Rode vlag bij ´warming up´ op Playa de las Canteras

By | 2 maart 2018

Achter de bal aan (43/2): Las Palmas

1 maart 2018

Matchday in Las Palmas. De winderige landing op Gran Canaria heeft godzijdank geen blijvend letsel veroorzaakt. Ook het enorme temperatuurverschil van een graadje of 30 tussen Apeldoorn en Las Palmas weet ik wonderwel te meesteren. Al dien ik in alle eerlijkheid te zeggen dat het geen straf is om de dag te beginnen op de Playa de la Canteras.

Op facebook zie ik foto’s voorbijkomen dat in Nederland velen de schaatsen hebben ondergebonden. Op het strand vlakbij mijn hotel ligt menigeen aan het einde van de ochtend aangenaam te bakken in de zon. Het is zeker genieten geblazen. Ik zal het niet ontkennen. Ik verkeerde altijd in de veronderstelling dat enkel bejaarden in deze contreien de winter doorbrengen. Veel jongedames showen eveneens ongegeneerd wat ze in huis hebben. Een oogverblindend contrast…

Vanwege de nog altijd stevige bries mogen de strandgangers alleen niet in het water in. La bandera roja wappert overal. De rode vlag. Op sommige plekken slaan de golven met grof geweld tegen kademuren en rotsen aan. Witte schuimkoppen tonen van hun meest woeste gezicht. Een heerschap van middelbare leeftijd die de waarschuwingen in de wind slaat, wordt door een lokale collega van Pamela Anderson stante pede uit het water gedirigeerd.

Ik neem ´s middags ook een kijkje in het voormalige stadion van de plaatselijke Union Deportiva. Of beter gezegd wat daarvan over is. In de meeste plaatsen gooien ze stadions die uitgediend hebben zonder pardon compleet tegen de vlakte. De Ayuntanmiento de Las Palmas de Gran Canaria heeft het oude Estadio Insular, tussen 1949 en 2003 thuishaven van de plaatselijke voetbaltrots, omgebouwd tot een stadspark. Delen van de tribunes staan nog altijd overeind. Waar ooit het veld heeft gelegen, kan de inheemse bevolking tegenwoordig recreëren. Lekker in de zon zitten, wandelen of zich uitleven op de fitnessapparaten die er zijn neergezet. Een grappig idee om het stadion op deze wijze te behouden voor het nageslacht.

Het huidige stadion zal ongetwijfeld een stuk moderner zijn, de bereikbaarheid laat te wensen over. De speciale voetbalbus vanaf het Santa Catalina park doet meer dan drie kwartier over de zeven kilometer lange rit naar het Estadio Gran Canaria. Al het verkeer rondom de arena staat hopeloos vast. Het is dat de chauffeur zijn logge bakbeest op elke rotonde – en dat zijn er heel wat – overal tussendrukt, anders had ik de aftrap (20.00 uur) misschien wel gemist.

Ik zie de ongenaakbaar geachte koploper uit Catalunya duur puntverlies leiden tegen de Canarische degradatiekandidaat. Messi brengt Barça uit een vrije trap vroeg op voorsprong. Vanaf elf meter komen de schoppers in het geel kort na rust op gelijke hoogte. ‘Si, se puede’, scandeert de Canarische afición hoopvol na die treffer vanaf de niet eens volledig gevulde tribunes. En ze roepen wel meer, de brave eilandbewoners. Ze beschimpen Messi meermaals als zoon van een vrouw van lichte zeden, mijn buurman noemt Luis Suarez bij elke balberoering een hond, terwijl Umtiti het moet ontgelden vanwege zijn huidskleur. Niet al te netjes dus.

Dat de schreeuwers meer krijgen dan ze verwachten – en ook verdienen – roept het matige Barcelona over zichzelf af. Zelfs met het binnen de lijnen brengen van Philippe Coutinho, Ivan Rakitic en dat overgewaardeerde Franse jochie uit de buurt van Holzwickede, al gauw zo’n 300 miljoen euro duur, leggen de Blaugranas het povere Canarische gezelschap niet het zwijgen op. Verrassend. Ongelooflijk.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *