Ambitieuze Apeldoornse voetbalclubs zitten in een spagaat

By | 14 mei 2022

Waar Columbia, Apeldoorns hoogst acterende zondagamateurvoetbalclub, de slag dreigt te missen, proberen WSV, CSV Apeldoorn en ook Robur et Velocitas via hun o23-elftallen de aanvoer vanuit de eigen gelederen naar het eerste elftal te stimuleren. Wanneer de zaterdag afgewerkte o23-derby tussen WSV en CSV een maatstaf vormt ziet de nabije toekomst van het Apeldoornse clubvoetbal er helemaal niet zo slecht uit. Al blijft de prangende vraag in hoeverre de clubs profijt kunnen trekken van het talent dat zij zelf opleiden.

Negen jaar nadat het betaalde voetbal ter plaatse voor de tweede keer een roemloze dood stierf is eersteklassevoetbal het hoogste niveau waaraan de Apeldoornse voetballiefhebber zich kan vergapen. Wil dit zeggen dat er geen talent rondloopt op de Apeldoornse voetbalvelden? Nee, absoluut niet. Nu het na twee coronajaren weer langzaam ‘business as usual’ begint te worden, scouten bvo’s weer volop in Apeldoorn. Alleen al WSV levert na dit seizoen een groot aantal jongens en meisjes af aan eredivisieclubs als Go Ahead Eagles, Vitesse en FC Twente.

In een zichzelf zo graag als sportstad afficherende plaats waar het gemeente bestuur volkssport nummer één niét als een ‘kernsport’ beschouwt, moeten clubs nochtans roeien met de riemen die ze hebben. Niet zelden tegen de stroom in. Met steeds kortere riemen. Apeldoornse voetbalclubs die er anno 2022 in slagen jeugdelftallen te formeren in alle leeftijdscategorieën manoeuvreren zichzelf al gauw in een bevoorrechte positie.

Zowel WSV als CSV is in staat om een beloftenelftal op de been te brengen dat moeiteloos zou kunnen wedijveren met standaardteams in een vierde- of derde klasse. Omdat de ‘jong’-teams van Apeldoorns toonaangevende clubs in tegenstelling tot leeftijdgenoten in de Keuken Kampioen Divisie of de topamateurdivisies niet met de grote jongens mogen meedoen, proberen WSV, CSV en ook Robur et Velocitas de stap naar hun eerste elftallen te verkleinen met het optuigen van representatieve o23-elftallen.

Al met al zitten de meest ambitieuze Apeldoornse voetbalverenigingen toch een beetje in een spagaat. Enerzijds zien ze hun grootste eigen talenten elk jaar weer vertrekken naar bvo’s. Anderzijds moeten ze zelf met tweede- of derde garnituur-beloften, van wie de vraag kan worden gesteld of ze kunnen aanhaken aan het vereiste niveau, proberen hun eigen eerste elftallen van vers bloed te voorzien. 

De Stentor maandag 9 mei 2022

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *