een winnend Staatslot hoger in.

Doet iemand die normaal doet niet al gek genoeg? Wie het gevaar uit de weg gaat en de drukte niet opzoekt, beperkt de kans op onaangename verrassingen. Ik doe het zelf ook. Ik begeef me nooit in zeven sloten tegelijk. Ik kijk wel uit. Ik loop nooit door de Kalverstraat in Amsterdam. Om te mogen protesteren op de Dam, ben ik niet belangrijk genoeg. Op die markt in Beverwijk die eerdaags ongetwijfeld van naam moet veranderen, ben ik nog nooit geweest. Op straat hijg ik niemand in de nek. Noch behoort het tot mijn dagelijkse routines om in winkels personeelsleden of andere aanwezigen in hun gezicht te spugen. 

Hardlopen doe ik altijd in mijn eentje. De namen van de mensen met wie ik sinds het uitbreken van de coronacris tijdens mijn dagelijkse ommetje door het bos een praatje heb gemaakt, kan ik desnoods zo opschrijven ten behoeve van een contactonderzoek. De keren dat ik de afgelopen maanden in de schouwburg, op een terras of in een restaurant heb gezeten, kan ik op de vingers van één hand natellen. Bij voetbalwedstrijden ben ik als toeschouwer voorlopig niet welkom. En het weinige werk dat ik momenteel heb, doe ik thuis. Het gevaar te verworden tot slachtoffer van computervirussen ligt daarbij meer op de loer dan het coronavirus.

Cijfers liegen niet, heet het. Of in dit geval misschien juist wel… Ik blijf benieuwd naar hoeveel besmettingen er zijn geweest als direct gevolg van al die recente demonstraties. Is dat gemeten? Of waren de OMT- en RIVM-hotshots soms te druk met hun dagelijkse mediaverplichtingen om er serieus onderzoek naar te verrichten? En hoe zit het met vergelijkingsmateriaal? Ik vind het namelijk erg moeilijk om me een beeld te vormen van de hoeveelheid coronadoden, terwijl ik niet weet hoeveel mensen er in eenzelfde periode ‘gewoon’ zijn doodgegaan. Hoe verhoudt zich dat tot elkaar?

Meer duidelijkheid over de aantallen Nederlanders voor wie het uitstel van ziekenhuisbehandelingen afstel betekende, lijkt me ook best interessant én relevant. Hoeveel mensen die dringend medische bijstand behoefden, hebben het niet overleefd dat zij tijdens die eerste coronapiek niet in het ziekenhuis terecht konden? Zelfmoordcijfers, ook al zoiets onbespreekbaars. Hoeveel mensen zijn door toedoen van de ingestelde coronamaatregelen doorgedraaid, gek geworden of in een zware depressie beland?  Wanneer brengen de overheid en de RIVM zulke cijfers eens naar buiten? Ze lijken mij als leek best wel de moeite waard. Op de een of andere manier krijg ik de indruk dat ze die getallen angstvallig verborgen houden.

Volgens de officiële cijfers zijn er in mijn woonplaats sinds 13 maart 50 mensen overleden ten gevolge van het virus. Er waren 97 ziekenhuisopnames en 461 geregistreerde besmettingen. Of dat veel is op een bevolkingsaantal van 160.000, moet elke deskundige maar zelf beoordelen. Of het er minder waren geweest wanneer de patiënten verplicht hun gezicht hadden moeten bedekken met een stuk stof dat in slecht geventileerde ruimtes tussen neus en lippen door de ademhaling bemoeilijkt, zal niemand ooit weten.

Gezien de toename van de hoeveelheid besmettingen her en der bieden die mondkapjes kennelijk weinig soelaas. Dankzij feest- en vakantiegangers gaat het naar verluidt weer overal mis. En ondertussen gaat elke azijnzeiker vrolijk verder met klagen over anderen die er een potje van maken. Of iedereen daar nou slapeloze nachten van moet krijgen en er zijn leven verder door moet laten vergallen. Tsja, zeg het zelf maar.

Laat in Nederland dagelijks eens 200 mensen besmet raken met Covid-19. Met een eenvoudig rekensommetje kom ik dan uit op 1400 in de week. Op jaarbasis betekent dat, als ik het goed uitreken, een aantal van 72.800. Ter vergelijking: alleen bij mij in het dorp wonen al meer dan twee keer zoveel mensen. Onder voorbehoud dat er geen virus zit op mijn rekenmachine, zou het zodoende om en nabij de 233 jaar duren voordat alle 17 miljoen Nederlanders en medelanders het virus onder de leden hebben. En dan moeten we voor de goede orde maar afwachten voor hoeveel van al die besmette mensen daadwerkelijk een ziekenhuisopname noodzakelijk zou zijn. Ik zou bijna zeggen: koop gauw een Staatslot, nu het nog kan.  

Zelfs al krijg ik recent tot vervelens toe ingewreven dat ik als blanke onwetend ben, ik durf gerust met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid te veronderstellen dat het overgrote deel van alle 17 miljoen Nederlanders en medelanders tussen nu en 2220 al lang en breed via een natuurlijk verloop op de eeuwige jachtvelden vertoeft. Onsterfelijk zal een vaccin, dat in de 23e eeuw ongetwijfeld bij Albert Heijn, de Jumbo en het Kruidvat naast de Paracetamol in de schappen ligt, niemand maken.

Bij onsterfelijkheid is de farmaceutische industrie bovendien helemaal niet gebaat. Voor menig instantie, ministerie, nieuwsmedium of gemeentelijke fietsophalingsdienst zou het evenzeer een gevoelige klap betekenen. Het zou een groot aantal wijsneuzen in één klap overbodig maken.

Wat ze je ook wijsmaken, ook in de toekomst zal geen enkele aardbewoner tot in de eeuwigheid blijven voortleven. Dood gaat iedereen een keer. Het zal altijd de enige zekerheid blijven die elk mens in zijn leven heeft.

© RK

Een gedachte over “Onsterfelijk

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *