Maandelijkse archieven: oktober 2023

Column: Appels en peren

Bij het onlangs gehouden wereldkampioenschap voetbal voor vrouwen was de vermeende achtergestelde positie van ons aller Oranje Leeuwinnen ten opzichte van hun mannelijke collega’s als vanouds een geliefd gespreksonderwerp aan alle talkshowtafels. Elk toernooi waaraan onze nationale voetbalheldinnen deelnemen, is het hetzelfde verhaal. Allerlei lieden die zichzelf veel te serieus nemen voelen zich bij zulke gelegenheden weer geroepen om te benadrukken hoe slecht die arme meiden wel niet beloond worden voor hun opofferingen voor volk en vaderland.

Het is hartstikke leuk voor de Oranjevrouwen dat ze het tot de kwartfinales schopten. Een uitstekende prestatie. Maar we moeten vooral niet doen alsof de speelsters van ons nationale voetbalteam hulpbehoevend zijn. Nee, niemand hoeft medelijden te hebben met de dames. RTL Nieuws becijferde dat het bereiken van de laatste acht op het WK elke speelster uit de Oranje-selectie meer dan 80.000 euro opleverde. Toch een leuk zakcentje voor het spelen van vijf wedstrijden, lijkt me.

Begrijp me vooral niet verkeerd, niets dan lof voor de voetballende dames. Het zij ze van harte gegund. Maar laten we het voor de verandering ook eens hebben over volleyballende dames. Vreemd genoeg hoor ik verongelijkte deskundigen op tv nooit hun ongenoegen spuien over de fooien waarmee ’s lands beste volleybalsters genoegen moeten nemen voor hun sportieve inspanningen.

Nou, neem gerust van mij aan dat eredivisievolleybalsters er zowel qua aandacht als verdiensten bekaaid afkomen ten opzichte van onze alom geprezen stervoetbalsters. Terwijl de Nederlandse volleybalsters nota bene al Europees kampioen waren toen het vrouwenvoetbal in ons polderparadijs nog in de kinderschoenen stond. Bovendien bestaat er al veel langer een eredivisie volleybal voor vrouwen dan een eredivisie voetbal voor vrouwen. En alsof het nog niet genoeg is, maken volleybalsters op het hoogste niveau in ons land ook nog eens veel méér trainingsuren dan welke voetbalster ook.

En tóch staat er beduidend mínder tegenover. Een reiskostenvergoedinkje, een warme maaltijd na de training en soms, voor de meest gepriviligeerden, een door een club of sponsor ter beschikking gestelde lease-auto. Daarmee houdt het vaak wel op. Is dat niet vreselijk onrechtvaardig?

Hetzelfde geld feitelijk voor de mannen. Een doorsnee-eredivisievolleyballer kan in Nederland niet leven van zijn sport. Naar verluidt verdient Oranje Leeuwin Lieke Martens bij haar club Paris Saint-Germain in haar eentje bijna twee keer zoveel als de complete jaarbegroting van de Stichting Topvolleybal Dynamo! Ik durf er wel een weddenschap bij BetCity op af te sluiten dat daar met de komst van het gokbedrijf als naamgever van de eredivisie in het volleybal niet veel verandering in gaat komen.

Nogmaals, alle respect voor de Oranje Leeuwinnen. Die moeten gewoon lekker blijven voetballen zonder zich constant druk te maken over allerlei triviale randzaken. Maar hebben niet ook volleybalsters en volleyballers het volste recht om méér te krijgen voor alle tijd en energie die zij in hun sport investeren? Of verdienen ze dat soms niet?  

Rob Kruitbosch

Magazine Businessclub Dynamo najaar 2023

Met Robbert Alink heeft Draisma Dynamo een reispartner op Champions League-niveau; Connect DMC regelt elke sport- en zakentrip tot in de finesses

Zo op het eerste gezicht hebben de voetballers van het IJslandse Breidablik, businessclubleden van Ajax en het meest gelauwerde clubvolleybalteam van Nederland weinig met elkaar gemeen. Wanneer ze op reis gaan, treedt Robbert Alink echter op als de verbindende factor. Connect DMC regelt sport- en zakenreizen voor iedereen tot in de kleinste details. Voor alle klanten, ongeacht waar ze vandaan komen, is de Apeldoornse reisorganisator een partner op Champions League-niveau.
 
Op zijn eigen LinkedIn-pagina omschrijft de eigenaar van Connect DMC zichzelf als een ‘gepassioneerde travel manager’. Als kleine jongen wilde de 36-jarige Apeldoorner eigenlijk sportleraar worden. De bal rolde voor Robbert Alink evenwel in een iets andere richting. “Het organiseren heeft er bij mij altijd al ingezeten. Op de middelbare school was ik al betrokken bij het organiseren van schoolfeesten”, zo vertelt hij hoe van een hobby een professionele bezigheid maakte.
 
Met zijn Bachelor op zak kon de pas afgestudeerde student Management, Economie, Recht- en Vrijetijdsmanagement aan de slag bij de OAD. Als medewerker van de afdeling Sport & Event kreeg hij zowel Ajax als de KNVB in zijn portefeuille en vond hij zijn weg in de dynamische wereld van de sport- en sponsorreizen. Na het faillissement van de touroperator uit Holten trad Alink als travel manager in dienst bij de nieuwe reispartner van de voetbalbond. In die hoedanigheid droeg hij de verantwoording voor de reisbehoeften van alle vertegenwoordigende elftallen van de KNVB en hun aanhang.
 
Teams, bestuursleden, zakelijke relaties, supporters en mediavertegenwoordigers beleefden mede dankzij zijn inspanningen onvergetelijke buitenlandse trips. Wat hun bestemming ook was, Robbert Alink zorgde ervoor dat het de reizigers aan niets ontbrak. “Bijna negen jaar lang heb ik reizen mogen organiseren. Naar het WK in Brazilië in 2014 tot aan kwalificatiewedstrijden in IJsland en Kazachstan”, duidt de professionele globetrotter aan hoe hij in de loop der tijd heel wat Airmiles bij elkaar fietste.
 
In 2019 begon Alink voor zichzelf. Sindsdien brengt hij onder de naam Connect DMC – de letters DMC staan voor Destination Management Company – zowel professionele sportteams, VIP’s en sponsors, mediavertegenwoordiger als supporters naar elke gewenste bestemming. Connect DMC levert maatwerk voor verblijf en vervoer naar wedstrijden of trainingskampen. Connect DMC gaat tevens voor een money can’t buy-ervaring op het gebied van zakelijke groepsreizen en -events. In problemen denkt Alink niet, voor alles bestaat in zijn optiek een passende oplossing.
 
De coronajaren kwamen ook voor de pas gestarte ondernemer ongelegen. Alink liet zich er zijn eigen reis niet door onderbreken. “Het bijzondere aan sport en vooral voetbal is dat het eigenlijk altijd wel doorgaat. Door corona kwam heeft alles bijna een half jaar stilgelegen. Ik heb de tijd gebruikt om te netwerken. Zorgen dat ik in beeld bleef bij mijn partners. Gelukkig kwam het voetbal weer redelijk snel op gang en is inmiddels weer alles bij het oude.”
 
Sinds een jaar trekt ook Draisma Dynamo profijt van de kennis en expertise van Connect DMC. Naar Skopje, Lissabon en Belchatów hielp Alink Redbad Strikwerda en zijn pupillen op weg. “Draisma Dynamo had wat hulp nodig bij de Europacupwedstrijd naar Macedonië. Ik heb toen meegeholpen bij het regelen van de vluchten. Voor de uitwedstrijden bij Benfica en in Polen heb ik de hotels ook geregeld. Ik ben dag in dag uit bezig met het uitzoeken van vliegopties. Ik loop er niet voor weg. Ik doe niets anders”, maakt de kwartiermaker duidelijk dat het boeken en organiseren van Draisma Dynamo’s Europese uitstapjes bij hem in bekwame handen is.
 
De directeur van Connect DMC hoopt ooit nog wat verder gaan. “Het lijkt mij leuk om in de toekomst met leden van de businessclub van Dynamo naar een Europese uitwedstrijd te gaan. Het zakelijke in combinatie met zo’n wedstrijdbezoek draagt echt wel bij aan het verbeteren van de onderlinge contacten. Je ontmoet elkaar dan toch in een wat andere omgeving.”

Voor elke groep stelt Connect DMC programma’s samen die zijn toegespitst op de eigen specifieke wensen en verlangens, garandeert Robbert Alink. “Voor een team kijk je naar de faciliteiten in een hotel. Voor een businessclub maakt het niet zoveel uit of er zalen in een hotel zitten. Het zoeken naar een leuk restaurant om gezellig te gaan borrelen buiten het hotel is zo gevonden. Bij het faciliteren van een team staat voor mij voorop dat ze kunnen presteren. Dat is voor mij het belangrijkste. En dat moet op een professionele manier gebeuren. Bij teams die met ons willen werken is bovendien standaard iemand van ons aanwezig die zo’n team gedurende het verblijf begeleidt. Zodat ze één vaste contactpersoon hebben die als aanspreekpunt fungeert.”

De stelregel van Robbert Alink is dat alles altijd tot in de puntjes geregeld moet zijn. En hoewel hij zijn handen daar al meer dan vol aan heeft, hoopt hij er in de nabije toekomst met Connect DMC wat meer werk van te kunnen maken om zakelijke reisgezelschappen op bijzondere plekken op bijzondere belevenissen te trakteren. “Wat ik nu doe heeft voor negentig procent betrekking op voetbal. Bestuur- en sponsorreizen hebben ook veel raakvlakken met de incentive reizen die ik organiseer. Dat zou ik graag in de nabije toekomst wat meer oppakken. Om dat van de grond te krijgen, moet ik er vooral tijd in investeren.”

Magazine Businessclub Dynamo najaar 2023 / Foto Imre Csany

Zelfverzekerd Draisma Dynamo-talent voelt zich thuis in Apeldoorn; Suus Gerritsen wil verder doorgroeien met Dames 1-team

In oktober viert ze haar achttiende verjaardag. Qua lengte is Suus Gerritsen al met afstand de grootste van alle talenten uit het Dames 1-team van Draisma Dynamo. En hoewel de rek er bij 195 centimeter volgens de middenaanvalster uit Deventer zelf wel zo’n beetje uit is, is de jeugdinternational als volleybalster allerminst uitgegroeid.

Suus Gerritsen begint aan haar derde seizoen in Apeldoornse dienst. Na bij SVS in Schalkhaar en Avior in Deventer voor het eerst kennis te hebben gemaakt met de volleybalsport maakte de aanvoerster van Jeugd Oranje in het shirt van Draisma Dynamo haar eredivisie-debuut. En wanneer de veelvoudig jeugdinternational zich op de huidige voet blijft verder ontwikkelen, ligt er waarschijnlijk de komende jaren in sportief opzicht nog veel moois in het verschiet. Al is ze daar naar eigen zeggen helemaal niet zo mee bezig. “Ik ben niet zo heel erg van het in de toekomst kijken.”

De nuchtere studente voeding en diëtetiek laat zich het hoofd niet zo gauw op hol brengen. “Het afgelopen seizoen was voor mij het pas het eerste seizoen dat ik echt heb mogen spelen. Ik heb veel gespeeld en veel geleerd. De speelsters van het team hebben elkaar geholpen en mij ook. Dat zit vaak in kleine dingetjes. Vooral blokkerend valt er nog wel wat te verbeteren. Ik ben dan wel lang, toch kan ik wel meer pakken. Het zetten van een blok kan wel een stukje beter. Maar ach, ik heb nog alle tijd om beter te worden in dingen die nu al goed gaan.”

Het overwinnen van tegenslagen hoort daar eveneens bij. Zo miste Suus de slotfase van het eredivisieseizoen vanwege een gebroken duim. Tevens viel zij op het laatste moment buiten de selectie van Jong Oranje voor het wereldkampioenschap u20 in Mexico. De deelname met Jeugd Oranje aan het WEVZA-toernooi in het Spaanse Valladolid en het European Youth Summer Olympic Festival in Maribor bezorgden haar desondanks een onvergetelijke zomer. Bij de openingsceremonie van het EYOF mocht de fervente supporter van eredivisievoetbalclub Go Ahead Eagles zelfs de Nederlandse vlag dragen.

“Dat was echt heel gaaf. We gingen met honderd man van Team.nl met het vliegtuig naar Slovenië. Stonden we daar op Schiphol. Allemaal met een oranje koffer. En iedereen naar je kijken. Het was heel leuk om zo ook eens kennis te maken met andere sporters. Eigenlijk is het best wel bijzonder als je zo jong bent en daar al staat”, geniet het talent volop van wat zij in haar prille loopbaan al heeft meegemaakt.

Ze heeft zelfs al voorzichtig mogen ruiken aan het ‘grote’ Oranje. “Afgelopen zomer heb ik in een oefenwedstrijd met het A-team meegedaan in Doetinchem. Dat was niet het team dat op het EK stond, maar wel een ploeg met een behoorlijk niveau. Het gaat allemaal een tikje sneller dan bij Draisma Dynamo. Ik had ook al mee mogen trainen. Ik kende die meiden al wel natuurlijk en je volgt ze op Instagram. En dan sta je daar ineens zelf tussen. Dan denk je wel even van ‘wow’.”

Zulke ervaringen neemt niemand haar meer af. “Bij die wedstrijd zat de hal ramvol. Er was al vooraf gezegd dat iedereen ging spelen. De eerste twee sets stond ik ernaast, maar daarna kwam ik er in. Nou ben ik normaal niet zo gauw zenuwachtig. Voor dié wedstrijd had ik dat wel. Maar eenmaal in het veld ben ik dat meteen weer kwijt. Ik ben vrij nuchter. Nee, voor wedstrijden ben ik nooit echt zenuwachtig. Andere meiden hebben dat wel. Ik niet. Wat heeft het voor zin om je ergens over op te winden? Voor m’n rijexamen had ik dat ook niet. Daar ben ik ook in één keer voor geslaagd.”

Evenals haar nieuwe teamgenote, de van Sliedrecht Sport overgekomen Dagmar Mourits, neemt Suus Gerritsen sinds kort deel aan het nieuwe hybride opleidingsprogramma van de volleybalbond. Ze verhuisde er begin september zelfs voor naar Papendal. “Op 1 september heb ik de sleutel gekregen. Ik train daar drie dagen.  Op de donderdag en vrijdag train ik in Apeldoorn. En ik speel mijn wedstrijden uiteraard bij Draisma Dynamo. Bobbie (teammanager Ernst Lettink, red.) heeft voor ons zelfs een auto geregeld. Zodat we makkelijk heen en weer kunnen rijden”, is de kersverse bewoonster van het nationaal sportcentrum in Arnhem blij met de door mobiliteitspartner Autohopper geleverde Kia Sport.

Het team van Arjen Schimmel en Jorg Radstake liep het afgelopen seizoen plaatsing voor de play-offs mis. Suus Gerritsen heeft er alle vertrouwen in dat het ditmaal beter gaat. Zij en haar jeugdige medespeelsters zijn inmiddels weer een stukje ouder en beschikken over een jaar meer ervaring op het hoogste clubniveau. Alle ingrediënten lijken zodoende voorhanden om er een succesvol jaar van te maken.

“Het team is wel wat veranderd ten opzichte van vorig seizoen. Het is jonger geworden. Wat we willen, is het beter doen dan vorig seizoen. We kunnen elkaar beter maken. De topteams in de eredivisie hebben meer ervaring dan wij. Als het bij ons aan het einde van het seizoen beter gaat dan aan het begin, dan is het goed. Zelf ben ik natuurlijk nog steeds één van de jongeren. Toch hoop ik dat ik daar wel iets meer m’n steentje aan bij kan bijdragen. Dat is ook belangrijk voor mijn eigen ontwikkeling”, geeft Suus Gerritsen aan in de komende maanden verder door te willen groeien met het Dames 1-team van Draisma Dynamo.

Concrete plannen om haar talenten elders verder te ontplooien, heeft ze vooralsnog niet. Suus Gerritsen hoeft niet zo nodig weg uit Apeldoorn. Ze voelt zich prima thuis in de Draisma Dynamo Arena. “Laat mij maar even hier op m’n plek. Om na één gespeeld seizoen al naar een andere club te vertrekken vind ik geen waarde hebben.”

Magazine Businessclub Dynamo najaar 2023 / Foto Wout van Zoeren

Freek de Weijer en Maikel van Zeist gaan als vanouds op prijzenjacht met Draisma Dynamo; Met een koffer vol ervaringen terug op het oude nest

Eigenlijk behoeven Freek de Weijer (27) en Maikel van Zeist (29) geen verdere introductie. Het tweetal behoorde tot de dragende krachten van het team dat Draisma Dynamo in coronajaar 2021 na een periode van elf jaar zonder kampioenschap weer terugbracht op de nationale volleybaltroon. In navolging van dat succesjaar gingen de spelverdeler en de middenaanvaller hun eigen sportieve grenzen verkennen in het buitenland. Tweeënhalf jaar later keren ze met een koffer vol ervaringen terug op het oude nest.

Spelverdeler De Weijer stond de afgelopen seizoenen bij achtereenvolgens het Griekse AOP Kifissias en het Italiaanse Gas Sales Bluenergy Piacenza onder contract. Bij de Serie A-club fungeerde hij als stand-in voor de Franse Olympische kampioen Antoine Brizard. Wel kon hij de Italiaanse beker op zijn palmares bijschrijven. Middenaanvaller Van Zeist proefde in Zwitserland bij Chênois Genève VB en in Frankrijk bij Cambrai Volley aan het topvolleybal over de grens. De levens- en volleyballessen die zij in het buitenland opdeden verschaften het tweetal veel nieuwe inzichten. “Ik ben wel zestien keer bij de Acropolis geweest met alle familie en vrienden die op bezoek kwamen”, lacht De Weijer dat hij bij een eventuele carrièreswitch moeiteloos als toeristengids in Athene aan de slag kan.

Over volleybal als werk

Freek de Weijer “In de eredivisie willen spelers vooral beter worden. Hier zien ze het iets minder als werk. In landen als Griekenland of Italië zien spelers elkaar als collega’s. Je teamgenoten gunnen je best wel wat, maar ze gunnen zichzelf meer. Een coach is in het buitenland meer aan het managen. Die moet vooral zorgen dat hij zijn spelers tevreden houdt. In een land als Italië gaat het er natuurlijk ook veel professioneler aan toe. Bij ons zaten alleen op kantoor al acht mensen.”

Maikel van Zeist: “Je bent helemaal op jezelf aangewezen. In Zwitserland moest ik daar aanvankelijk wel een beetje aan wennen. In Frankrijk verliep de aanpassing al makkelijker. Wat ik bij Cambrai wel vond, is dat we veel te weinig trainden. Elke dag maar anderhalf uur. Dat was de cultuur daar. Daarom ging ik voor mezelf na afloop van elke training maar in mijn eentje serveren.”

Over niveauverschillen

De Weijer: “Ik moest in Italië elke dag op m’n tenen lopen. Zó hoog lag ik het niveau daar alleen al op de trainingen. In Griekenland was dat minder. Absoluut hoogtepunt was wel het winnen van de Coppa, de Italiaanse beker. In zo’n volgepakt Colosseum. In Rome. Niemand had verwacht dat wij daar zouden staan. Maar nadat we in de halve finale de grote favoriet Perugia uitschakelden, wonnen we ook die finale. Daarna moesten we overal naartoe. Naar de burgemeester. Naar supporters. Dat ging de hele week door.”

Van Zeist: “Ik vond met name het spelen in de Franse competitie geweldig. Elke uitwedstrijd voelde als een Europacupwedstrijd. De competitie is sterk. Elke club heeft goede buitenlanders. Je moet er elke wedstrijd op je best zijn. Als je Zwitserland vergelijkt met Draisma Dynamo, dan lag bij Draisma Dynamo het niveau hoger. In de breedte is de Zwitserse competitie wel sterker dan de eredivisie. Achteraf had ik best een jaartje eerder naar het buitenland gewild. Maar ja, dat kon niet. Corona kwam ertussen.”

Over de terugkeer naar Nederland

De Weijer: “Gevoelsmatig heb ik voor mezelf de beslissing genomen dat dit niet het leven is dat ik de komende tien jaar voor mezelf wil leiden. Echt, ik had het voor geen goud willen missen, maar vanuit Italië kon ik tijdens het seizoen nooit naar huis. Dan vraag je jezelf op een gegeven moment af van hoe lang het je dat waard is. Met een Olympisch kampioen voor je weet je ook dat het moeilijk wordt om aan spelen toe te komen. Bovendien heb ik afgelopen zomer een huis gekocht in Apeldoorn.”

Van Zeist: “Ik heb dezelfde afweging gemaakt. Na twee jaar vond ik het mooi geweest. Ik heb zelfs overwogen om helemaal te stoppen met volleybal. Maar ik kwam Freek tegen bij het Drakenbootfestival. Toen hij me vertelde dat hij rond was met Draisma Dynamo, ben ik ook overstag gegaan. Bij mij was het in het verleden altijd zo van het is óf het een óf het ander. Maar er bestaat ook een tussenweg.”

Over Draisma Dynamo seizoen 2023-2024

De Weijer: “Er zit veel meer ervaring in de selectie dan de afgelopen twee, drie jaar. Het zou heel mooi zijn om de groepsfase van de Champions League een keer te halen. Wat ik persoonlijk wel graag wil doen is om te proberen jongens mee te trekken naar een stapje hoger. Met of zonder aanvoerdersband neem ik daar graag het voortouw in.”

Van Zeist: “Dat wil ik ook wel. Ik heb in die twee jaar in het buitenland natuurlijk veel ervaring opgedaan. Die wil ik wel overbrengen. In het verleden was ik daar misschien altijd wat terughoudender in en wilde ik eerst m’n eigen zaken op orde hebben.”

Over de eigen volleybaltoekomst

De Weijer: “Setters worden vaak op latere leeftijd beter. Alleen al het hoge niveau waarop ik in Italië trainde heeft mij absoluut een betere volleyballer gemaakt. Ik heb het Nederlands team ook nog zeker niet uit m’n hoofd gezet.”

Van Zeist: “Ik ga het per seizoen bekijken.”

Magazine Businessclub Dynamo najaar 2023 / Foto Imre Csany